Perspectief Chahid
"Wat kom je doen? Rot op! Je bent de hele dag bij die mensen en je komt hier alleen maar om te slapen! Je kunt dat toch ook wel bij hen doen, neem ik aan." Mijn stiefmoeder kijkt me woedend en hatelijk aan. Het liefst wil ik haar nu een klap in haar gezicht verkopen en zeggen dat ze haar bek moet houden, maar als ik denk aan het dreigement van mijn vader, beheers ik me. "Als je maar 1 woord zegt of 1 beweging maakt die haar niet bevalt, vlieg je eruit! Ik ben je zat." had hij toen gezegd. Ik pas nu wel op.
Ik loop naar mijn kamer en ga op mijn bed liggen. Ik wil hier echt weg, maar zo makkelijk is het niet. Ik ben nog een student en genoeg geld voor een appartementje heb ik niet. Ik ben nu aan het sparen in de hoop over een paar maanden genoeg geld te hebben, zodat ik voorgoed uit dit huis kan verdwijnen. Sinds het vertrek van mijn moeder, heb ik alleen donkere dagen gezien. Mijn vader hertrouwde met deze heks en mijn leven werd een puinhoop. Geen kleren, geel geld, weinig eten. Ik kan Allah danken dat ik tenminste nog naar school mag. Ik kan niet wachten totdat ik hier weg ben en mijn eigen leven rustig kan leiden. Ik lijk zo een gelukkige jongen, maar dat ben ik niet. Het lijkt alsof ik geen problemen heb, maar ik verdrink er bijna in. Ik ben de hele dag bij Adnane thuis, omdat ik me daar goed voel. Ik voel me daar gelukkig en gewild. Hij en zijn moeder hebben mij en mijn probleem geaccepteerd en vinden het goed als ik daar steeds ben. Daar wil ik leven, daar wil ik zijn. Dat is mijn familie en ik houd zielsveel van ze. Ik houd van Salma als mijn eigen moeder en van Amal als mijn echte zusje. Bachir, Ismail en Adnane zijn gewoon broers voor me. Het zijn mijn beste vrienden. Ze staan altijd voor me klaar. Tja en Sakina. Sakina is een geval apart. Wat ik voor haar voel, kan ik niet beschrijven. Ik houd ontzettend veel van haar. Niet zoals mijn zusje, maar zoals de vrouw waar ik de rest van mijn leven mee wil delen. Ik kan niet zonder haar. Ik kan niet leven zonder dat ik haar gezichtje zie. Ik niet meer ademhalen als ik haar stem niet hoor. Mijn hart kan niet meer kloppen als ik een dag niet in haar ogen staar. Nog nooit heb ik dit voor iemand gevoeld, maar nu ben ik in de ban van de liefde en kan ik geen kant meer op. Ik ben gevangen genomen in mijn gevoelens voor Sakina. Ik vind haar echt heel leuk, maar ik kan het niet meer. Dit kan gewoon niet. Ik kwets haar, zonder dat ik het eigenlijk wil. Ik kwets haar in de hoop dat mijn liefde voor haar verdwijnt. In de hoop dat mijn liefde voor haar veranderd in haat. Hoe heb ik toch verliefd kunnen worden? Waarom heb ik mijn hart niet tegen gehouden? Hoe kan ik in Godsnaam verliefd worden op de dochter van de vrouw die mij in haar familie heeft geaccepteerd? Hoe kan ik verliefd worden op het meisje, wiens familie mij als 1 van hun heeft gemaakt? Wat zullen ze van me denken als ze er achter komen? Ze zullen mij een bedrieger vinden. Een dief, een verrader. Kan ik dat wel aan? Durf ik de familie waar ik van houd, opzij te zetten voor mijn gevoelens? Ik weet het niet. Ik weet het echt niet.
