- 17 -

3.5K 98 6
                                    

Jane Delaro

Danica en Conner Dawn. De namen komen mij vaag bekend voor, maar ik kan mij verder niks herinneren. "Sorry. Ik wil niet onbeschoft zijn, maar je zei dat ze eeuwenoude Hybrides zijn?" Ik keer mij tot Oliver en kijk hem vragend aan. Danica begint te lachen en Oliver doet zijn best om serieus te blijven.

"Hybrides zijn onsterfelijk, ze verouderen niet. Dat doen ze tot een bepaalde leeftijd en daar blijven ze dan in hangen," verteld Oliver. "Hoe oud zijn jullie?" Verbaasd kijk ik de twee Hybrides aan. "164 ben ik inmiddels," zegt Danica. "165, als ik de tel niet kwijt ben," zegt Conner vervolgens.

Mijn mond valt open van verbazing. Ik voel Oliver zijn hand onder mijn kin en hij duwt mijn mond dicht. Kort kuch ik en ga beter op de bank zitten.

"Oliver, voor wat kwam je?" vraagt Danica vervolgens. "Oom Connor had vroeger speciale capsules, om voor zo veel uur een mens te zijn. Hebben jullie die nog?" Zei Oliver nou 'oom'? Wat is hier gaande? Wat mis ik?

"Tuurlijk hebben we dat nog! Hoeveel heb je nodig?" vraagt Connor en staat alvast op. Oliver denkt even na voor hij antwoord. "Vier capsules," antwoord hij dan. Connor knikt en rommelt wat in een kast.

"Hou jij de capsules bij je?" vraagt Oliver mij. Hij lijkt ineens nerveus. Verdacht kijk ik hem aan en knik langzaam. "Kijk eens," Connor staat voor mij en ik hou mijn hand op. Hij legt vier capsules in mijn hand en kort raakt zijn huid de mijne aan. Zijn ogen lijken van kleur te veranderen, maar ik kon het mij ook verbeelden. Alles hier, vindt ik maar vaag.

"Zullen we gaan?" vraag ik Oliver dan. Hij knikt en staat op. "Het was leuk om kennis met jullie te maken," zeg ik tegen Danica en Conner. Ze glimlachen vriendelijk naar ons. Oliver en ik lopen hun huis uit en willen richting de auto lopen, als Oliver plots stopt. "Ik ben mijn sleutel vergeten, loop maar alvast richting de auto," Hij drukt snel een kus op mijn voorhoofd en loopt het huis weer in.

Iets vindt ik verdacht hier aan.

Ik versterk mijn gehoor, om te luisteren wat er daarbinnen gebeurt.

"...goed over na denken. Oliver, je bent mijn favoriete neefje en ik wil niet dat er iets met je gebeurd of met je mate," hoor ik Connor zeggen.

"Ooit zal het moeten," hoor ik Oliver mompelen.

"Ik heb die keus ook moeten maken. Als je echt van iemand houd, dan doe je het," spreekt Danica. Als ik merk dat het stil blijft, ren ik met weerwolf snelheid naar de auto. Kort nadat ik aankom, komt Oliver met een enorme snelheid aanrennen.

"Jij rent hard," grinnik ik. Oliver glimlacht even en houdt zijn sleutels omhoog. Ik knik enkel en wacht tot Oliver de auto van het slot heeft gehaald. Tijdens de hele rit zit ik mij te bedenken, waar ze het nou over hadden. Als hij echt van mij houdt, wat moet hij dan doen?

'Laat het rusten. Als het echt belangrijk is dan verteld hij het ons wel,' zegt White. "Ik weet het, maar ik kan er niet tegen dat hij geheimen heeft,"

'Echt waar? Volgens mij ben jij ook niet helemaal eerlijk, je luisterde ze af,'

Pijnlijk, White. Dank je wel.

"Jane?" Oliver zijn hand ligt op mijn been en geschrokken kijk ik hem aan. "Waar zat je?" lacht hij. "Sorry, ik was even- Niks," Ik glimlach kort naar hem, waarna ik mijn blik op de weg richt. Ik vindt het ook zo vaag dat Oliver 'oom' zei tegen Connor. Ze zijn blijkbaar familie, maar hoe?

"Oliver?"

"Hm?" Zijn blik blijft op de weg gericht, terwijl zijn ene wenkbrauw omhoog gaat.

"Je zei oom tegen Connor, hij is dus familie van je," merk ik op. Oliver grinnikt even en knikt.

"Hij is een soort van oom van me, mijn moeder was heel goed bevriend met hun. Ze zagen haar eigenlijk als een zus, wat hun dus mijn oom en tante maakt," legt hij uit. "Ik keek naar die wand, waar allemaal namen op stonden. Nergens zag ik Hellando staan," mompel ik.

"Dat komt er door omdat ik de naam van mijn vader draag. Mijn ouders waren nooit getrouwd, de mate bond was al genoeg voor ze,"

"Wat is de naam van je moeder?" vraag ik zachtjes. Ik weet niet of ik dit wel moet vragen, misschien zijn het helemaal niet mijn zaken.

"Haar naam is Roos, ze was de Beta van Connor. Haar mate, Stefan, kwam te overlijden in een gevecht. Op een dag kwam ze mijn vader tegen en bleek het dat ze mates waren. Een demonwolf en vampier samen. Maar mijn moeder heeft mijn vader uiteindelijk afgewezen. Het overlijden van haar vorige mate kon ze niet verwerken, waardoor ze dus van man naar man sprong," legt Oliver uit. Met medelijden kijk ik hem aan. Het is verschrikkelijk om dit mee te moeten maken.

"Had Roos nog andere kinderen? Met Stefan samen?" Oliver knikt. "Die zijn geheel hun eigen weg gegaan, waarschijnlijk wonen ze in een pack hier ver vandaan," mompelt hij.

De auto komt tot stilstand en als ik naar buiten kijk, zie ik dat we in mijn pack zijn.

"Jane, ik wil me graag opnieuw voorstellen aan je vader," zegt Oliver plots. Kort slik ik en kijk hem twijfelend aan. Mijn vader mag hem nog steeds niet helemaal, ondanks dat hij zei 'Zolang hij goed voor je zorgt,'.

"Alsjeblieft, laat me hem duidelijk maken dat ik een goed persoon ben," Een goed persoon, die iets voor mij achterhoudt. Oliver kijkt mij vragend aan.

"K- kunnen we het een andere keer doen? Ik wil vanavond gewoon lol hebben," mompel ik en ik kijk Oliver voorzichtig aan. Hij zucht even, waarna hij glimlacht. "Tuurlijk, prinses,"

Mijn telefoon trilt en als ik kijk wie het is, zie ik dat ik een berichtje van Quincy heb.

"Quin vraagt waar we zijn," mompel ik enkel. "We halen haar wel bij haar thuis op," zegt Oliver.

Ik knik en geef hem het adres door, waarna we richting Quincy haar huis rijden.

Hated But LovedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu