De gevangenis van de Scharlaken Dageraad bevond zich onder het landhuis en ik kwam er al snel achter dat mij daar een verschrikkelijke tijd te wachten stond.
Het begon met het plafond, die zeer laag was. Ik had de mazzel dat ik gewoon rechtop kon lopen, maar mijn bewakers - twee mannen die ik nog niet eerder had gezien - moesten bukken. Dit beloofde niet veel goeds.Omdat er niet werd gereageerd op mijn smeekbedes, liet ik die ondertussen voor wat ze waren.
De geur kwam als een klap in mijn gezicht naarmate we de massieve betonnen treden richting de laagste verdieping afdaalden. Het rook er naar verrot stro, uitwerpselen, ongewassen lichamen en meer van dat, wat samen een vreselijk aroma vormde. Ik kokhalsde, maar werd gedwongen om verder te lopen, hoe hard ik ook probeerde tegen te werken.
Ineens was ik blij met mijn lege maag, die intussen wijselijk niet meer gromde.Het was er donker en ik kon nergens ramen of luchtgaten ontwaren. Slechts wat walmende fakkels die onregelmatig geplaatst waren zorgden voor schimmig licht, maar dat was bij lange na niet voldoende om alle uithoeken goed te kunnen zien. Ik had dus geen idee hoe groot deze kerker was.
De doffe glans van tralies kwam me van alle kanten tegemoet, samen met een meelijwekkend jammerend geluid ergens in het duister.
Ik huiverde, want ik voorvoelde dat iedereen weleens jammerde in deze vreselijke plaats.
Her en der was geschuifel hoorbaar: ik was hier niet alleen.De wanhoop drong diep door in mijn botten en ik drukte mijn samengebonden handen huiverend dichter tegen mijn buik. Het was noodzakelijk dat ik elk beetje warmte waar mogelijk vasthield.
Ik strompelde meer dan ik liep en kreeg die tijd. Mijn bewakers kwamen door hun lengte niet snel vooruit.
Rechts van me gooide een gevangene zich tegen zijn betraliede behuizing en begon waanzinnig te krijsen en zijn stakerige armen door de tralies te drukken. Hevig geschrokken deinsde ik achteruit, weg van de man. Mijn adem kwam beverig naar buiten en ik voelde hoe mijn armen trilden in de strakke greep van de twee bewakers, die zelf nauwelijks hadden gereageerd en me nu wel meesleurden.Nu ik wat dichter bij de cellen was gekomen, merkte ik dat het eigenlijk kooien waren. Het betroffen grote kubussen, met stevige tralies aan alle kanten, die lukraak neergezet leken te zijn. Soms waren er bosjes van wel acht kooien bij elkaar, af en toe was er eentje die alleen stond, en alles daar tussenin. Als er iets van een bepaalde opzet werd beoogt met deze opstelling, dan was mij dat niet duidelijk.
De betonnen vloer tussen de kooien leek redelijk schoongeveegd, maar er in was een geheel ander verhaal.'Een vrouw,' hoorde ik ergens fluisteren en daarna van alle kanten het kling-geluid van handen die zich om tralies klemden.
Het gejammer in de hoek hield op en daarmee was het ineens doodstil, op onze voetstappen na.'Een vrouw,' echode een andere stem. Er klonk ontzag in door.
Ik kreeg het idee dat mijn medegevangenen allemaal mannen waren.
Toen ik schuw om me heen keek, zag ik grote vuisten om ijzeren staven en daarachter koortsachtige ogen die mijn gestalte geen moment loslieten.
De golf die door me heentrok, was een mengeling van angst en afschuw, maar ik voelde ook medelijden voor deze arme drommels die hier al zolang opgesloten moesten zitten.Het deed mij huiveren voor mijn eigen toekomst.
We leken het einde van de bewoonde kooien te naderen, want ik zag wat verandering voor me uit. Cellen met open deuren. Ik werd in de eerste de beste lege gedrukt en terwijl de ene bewaker wat in de hoek neerzette, was ik verrast door de grootte van de kooi. Op de hoogte na, viel het me niet tegen.
'Veel plezier, prinses,' grijnsde er een en ik draaide me vliegensvlug om. De twee mannen lachten hun tanden dreigend bloot en daarna moest ik machteloos toezien hoe ze de deur dicht zwaaiden en op slot draaiden.
De echo van de dichtslaande traliedeur drong door in de uithoeken van de uitgestrekte ruimte en trok compleet in mijn lichaam. Ik rilde.
JE LEEST
In het woud || 18+
Vârcolaci|| Let op: 18+ • Bevat volwassen content || Liane is nieuw op school en alles gaat al heel snel heel erg mis. Wie is dat groepje die in persoonlijkheid en macht overal bovenuit stijgt? Waarom helpt de leider haar, als hij haar niet uit kan staan? W...