Een luid geschreeuw haalt me uit mijn gedachten. Als een speer ren ik naar beneden en zie mijn vader tegenover mijn stiefmoeder staan. De blouse van mijn stiefmoeder is helemaal opengescheurd en de tranen lopen over haar wangen. Ze kijken allebei niet bepaald vrolijk en gevoel dat ik slecht nieuws krijg, wordt groter. "Chahid, vieze klootzak! Is dit waar?" schreeuwt mijn vader naar me. Ik kijk hem niet begrijpend aan. "Doe verdomme niet alsof je van niks weet! Is dit waar of niet?" "Wat moet waar zijn, vader?" Hij pakt me bij mijn kraag en schudt me door elkaar. Ik begin in paniek te raken en voel mijn hart wild in mijn keel kloppen. "Heb je mijn vrouw op de verkeerde manier aangeraakt?" Geschrokken draai ik mij om naar de jonge vrouw van mijn vader. Nu pas dringt alles tot mij door. Ik word er ingeluisd! "Nee, vader! U begrijpt het niet. Ze liegt." Mijn stem trilt en mijn angst is opmerkbaar. Even zie ik een twijfelachtige blik in zijn ogen staan, maar als mijn stiefmoeder begint te schreeuwen, verdwijnt die in z’n geheel. Mijn vader balt zijn vuist en stompt me op mijn oog. De afschuwelijke pijn schiet door mijn hoofd. Ik voel hoe mijn vader mij in elkaar schopt en maar blijft stompen, maar Chahid
‘Wat kom je doen? Rot op! Je bent de hele dag bij die mensen en je komt hier alleen maar om te slapen! Je kunt dat toch ook wel bij hen doen, neem ik aan.’ Mijn stiefmoeder kijkt me woedend en hatelijk aan. Het liefst wil ik haar nu een klap in haar gezicht verkopen en zeggen dat ze haar bek moet houden, maar als ik denk aan het dreigement van mijn vader, beheers ik me. ‘Als je maar één woord zegt of één beweging maakt die haar niet bevalt, vlieg je eruit! Ik ben je zat.’, had hij toen gezegd. Ik pas nu wel op. Ik loop naar mijn kamer en ga op mijn bed liggen. Ik wil hier echt weg, maar zo makkelijk is het niet. Ik ben nog een student en genoeg geld voor een appartementje heb ik niet. Ik ben nu aan het sparen in de hoop over een paar maanden genoeg geld te hebben, zodat ik voorgoed uit dit huis kan verdwijnen. Sinds het vertrek van mijn moeder, heb ik alleen donkere dagen gezien. Mijn vader hertrouwde met deze heks en mijn leven werd een puinhoop. Geen kleren, geel geld, weinig eten. Ik kan God danken dat ik tenminste nog naar school mag. Ik kan niet wachten totdat ik hier weg ben en mijn eigen leven rustig kan leiden. Ik lijk zo een gelukkige jongen, maar dat ben ik niet. Het lijkt alsof ik geen problemen heb, maar ik verdrink er bijna in. Ik ben de hele dag bij Adnan thuis, omdat ik me daar goed voel. Ik voel me daar gelukkig en gewild. Hij en zijn moeder hebben mij en mijn probleem geaccepteerd en vinden het goed als ik daar steeds ben. Daar wil ik leven, daar wil ik zijn. Dat is mijn familie en ik houd zielsveel van ze. Ik houd van Salma als mijn eigen moeder en van Amal als mijn echte zusje. Bachir, Ismael en Adnan zijn gewoon broers voor me. Het zijn mijn beste vrienden. Ze staan altijd voor me klaar. Tja en Sakeena. Sakeena is een geval apart. Wat ik voor haar voel, kan ik niet beschrijven. Ik houd ontzettend veel van haar. Niet zoals mijn zusje, maar zoals de vrouw waar ik de rest van mijn leven mee wil delen. Ik kan niet zonder haar. Ik kan niet leven zonder dat ik haar gezichtje zie. Ik niet meer ademhalen als ik haar stem niet hoor. Mijn hart kan niet meer kloppen als ik een dag niet in haar ogen staar. Nog nooit heb ik dit voor iemand gevoeld, maar nu ben ik in de ban van de liefde en kan ik geen kant meer op. Ik ben gevangen genomen in mijn gevoelens voor Sakeena. Ik vind haar echt heel leuk, maar ik kan het niet meer. Dit kan gewoon niet. Ik kwets haar, zonder dat ik het eigenlijk wil. Ik kwets haar in de hoop dat mijn liefde voor haar verdwijnt. In de hoop dat mijn liefde voor haar veranderd in haat. Hoe heb ik toch verliefd kunnen worden? Waarom heb ik mijn hart niet tegen gehouden? Hoe kan ik in Godsnaam verliefd worden op de dochter van de vrouw die mij in haar familie heeft geaccepteerd? Hoe kan ik verliefd worden op het meisje, wiens familie mij als één van hun heeft gemaakt? Wat zullen ze van me denken als ze er achter komen? Ze zullen mij een bedrieger vinden. Een dief, een verrader. Kan ik dat wel aan? Durf ik de familie waar ik van houd, opzij te zetten voor mijn gevoelens? Ik weet het niet. Ik weet het echt niet.
Een luid geschreeuw haalt me uit mijn gedachten. Als een speer ren ik naar beneden en zie mijn vader tegenover mijn stiefmoeder staan. De blouse van mijn stiefmoeder is helemaal opengescheurd en de tranen lopen over haar wangen. Ze kijken allebei niet bepaald vrolijk en gevoel dat ik slecht nieuws krijg, wordt groter. "Chahid, vieze klootzak! Is dit waar?" schreeuwt mijn vader naar me. Ik kijk hem niet begrijpend aan. "Doe verdomme niet alsof je van niks weet! Is dit waar of niet?" "Wat moet waar zijn, vader?" Hij pakt me bij mijn kraag en schudt me door elkaar. Ik begin in paniek te raken en voel mijn hart wild in mijn keel kloppen. "Heb je mijn vrouw op de verkeerde manier aangeraakt?" Geschrokken draai ik mij om naar de jonge vrouw van mijn vader. Nu pas dringt alles tot mij door. Ik word er ingeluisd! "Nee, vader! U begrijpt het niet. Ze liegt." Mijn stem trilt en mijn angst is opmerkbaar. Even zie ik een twijfelachtige blik in zijn ogen staan, maar als mijn stiefmoeder begint te schreeuwen, verdwijnt die in z’n geheel.
Mijn vader balt zijn vuist en stompt me op mijn oog. De afschuwelijke pijn schiet door mijn hoofd. Ik voel hoe mijn vader mij in elkaar schopt en maar blijft stompen, maar aandacht daarvoor heb ik niet meer. Ik haat haar! Ik haat zijn vrouw! Ze heeft mijn vader tegen me gezet! Ik heb nog nooit zoveel haat voor iemand gevoeld. Ik wil haar aanvliegen, maar de kracht heb ik niet. Mijn vader spuugt op me en gaat aan de kant staan. "Je gaat nu je spullen opruimen en ik wil je binnen een kwartier het huis uit! Schiet op." Ik sleur mijn toegetakelde lichaam naar boven en stop mijn spullen in een grote tas. Met trillende vingers toets ik het nummer van Adnane in en vraag hem om mij op te komen halen. Ik zucht diep en staar mijn kamer rond. Ik ga nog eerder weg, dan ik had gedacht. Rustig loop ik naar beneden. Mijn vader staat met zijn rug naar mij toe en mijn stiefmoeder zit op de bank. Ik open de deur en draai me nog 1 keer om. Mijn stiefmoeder laat een gemene glimlach zien en knipoogt. Laaiend sla ik de deur dicht en loop weg.