Hoofdstuk 23

737 61 13
                                    

In stilte zitten we aan tafel. Ik heb knallende koppijn en Maria heeft niet meer tegen me gepraat sinds gisteren. Nog steeds ben ik razend maar ik probeer mezelf te kalmeren. Op een dag zal ik haar terugpakken. En goed.

'Welke voorspelling?' vraag ik uiteindelijk.

'Hmm? Wat bedoel je lieve schat?'

'Nog een voorspelling?' roept Daniel verbaasd. Ik grinnik en wend me naar Maria. 'U had het gisteren over een voorspelling.'

'Ah, ja. Het is een lange en moeilijke voorspelling dus bereid je voor.'

'Ik doe me best,' zucht Daniel. Hij legt zijn voeten op tafel en slaat als een klein kind zijn armen over elkaar. Maria fronst en zucht.

'Lang geleden is er een voorspelling verteld van moeder op dochter. Het gaat over een mens zou zijn. Een mens niet van hier die contact zou kunnen maken met onze goden. Normaal gesproken kan alleen iemand van blauw bloed dat en een mens zou uitzonderlijk zijn. Daniel is het één keer gelukt. Dus we dachten dat de voorspelling geweest was. Totdat we eraan herinnerd werden dat Daniel, de lieve schat, hier geboren was.'

'Hmm wat?' verbaasd kijkt Daniel op.

'Ik kan de laatste tijd geen contact maken met de goden en Faustus en ik dachten omdat jij het enige mens bent in omstreken op dan jullie twee vrienden na... dat jij de voorspelling misschien waar kan maken.'

'Maar wat hebben wij daaraan?' vraagt Daniel rustig.

'De goden kunnen ons vertellen wat we moeten doen om voor eens en voor altijd de oorlog te bezegelen.'

'Nou, dat gaat moeilijk aangezien...' Voordat ik mijn zin af kan maken stormt Culain binnen.

'Ongeveer twintig zwarte ridders zijn de stad binnen gedrongen!' schreeuwt hij de zaal in.

'Wat?' roept Maria verbaasd en abrupt staat ze op.

'Hoe kan dat?' vraag ik verbaasd.

'Ik weet niet, ze doden onschuldige mensen!'

'Verdomme!' vloekt Maria. 'Daniel, trommel alle wachters op. Jij hebt met Culain de leiding!'

'U vecht niet mee?' vraagt hij verbaasd.

'Avaline en ik gaan naar de tempel toe. De aanvallen moeten nu een keer ophouden!'

'Maar ik heb nog nooit zonder u gevochten!' stamelt Daniel. Hij ziet er moe en lichtelijk bang uit. Maria negeert zijn angst. Ik heb medelijden met Daniel. Hij lijkt hulpeloos.

'Avaline, ga je klaar maken. Ik zorg voor de paarden en wapens.' Maria loopt, met Culain achter haar aan, met een snelle pas de zaal uit en laat ons verbaasd achter.

'Ze is het echt zat,' zucht Daniel. Ik sta kalmpjes op en ga bij Daniel staan.

'Daar ga ik weer,' zucht hij.

'Doe je wel voorzichtig?' vraag ik zacht. Glimlachend kijkt hij mij aan.

'Natuurlijk doe ik dat! Dat hoef je toch niet te vragen.' Hij wrijft in zijn nek en vlug geef ik hem een kusje op de wang.

'Dat is je geraden Daniel.' Hij begint te lachen en kijkt me dan nog een keer aan.

'Doe jij ook voorzichtig?'

'Ik doe toch altijd?' zeg ik lachend.

'Dat is je geraden, ik wil mijn beste vriendin niet verliezen.' Met die woorden loopt Daniel de zaal uit.

Ik haal diep adem en loop naar mijn slaapkamer toe. Ik ben wel benieuwd wat de goden te zeggen hebben. Misschien kan ik ze een beetje treiteren en... ik moet glimlachen om mijn eigen volwassenheid en voel een kleine steek in mijn hart. Zulke grapjes maakte mijn vader ook altijd. Wat mis ik hem.

MissWinterWonderland {Voltooid}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu