Hoofdstuk 4. Ruzie?

156 6 0
                                    

~ Emily ~

Samen met de meiden loop ik naar Duits naar de gymzaal. Waarom moeten we nu weer 4 trappen op zegt Lindsey. Ja hoe wil je anders bij de gymzaal komen zeg ik. Als we bij de gymzaal zijn kleden we zoals gewoonlijk weer snel om. Wat gaan we vandaag doen vraag ik als we in de gymzaal zijn. Vandaag gaan we ringen zwaaien zegt onze docent en Lindsey zucht al diep. Wat is er vraagt Ymke. Ik heb een hekel aan ringen zwaaien zegt ze. Als de rest van de klas er ook is moeten we eerst een paar rondjes rennen. Gaat het vraagt Ymke. Hoezo zou het niet gaan zeg ik maar ik voel weer een pijn steek in me knie. Omdat je een beetje raar doet met je knie zegt ze. Ja nee me knie doet weer een beetje pijn zeg ik. Dan moet je ook stoppen als het pijn doet zegt Lindsey die aan komt joggen. Je weet als je mij bij een dokter wilt krijgen moet je me meeslepen zeg ik lachend. Dan laat maar zegt Ymke lachend. Als we van onze docent weer mogen gaan zitten. Als de docent uitleg wil geven is de klas niet stil dus weet niemand wat we moeten gaan doen. Ja nu weten jullie niet wat jullie moeten gaan doet eh zegt onze docent en staat op om het nog een keer uit te leggen. Jullie mogen het magnesium gebruiken maar ik wil er geen gerotzooi mee zegt onze docent. En niet op konten slaan zegt Mitch dan. Iedereen krijg te slappen lach omdat het vorig jaar blijkbaar heel vaak gebeurde. Als we moeten gaan zwaaien gaat het in het begin wel goed maar naar een paar keer zwaaien begin ik last te krijgen van me handen aangezien met paardrijden ze ook altijd kapot worden getrokken en nu door de ringen weer. Jou beurt zeg ik tegen Ymke als ik klaar ben met mijn laatste keer zwaaien. Dit was de laatste keer voorlopig zegt onze docent en dan mochten we omkleden. Samen met Ymke en Lindsey lopen we naar de kleedkamer waar we alle drie vermoeit op de bank gaan zitten. Gym is zo slopend zegt Ymke met een diepe zucht. Echt eh zegt Lindsey en dan gaan we maar omkleden omdat we ook nog pauze willen. Als we omgekleed zijn lopen we weer naar beneden. De aula was leeg omdat wij het 5 en 6de uur gym hadden en dus daarna pas pauze hadden had iedereen al pauze gehad. Gaat het eigenlijk want het leek gisteren een flinke val vraag ik aan Lindsey. Ja het gaat het alleen een beetje spierpijn zegt ze.

