Hoofdstuk 4

171 10 5
                                    

POV Avalinde

Wanneer de deurbel gaat, maakt mijn hart een sprongetje. Beneden hoor ik de stemmen van mijn vader en een andere diepe stem. Waarschijnlijk die van Ashton. Kort daarna komt er nog een andere diepe stem bij. Ik frons even en loop mijn kamer uit. Bovenaan de trap blijf ik even staan. In de gang staan twee blondharige jongens. Mijn ogen worden groot.

Hij heeft één van zijn vrienden meegenomen? Oh mijn god, hoe ga ik vanavond ooit overleven?

Als de jongens zich omdraaien om verder het huis in te lopen, stokt mijn adem in mijn keel. Geschrokken zet ik een stap naar achteren. Luke Hemmings én Ashton Irwin zijn in mijn vaders huis!

'Ava! We hebben bezoek!' roept mijn vader naar boven. Ik zet nog een stap naar achteren, zodat hij me niet kan zien staan. Ik heb echt even een moment nodig om rustig te worden. Ik haal een paar keer diep adem. 'Ava?'

'Ik kom zo!' roep ik terug. Ik leun tegen de muur aan en probeer mijn ademhaling onder controle te krijgen. 

Zodra ik weer wat rustiger ben, loop ik langzaam naar beneden. Ik kijk naar de grond als ik de woonkamer even later binnen loop, te bang om Ashton en Luke in hun ogen aan te kijken. Ik weet zeker dat áls ik dat doe, ik het niet meer droog zal houden. 

Het gesprek verstomd en ik voel de blikken op mijn lichaam branden. Mijn vader schraapt zijn keel. 'Luke, Ashton, dit is mijn dochter, Avalinde.' Ik kijk langzaam op en voel meteen een brok in mijn keel ontstaan.

Ik haat mezelf. Waarom doe ik het mezelf aan om op te kijken? De tranen ontstaan in mijn ogen, maar ik probeer ze weg te knipperen, net zoals dat ik de brok in mijn keel probeer weg te slikken.

'Hoi', zeg ik zacht, waarna ik weer naar de grond kijk. 

'Ga maar zitten, Ava. Ik haal de thee wel.' Mijn vader loopt langs me heen om naar de keuken te gaan. Langzaam loop ik richting de bank, waarna ik op het puntje ga zitten. Als ik naast me kijk, zie ik dat ik naast Luke ben gaan zitten. In mijn gedachten facepalm ik mezelf.

Lekker bezig, Ava. Echt geweldig.

'Hey, ik ben Luke.' Luke steekt zijn hand naar me uit, die ik voorzichtig aanneem. 'Een vriend van Ashton.' Ik knik, nog steeds naar de grond kijkend.

'Weet ik', zeg ik zacht. 'Ik ben Ava.'

'Hallo, Ava. Ik ben Ashton.' Ashton, die op een stoel aan de andere kant van mij zat, steekt zijn hand ook naar me uit. Ik neem hem aan en leg daarna mijn handen in mijn schoot. 'Dus-uh. Vertel eens wat over jezelf?' vraagt Ashton aan me. Ik schud mijn hoofd en kijk op. 

Ava! Ik facepalm mezelf weer. Echt, hoe dom ben ik? 'Moet dat echt?' Ashton haalt zijn schouders op.

'Alleen als jij dat wilt.' Hij kijkt me onderzoekend aan, waardoor ik weer weg kijk. 'Gaat het wel?' Ik knik snel en trek mijn mauw verder omhoog. Ik heb net boven nog een sneetje gezet op mijn arm, omdat mijn bovenbenen inmiddels vol staan. 

'Ja hoor', mompel ik. 

Hoe de jongens het uiteindelijk voor elkaar hebben gekregen, weet ik niet. Maar na een tijdje hebben ze me toch aan het praten gekregen. We zitten nou op mijn kamer te praten. 

'Dus, je kende ons al?' zegt Luke met een grijns. Ik rol met mijn ogen en haal mijn schouders op.

'Ja, ik was bekend met jullie muziek. Mijn beste vriendin, Kate, was helemaal gek van jullie en liet mij jullie muziek luisteren. Ik was niet perse fan, maar jullie muziek maakte me af en toe rustig.'

'Wat is je favoriete nummer?' vraagt Ashton. Ik kijk hem geschrokken aan. Mijn ogen stromen vol met tranen, maar ik probeer het te verbergen door snel naar beneden te kijken.

'Ik heb niet echt een favoriet', mompel ik, terwijl ik mijn schouders ophaal. 

'Ah, kom op!' lacht Luke. Ik schud mijn hoofd. 'Iedereen heeft een favoriet.'

'Nou, ik niet', snauw ik naar hem. Hij kijkt me eerst geschrokken aan van mijn uitbarsting. Als er een traan over mijn wang rolt, kijkt hij me verbaasd aan, waarna kort daarna zijn blik over gaat in een bezorgde blik. Boos veeg ik de tranen van mijn wang af.

'Wat is er?' vraagt Luke bezorgd, terwijl hij zijn hand op mijn bovenbeen legt. Mijn been steekt even door mijn sneeën en ik trek geschrokken mijn been weg. 'Ohw, sorry', mompelt Luke, terwijl hij ongemakkelijk in zijn nek krabt. 

'Ava', zegt Ashton. Zijn stem klinkt bezorgd. Als ik hem aankijk, zie ik dat hij me ook bezorgd aankijkt. 'Ik weet dat we elkaar nog maar net kennen, maar je kunt me alles vertellen als je wilt.' Ik schud mijn hoofd. Ashton brengt zijn hand richting mijn gezicht en ik deins weg van zijn aanraking. Ashton kijkt me verbaasd aan, maar ik schud mijn hoofd weer.

'I-Ik moet gaan', mompel ik, waarna ik snel op sta en mijn kamer uit storm. Ik hoor de jongens achter me aan komen en mijn naam roepen, maar ik negeer ze. Ik moet weg hier. Ik ren de voordeur uit en ren richting het huis van Aaron. Gelukkig woont hij dichtbij en weet ik een aantal afsnijroutes. Ik hoor nog een paar voetstappen achter me, maar die weet ik al snel van me af te snijden doordat ik door een paar steegjes ren. 

Als ik bij Aaron's huis ben aangekomen, druk ik een aantal keer achter elkaar op de bel. Ik hoor wat gemompel achter de deur vandaan komen. Zodra de deur open gaat, storm ik naar binnen. 'Who!' hoor ik iemand zeggen. Een hand omklemt mijn pols. Geschrokken kijk ik op, terwijl ik mijn pols los probeer te rukken. 'Ava? Wat is er aan de hand? Je lijkt van slag.' Logan, Aaron's oudere broer, laat mijn pols los en trekt me in een knuffel. Ik probeer me los te wurmen uit zijn greep, maar hij laat me niet los.

'Logan, laat me los', piep ik. 'Alsjeblieft.' Logan laat me los en kijkt me bezorgd aan. 'Is Aaron boven?' Logan knikt, waarna ik de trap op storm. 

Ik storm Aaron's kamer in en laat me meteen in zijn armen vallen. Hij verstijft even, maar zodra hij door heeft dat ik het ben, drukt hij me stevig tegen zich aan. 'Shh, Ava. Rustig.'

Broken Home ft. 5sosWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu