Perspectief Chahid
Waarom kon ik het nou niet laten? Waarom? Ik ben zo dom. Wat zal ze nu wel niet over mij denken? Hoe moet ik me nu tegenover haar gedragen? Ik ben bang dat dit niet tussen ons blijft. Ik weet zeker dat Ismail mij vermoord, als hij weet dat ik zijn zusje op de verkeerde manier heb aangeraakt. Ik schud die gedachten uit mijn hoofd en sta op. Er zit niks anders op, dan Sakina gewoon normaal te behandelen. Wat er gisteren is gebeurd, zal ik moeten vergeten, ookal zal dat heel moeilijk voor me zijn. Gisteren kon ik mijn hart niet meer tegenhouden. Zelfs in het donker, was haar schoonheid voor mij zichtbaar. Ik houd echt zo veel van haar. Dit meisje is mijn ware. Ik wil alleen haar als mijn vrouw, als de moeder van mijn kinderen. Zij is de juiste voor mij! Ze mag niet van iemand anders zijn. Nooit!
Moe sta ik op en pak een handdoek uit mijn kast. Ik wandel richting de badkamer. Snel neem ik een douche en kleed me weer om. Ik loop naar mijn kamer en trek snel mijn witte sokken aan. Ik zucht diep en sta op. Als ik mijn kamer uit loop, knal ik per ongeluk tegen Sakina op. We blijven elkaar geschrokken aankijken. Ik weet me geen houding te geven. Dit is de eerste keer dat ik sprakeloos ben. Haar wangen kleuren rood en ze weet niet waar ze kijken moet. "Sorry. Ik zag je niet." mompel ik. "Het geeft niet." fluistert Sakina en verdwijnt snel uit mijn zicht. Ik haal diep adem en schud mijn hoofd. Wat heb ik gedaan? Ik loop de trap af naar beneden en zie dat Salma het ontbijt al op tafel legt.
De hyperactieve gebroeders, Ismail en Bachir zitten al stoeiend aan tafel. Ik heb geen zin om me te irriteren en neem snel plaats tussen Amal en Adnane in. Tegenover mij is nog een plekje vrij en naast Amal ook. Salma pakt een kan melk uit de koelkast en gaat naast Amal zitten. Perfect, nu kan Sakina tegenover mij komen zitten. "Chahid, drink je koffie op. Straks wordt het koud." zegt Salma en glimlacht naar me. Ik knik en staar naar mijn koffie. Ik zweer dat ik geen slok zal nemen, totdat Sakina voor mij zit en zij de eerste slok neemt van haar thee. Dan pas kan ik rustig ontbijten. Ik blijf geduldig wachten en na een tijdje hoor ik voetstappen op de trap. Sakina loopt de keuken in en groet iedereen. Ze kijkt even naar de stoel en dan weer naar mij. Ik probeer te glimlachen, maar ze slaat haar blik neer en draait zich om. "Ma, ik ga naar de stad. Ik ben toe aan nieuwe kleding. Tot vanmiddag, Inshallah." zegt ze hard op. "Wil je dan niet ontbijten, lieverd?" vraagt haar moeder. "Nee, ik koop daar wel een broodje. Beslema!"
Sakina loopt naar buiten en knalt de deur achter haar dicht. Snel schuif ik mijn stoel naar achteren en sta op. "Het spijt me, Salma. Ik moet gaan." zeg ik snel en trek ondertussen in de gang mijn schoenen aan. "Waarom zo een haast mijn zoon?" Ik moet gauw wat bedenken, voordat ze me door heeft. "Ik heb een sollicitatiegesprek, tante. Dat was ik bijna vergeten." Ismail kijkt me wantrouwig aan en het zweet breekt me uit. "Zal ik je afzetten?" vraagt hij en neemt een hap van zijn brood. "Nee, joh. Mag ik wel misschien je auto lenen?" Ik probeer zo geloofwaardig mogelijk over te komen. "Ja, natuurlijk. Hier heb je de sleutels." Hij gooit de sleutels naar me toe. Ik bedank hem en ren het huis uit. Ik kijk om me heen, maar zie haar nergens. Gehaast stap ik de auto van Ismail in en rijd weg. Ze moet hier nog in de buurt zijn. Als ik de hoek om rijd, zie ik haar mooie gezichtje. Ze staat op de bus te wachten. Ik rijd naar haar toe en rem af. Met kloppend hart stap ik uit en loop om. Ik open het portier en staar haar aan. "Stap maar in, prinses. Ik breng je wel." zeg ik en tover een glimlach op mijn gezicht. Het valt me op dat ze dit keer niet tegenstribbelt, maar met een kleine glimlach instapt. Ik stap ook in en rijd weg. Ik wil zoveel zeggen, maar mijn stem wil niet meewerken en mijn lippen weigeren te bewegen. Sakina doet ook zenuwachtig en zegt niks. Misschien was het toch niet zo verstandig om haar te volgen. "Sakina, wat ga je in de stad doen?" Dansen! Wat voor domme vragen stel ik? Ze gaat winkelen, dat had ze al gezegd! "Ik ga even wat kleding kopen." antwoord ze zonder mij aan te kijken. "Je hebt nog niet ontbeten." "Weet ik, ik heb geen zin." Ik kijk haar aan en schud mijn hoofd. "Dat is niet goed voor je, Keena. Je moet ontbijten. Ik heb zelf ook niet ontbeten. Zullen we samen even wat gaan bestellen als we er zijn?" Ik smeek het je, ya Allah, zorg ervoor dat ze instemt. "Nee, liever niet, Chahid. Bedankt, maar ik heb echt geen zin." Ik haal mijn schouders op. "Ik heb ook niet ontbeten. Ik ga nu wel even een broodje halen. Ik weet dat jij niet wilt eten, maar wil je wel even met me blijven zitten?" Ze denkt even na en knikt dan. "Oké, is goed." "Oké, Keena. Bedankt, ik moet je sowieso iets heel belangrijks vertellen." zeg ik zachtjes. Ze draait zich in een reflex om en kijkt me aan. "Wat dan?!"...