~ Romy ~

Als de bel van het laatste uur is gegaan loop ik samen met Lotte snel naar buiten. Cassius was in de pauze naar school gekomen ook al wou ik dat niet ik heb hem ook niet gesproken. Na gisteren durf ik niks meer tegen hem te zeggen natuurlijk vind ik hem leuk maar ik weet niet of dit is wat ik wil omdat ik me niet meer bezig wil houden met jongens. Waar denk je aan vraagt Lotte. Cassius zeg ik. Ja wat is er met hem hij was hier vanmiddag ineens zegt Lotte. Dat weet ik ook niet en we lopen naar de fietsenstalling. Als ik bij de fietsenstalling kom loop ik naar me fiets en zie ik Cassius staan. Zo snel als ik kan ren ik naar Lotte die bij haar fiets staat. Wat is er nu weer vraagt ze. Daar is Cassius weer zeg ik met een trillende stem. Je doet net of hij iemand vermoord heeft wat is er vraagt ze. Hij zoende me maar ik weet niet wat ik van hem moet denken dus wil ik hem ontlopen zeg ik en draai me om omdat Cassius deze kan in kijkt. Praat met hem zegt Lotte. Nee dat kan dus niet dan denkt hij dat ik ook iets van hem wil weten maar dat wil ik niet dat met Sam is ook niet goed afgelopen dus hoe wil dit wel goed aflopen zeg ik. Alle jongens zijn verschillend het ging tussen mij en Kaj in het begin toch ook niet zo lekker zegt Lotte dan. Dat is waar maar niet alles is hetzelfde zeg ik en loop snel de andere kant op achter een muurtje omdat Cassius mijn kant uitgelopen komt. Weet je waar Romy is hoor ik hem vragen. Ik gebaar naar Lotte dat ze niks mag zeggen. Gelukkig zegt ze dat ze niet weet waar ik ben dus kan ik gerust zijn. Cassius loopt naar de school waarschijnlijk om daar te vragen waar ik ben dus loop ik snel naar me fiets toe. Bij me fiets ligt een briefje en die stop ik snel in me zak. Die lees ik later wel denk ik bij mezelf en haal me fiets uit het rek. Als ik me fiets uit het rek heb gehaald zie ik Cassius de school uitkomt dus fiets ik snel via een andere uitgang naar huis. Als ik thuis komt gooi ik me tas op in de gang en de deur achter me dicht. Hoe moet ik dit nu doen ik kan Cassius nooit ontlopen en laat ik met tegen de muur naar beneden glijden. 

~ Lotte ~

Als ik thuis kom wordt er al snel weer aangebeld dus loop ik weer naar de deur. Als ik de deur open doe zie ik dat Kaj voor de deur staat. Heey zeg ik en geef hem een knuffel. Heey zegt hij voorzichtig. Is er iets vraag ik. Lotte eigenlijk moet ik je iets vertellen zegt hij. Kom binnen zeg ik en hou de deur voor hem open. Wat is er vraag ik nog een keer. Kunnen we eerst wat drinken vraagt hij. Ja dat kan zeg ik en loop met hem naar de keuken. Wat wil je vraag ik lief. Doe maar water zegt hij. Ik pak een glas en vul het met water en pak zelf ook wat te drinken. Je wil vast ook weten waarom ik gisteren niet kon zegt hij. Ja ik vond het raar dat je pas afbelde na de afgesproken tijd zeg ik. Lotte het spijt me echt heel erg zegt ze. Hoezo wat spijt je dat ik gisteren op je heb zitten wachten maar je nooit bent gekomen dat maakt allemaal niet uit kan gebeuren dat er iets tussen komt zeg ik. Lotte het maakt wel uit wat ik gedaan heb is stom onvergefelijk zegt hij. Wat overdrijf je Kaj je bent een keer niet gekomen het is niet dat je me al 20 keer hebt laten zitten ofzo zegt ik. Het is niet overdrijven Lotte wat ik heb gedaan is vreselijk zegt hij en slaat op en kussen. Ik wil omdraaien omdat ik even wilt denken over wat hij kan bedoelen maar ik kan niks bedenken. Als ik nog even zo sta dan pak Kaj achter me me pols. Lotte het is vreselijk en ik hou en verschrikkelijk veel van je zegt hij. Kaj ik weer verdommen niet waar je het over heb dus je kunt wel sorry zeggen maar als ik niet weet waarvoor het is weet ik ook niet of ik boos moet worden of wat ik moet doen zeg ik.  Lotte je moet me iets beloven voor ik je wil vertellen wat er is zeg ik. Wat vraag ik. Dat je niet boos wordt zegt hij. Als ik niet weet wat het is weet ik ook niet of ik boos kan worden Kaj dus ik beloof niks zeg ik. Dan niet maar ik wil wel dat je weet wat er gebeurt is ook al dacht ik dat je het al wist zegt hij. Kaj zeg nu maar wat er is zeg ik nu een beetje geïrriteerd. Lotte ik ben vreemdgegaan het spijt me zeg hij. 

Together we are strong (B-Brave Fanfictie)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu