deel 5.

77 6 0
                                    

De jongen deed teken naar mij dat ik naar de achterkant van het huisje moest gaan.

Ik deed gewoon wat hij deed.

In het midden zag ik een rampje.

De jongen kroop door het rampje.

"sorry ik wist niet dat mijn moeder thuis was."

Ik antwoordde meteen dat het niet erg was.

"Dus wat doe jij hier nu."

Ik keek weer op klokje.

22 minuten

Oliver schrok.

Hij raakt het klokje aan.

"Wat is dat dingetje?"

Ik legde hem uit dat het een klokje was die vertelde hoe veel tijd ik hier nog had.

Verbijstert keek hij me aan.

Ik besloot dan maar om hem te vertellen wat ik deed.

Als ik hier iemand moest gaan vertrouwen denk ik dat hij de beste optie zou worden.

Lijkbleek keek hij me aan.

Toen ik alles had uitgelegd staarde hij me sprakeloos aan.

"Maar.. hoe dan?"

"Ik weet het niet." Beantwoorde ik hem.

"Je dingetje doet weer iets anders."

Het piepte.

3 minuten.

"Mijn tijd is bijna op." Zei ik.

Hij vroeg me of ik morgen terug kwam.

Ik haalde mijn schouders op.

"Ik beland nu al 2 dagen in het bos als ik terug kom ben ik waarschijnlijk eerst daar."

"Als je terug komt zorg ik dat je kleren hebt van deze tijd." Bood hij me vriendelijk aan.

Ik glimlachte.

1 minuut.

Ik schrok.

"Ik moet weg. Maar beloof me dat je hier niemand of verteld." Zei ik hem vlug.

45 seconden.

"Beloofd." Zei hij terwijl hij mijn hand schudde.

We glimlachten naar elkaar.

Ik liep het bos in en verdween.

Nog geen 10 seconden later zag ik de professor weer.

"PROFESSOR!" schreeuwde ik.

Hij keek me geschrokken aan.

"Het werkt... ik... was in 1615" zei ik hijgend.

Hij keek me vol verwondering uit.

"HET WERKT!"

Ik vertelde hem over het feit dat ik een jongen in vertrouwen nam.

Aanmoedigend keek hij me aan.

"Morgen moet je terug." Zei hij.

Ik vroeg hem voor wat tijd langer.

Hij kon me nog niet beloven.

Gelukkig ging ik terug naar mijn hotel kamer.

De volgende dag kwam ik opgewekt het Labo binnen.

"Ik heb 2uur ingesteld vandaag."

Ik glimlachte en wandelde naar de startplek.

"Hier gaan we opnieuw."

Ik sloot opnieuw mijn ogen.

Wanneer ik ze opende zag ik dat ik opnieuw in het bos was.

Ik keek rond me heen.

Geen ruiter te zien.

"Psst,psst."

Er kwam geluid uit een struikje wat verder van me.

"Pssst"

Ik besloot dichter te gaan.

Toen ik dichter keek zag ik dat Oliver in de struik zat.

"Ik was hier aan het wachten op jou." Zei hij.

"Hoelang ben je hier dan al?." Vroeg ik hem.

"Niet zo heel lang denk ik."

Hij had iets vast in zijn handen.

Vragend wees ik het aan.

Hij overhandigde het me.

"Kleren."zei hij.

Ik besloot ze aan te trekken.

Niet echt modieus waren ze maar ik moest me hier gaan aanpassen.

Hij stak zijn hand naar me uit.

"Oliver." Zei hij

"Elodie" antwoorde ik.

In de verte hoorden we mensen praten.

"Snel we moeten ons verstoppen." Zei hij kortaf.

Samen verstopten we ons in de dichtste struik die we konden vinden.

TimezoneWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu