4

123 8 0
                                    

'O, je bent wakker.'

Mijn blik verplaatst zich van de pagina van het boek dat ik aan het lezen was naar de deuropening, waar mijn opa aangekleed en wel staat. 'Al een tijdje. Komt door het tijdverschil, denk ik.'

'Dat is mooi, want het is tijd om op te staan. Claudia is ontbijt aan het maken.'

'Mooi, ik heb honger.' Al lag ik ook wel lekker zo in bed met mijn boek. Het is heerlijk om even geen verplichtingen of verantwoordelijkheden te hebben. Ik leg mijn boek op het nachtkastje en duw mezelf overeind van het bed, aanstalten makend om in pyjama achter mijn opa aan te lopen.

Bij de deuropening houdt mijn opa me echter met uitgestrekte hand tegen. 'Kleed je aan. Na het eten ga je met mij mee.'

Fronsend kijk ik hem aan. 'Waar gaan we heen?'

'Aan het werk,' antwoordt opa op een toon alsof we dit allang tien keer besproken hebben. Wat niet zo is, dat weet ik heel zeker. 'Je gaat hier niet al die tijd maar wat rond zitten lummelen. Bezig zijn is goed voor je. Dat helpt om je gedachten op een rijtje te zetten.'

Ik weet zeker dat hij op dat idee is gebracht door het gesprek met mijn vader. Het is typisch iets voor pap om me tijdens een welverdiende vakantie aan het werk te zetten. Maar aangezien opa al verder is gelopen naar de trap, slof ik toch maar in de richting van mijn koffer om een outfit voor vandaag uit te zoeken.

Dat is het moment dat het kwartje valt. Werken met mijn opa? Hij heeft verdorie een autokerkhof. Ik weet ongeveer net zo veel van auto's als van raketwetenschap. Oké, iets meer, maar dan nog. Wat moet ik de hele dag gaan doen?

Daar komt nog eens bij dat het waarschijnlijk werk is waar ik vies van word en ik heb natuurlijk alleen mijn beste kleren meegenomen. Ik ga echt niet in een van mijn lievelingsshirts of mooie spijkerbroeken werken.

Uiteindelijk besluit ik alsnog in mijn pyjama naar beneden te gaan. In de keuken is Claudia druk in de weer met een stapel burrito's terwijl opa aan de tafel een krant zit te lezen. 'Eh,' doe ik om de aandacht te trekken. 'Wat voor werk gaan we vandaag doen?'

'Wij gaan bruikbare onderdelen uit oude auto's demonteren,' antwoordt opa zonder zijn blik van de krant af te wenden.

Want dat is natuurlijk precies het soort werk waar ik voor geboren ben. 'Leuk idee, maar ik heb geen oude kleren bij me. Kan ik niet iets aan de administratie doen of zo? Of iets in de winkel?'

'Je kunt wel een van mijn oude shirts lenen,' oppert Claudia. 'En bel Dusty anders even of zij niet een oude broek voor je heeft. Jullie lijken dezelfde maat te hebben.'

'Ik heb haar nummer niet.' Wat niet zo heel gek is, aangezien ik de beste meid tot gisteren vijf jaar lang niet gezien heb.

'Pak mijn telefoon maar.' Claudia gebaart naar het toestel dat verderop op het aanrecht ligt. 'Maar schiet wel op, want het ontbijt is bijna klaar.'

Aarzelend pak ik het toestel op. Ik heb nog nooit kleren van iemand geleend, behalve één keer van mijn moeder toen ik ergens een zwarte broek voor nodig had en er bij de mijne een groot gat in het kruis bleek te zitten. En het pyjamashirt dat ik van Alice heb gestolen natuurlijk. Daar blijft het bij. Zelfs toen Alice leefde hebben we nooit kleren met elkaar uitgewisseld. Maar ik peins er niet over om een van mijn eigen broeken een gruweldood te laten sterven in opa's bedrijf.

Ik scrol door de contactenlijst en haal diep adem voor ik het toestel aan mijn oor zet. Hier gaan we dan.

-

Een uur later ben ik ingewijd in het concept van ontbijtburrito's en draag ik een vale spijkerbroek van Dusty die een beetje gerafeld is bij de pijpen. Een veel te groot roze shirt met het hoofd van Dolly Parton erop maakt mijn outfit compleet. Mijn kastanjebruine haar zit in een staart gebonden zodat het tijdens het werk niet in mijn gezicht valt. Je zou bijna denken dat ik hier thuishoor.

De snelweg naar mijn hartWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu