December 1999/Januari 2000
Ik open met moeite mijn ogen. Elk botje in mijn lichaam doet pijn. Ik draai me op mijn zij en sluit mijn ogen. "Waarom? Je kunt toch wel zeggen waarheen?" Ik hoor geschreeuw uit de andere kamer komen, maar trek me er niets van aan. Ik heb slaap. Ik verstop mijn gezicht onder de deken en probeer het geschreeuw te negeren, maar het wordt steeds luider. Wat is daar toch aan de hand? Ik sla de deken van mij af en ga zitten. Het blijft even stil, totdat ik de voordeur dicht hoor knallen. Na enkele seconde stormt mijn moeder mijn kamer in en begint onbeheerst te gillen. Ik schrik op en spring uit mijn bed. "Hoe kun je nog slapen? Sta op! Je vader is er vandoor! Opstaan." schreeuwt ze terwijl de tranen als regendruppels op haar wangen belanden. Haar woorden komen als klappen aan in mijn gezicht. Even realiseer ik me niet wat er aan de hand is, maar het luide gegil door het huis trekt me de harde realiteit in. Hij heeft de benen genomen! Iedereen staat in mijn kamer. Amal probeert mijn moeder rustig te krijgen. Bachir schreeuwt tegen Adnane. Gelukkig slaapt Ismail nog, want ik weet wat de gevolgen zijn als hij hier achter komt. Ik kan er niet meer tegen. Ik hoor niet eens wat ze zeggen. Ik haal diep adem en gil het uit. "Stop!! Wat is er verdomme aan de hand?" Ze worden langzaam stil en kijken me aan. "Kunnen we beneden niet even rustig praten? Misschien wordt het dan duidelijk wat er aan de hand is!" Ze stemmen in en lopen naar beneden. In de woonkamer, barst mijn moeder weer in tranen uit. "Hij is weg." zegt ze snikkend en slaat hysterisch haar handen tegen haar gezicht aan. Ik schrik ervan en kijk haar met betraande ogen aan. Er ontstaat een irritante brok in mijn keel die ik maar niet kan wegslikken. "Mama, doe rustig. Wat is er gebeurd?" vraagt Amal met een scherpe stem. Mijn moeder zucht diep en begint haar verhaal. "We stonden vroeg op en zaten een kop koffie te drinken. Ik wist gewoon dat je vader niet in orde was. Hij sprak geen woord en zuchtte steeds alsof er een enorme last op zijn schouders rustte. Na een uur zei hij eindelijk iets. Hij vroeg mij of hij naar Frankrijk kon gaan. Ik vond het een rare vraag. Hij heeft geen familie in Frankrijk, dus wat gaat hij daar zoeken? Ik vroeg hem wat hij daar ging doen en zijn antwoord was dat hij uitgenodigd was op een bruiloft. Je vader maakte mij nog nieuwsgieriger. Ik vroeg hem bij wie hij was uitgenodigd. Hij zei dat ik ze toch niet kende. Ik vertelde hem dat ik het toch liever niet had als hij ging. Je vader smeekte mij om te gaan, maar ik vond het geen goed idee. We kregen een discussie, want ik vertrouw dit reisje helemaal niet! Hij greep naar de stoel en hief hem de lucht in om mij te slaan. Bang? Nee, bang was ik absoluut niet. Het enige wat ik deed was hem teleurgesteld aankijken. Na een huwelijk van meer dan twintig jaar, wil je me nu pas slaan?, heb ik hem gezegd. Woorden kon hij niet meer vinden. Hij gooide de stoel op de grond en draaide zich om. Het spijt me, Salma. Ik kan niet anders. Ik heb die mensen beloofd om te komen. Dit was zijn excuus, ik moest hem wel laten gaan, maar mijn hart weigerde. Hij vertelde me dat hij in de auto ging, samen met een andere man. Ik begreep het niet. Wie is die man dan? Waarom ken ik die mensen niet? Hij pakte zijn koffer in en liep naar de voordeur. Het laatste wat hij zei was: Alsjeblieft, Salma. Vertel mijn dochters niet dat ik weg ben. Ik zal jullie bellen als ik aankom." Het blijft stil in de woonkamer. Enkel het gesnik van mijn moeder blijft de stilte breken. "Oh, dus dat is alles! Haha, ik dacht dat je bedoelde dat hij dood was." zegt Bachir lachend en rekt zich uit. Ik schenk hem een dodelijke blik en ga naast mijn moeder zitten. Ze glijdt zuchtend met haar hand over mijn haren heen. "Kindjes, mijn hart vertelt mij om hem te vertrouwen, maar mijn verstand zegt mij dat ik niet zo snel los moet laten. Ik heb zo een gevoel dat hij niet naar Frankrijk is. Ik kan pas rustig ademen als ik het zeker weet." zegt mijn moeder zachtjes. Adnane en Bachir zwijgen en staren naar de grond. Ik leg mijn hand op die van mijn moeder en kijk naar Amal die zenuwachtig met haar broek speelt. Ze kucht even en kijkt mijn moeder twijfelachtig aan. "Zou hij naar Marokko gaan, ma?" fluistert ze bang. Mijn ogen worden groot. "Amal, je bent een genie!" schreeuw ik en sta op. "Kom op, ma. Je moet het reisbureau bellen en zoveel informatie voor je winnen." Ik kijk mijn moeder enthousiast aan, ook al lijk ik van binnenin te sterven. "Ik weet het niet, lieverd. Ze zullen niks vertellen." "Nee, mam! Je moet een beetje acteren. That’s all!" zeg ik aanmoedigend, maar diep van binnen hoop ik dat ze niet belt. Ik ben bang om de waarheid te moeten horen. Ik ben bang om het vertrouwen in mijn vader te verliezen. Ik ben bang!
"Oke dit is het plan. Mama, je belt en zegt dat papa een ticket bij ze heeft geboekt. Zeg dat je wilt weten wanneer hij terug komt, zodat je hem kunt ophalen. Als ze niet willen luisteren, ga je zielig doen. Is het begrepen?" zegt Amal serieus. Mijn moeder knikt kort en staart naar de telefoon. "En ik? Wat moet ik doen? Ik ben bang dat ik ga lachen, joh." zegt Bachir en kijkt me glimlachend aan. Ik voel mijn bloed borrelen. Als hij een woord zegt, vlieg ik hem echt aan. "Bachir, je hoeft bijna niks te doen. Je hoeft alleen maar die grote muil van je te houden en dit niet verpesten!" Zeg ik knarsetandend. Hij knikt ontevreden. Mijn moeder toetst het nummer in en na een gesprek van vijf minuten hangt ze op. Ik blijf angstig naar mijn moeder kijken. "Je hebt gelijk, Amal. Hij is naar Marokko." Ik voel me duizelig worden.Oh jij die ik de koning van mijn dromen noemde, hoe heb je dit kunnen doen? Jij die mijn held in elke nachtmerrie was, hoe heb je dit kunnen veroorzaken? Oh jij die ik als mijn beschermende engel zag, hoe heb je mijn hart kunnen breken?