Hoofdstuk 8

1.2K 84 8
                                    

Ik word wakker en knipper een aantal keer moeizaam met mijn ogen. Weing kan ik me herinneren van de gisteravond nadat Culain uit de kamer weg was gegaan. Ik open een stukje van het gordijn en ik kijk uit over een grijze stad. Het aanblik blijft prachtig. Ik zucht even en sta op. Ik draag een andere jurk als pyjama en besef dat ik mezelf nu maar moet zien aan te kleden. Ik werp een blik op Maria. Ze ligt nog te slapen. Haar mond is een stukje open en ze lijkt alsof ze nog diep in dromenland is. Ik had haar niet eens meer binnen horen komen gisternacht. Mijn ogen dwalen af naar mijn kleren die waarschijnlijk door een werkster over de stoel zijn gehangen. Ik trek ze weer aan. Tot mijn verassing gaat het makkelijk dan het gedacht. Met een aantal rare technieken krijg ik het voor elkaar om er net zo uit te zien als gister. Nou ja, qua kleding dan. Ik maak een slordige knot in mijn blonde haar en kijk nog een keer naar Maria. Ze lijkt gemaakt van porselein. Zo breekbaar ziet ze eruit.  Zou ik de kamer al uit mogen? 
Ik haal mijn schouders op en open zacht de deur. Ik kom uit op de grote hal en iedereen lijkt nog te slapen. Hoe laat is het? 
'Pardon, maar wie bent u?' Een meisje met zwarte haren komt naar me toegerend en ik schat haar ongeveer dertien jaar. 
'Ik ben Avaline... de euh... linkerhand van de koningin,' zeg ik vastbesloten. 
'Oh, u bent nu al wakker? De meeste handen van de koningin worden pas wakker over ongeveer...' Ze kijkt naar buiten. 'Vijf uur,' glimlacht ze. 
'Oh...'
'Maar dat maakt niet uit, dan kan ik u direct rondleiden door het paleis. En de stad laten zien. Dan hoeft de koningin dat niet meer te doen. Ze houdt daar niet zo van.' Het meisje pakt mijn hand en trekt me door de gangen. 
'Wat is je naam?' vraag ik rustig. 
'Galena.' 
'En jij bent hier ook een dienaar?' 
'Ja, de koningin bood me onderdak aan toen mijn ouders overleden,' zegt het meisje glimlachend.
'Dat is nu vijf jaar geleden en ik voel me helemaal thuis hier.'
'Ik ga me hier nooit thuis voelen,' zeg ik beslist terwijl Galena en ik door de gangen wandelen en ze me af en toe vertelt wat-wat is.
'Ooh, geloof me, dat went heel snel hier.'
'Ik heb een ander thuis, hier heel ver vandaan. Daar hoor ik. Niet hier.' 
'Je went hier snel, geloof me, binnen een mum van tijd vergeet je zelfs wie je echte familie is.' Ik bijt op mijn lip. Dat is niet echt een antwoord waar ik op hoopte. 
We stoppen voor een grote deur. 
'Dit is de schilderijen hal, daar mag je niet komen.' 
'Waarom niet?' 
'Mag niet, punt uit. Je mag daar niet komen. Zullen we verder?' Galena trekt me mee. Ze laat me elke kamer in het paleis en vertelt er veel over. We herhalen de route drie keer en stoppen uiteindelijk voor de eetzaal waar nu de heerlijke geur van gebakken brood hangt. 
'De koningin zou zo wakker zijn, 'k raad u aan om alvast het personeel te begroeten en uzelf voor te stellen. U bent namelijk zometeen degene die opdrachten geeft.' Ik knik begrijpend en Galena zucht. 
'Ik ga de koningin wakker maken en helpen met haar kleren. U heeft geluk dat u dat nu hoeft te doen.'
Galena wil weglopen maar ik zeg: 'Je hoeft me geen U te noemen. Ik ben nog maar zestien.'
'Dat maakt nu uit. U bent mijn baas. Respect is belangrijk voor een koninkrijk.' Galena loopt weg en laat mij een beetje verbaasd achter.

Nadat de koningin eindelijk wakker was geworden en we met zijn drieën hadden gegeten lopen we naar buiten. Het voelt niet koud hoewel de hele hoofdstad besneeuwd is.
'Mijn koningin, mag ik iets vragen?' Samen met Daniel volg ik koningin Maria die met een klein parapluutje op haar schouder in een rustig tempo loopt.
'Wat is er Avaline?' vraagt ze met een kalme stem.
'Wat doen we in de hoofdstad? Tenminste ik dacht dat we naar de tuinen gingen.' Maria begint hartstochtelijk te lachen.
'De tuinen zijn een bijzaak van mijn dagelijkse taken. En nu wil ik eerst de bewoners van winterstad begroeten.' Ik knik begrijpend en volg met mijn handen op mijn rug de koningin. In de verte klinkt geschreeuw van twee kinderen.
'Ik hoef dit speelgoed niet meer. Het is stom,' gilt eentje.
'Ja, het is oud en niet meer leuk,' roept de ander. Ik zie een geschokte moeder kijken naar hoe twee kinderen hun speelgoed op straat gooien.
'En één van mijn dagtaken is de burgers in de gaten houden, volg mij alsjeblieft.' We volgen de koningin die knielt bij het afgetrapte speelgoed. De ondankbare kinderen schrikken niet eens bij het aanblik van zo'n hoog persoon.
'We wilden het speelgoed niet meer,' zegt een blond meisje. Ik moet toegeven ze ziet er erg arrogant uit voor een kind van nog niet zeven.
'Valentijn, gaat het?' De koningin kijkt niet naar de kinderen maar naar de grote pop die nu ineens zijn hoofd schudt. Geschrokken stappen de kinderen achteruit.
'Ze hebben mij pijn gedaan, koningin, ze hebben ook mijn vrienden bezeerd,' zegt de clown pop.
'Wat heb je aan kinderen zonder zelfbeheersing tijdens het spelen? Die zijn de toekomst van deze stad,' fluistert Maria.
'Zeg het tegen ze koningin. Alstublieft, dit is geen leuk spel meer,' roept het speelgoed.
'Zeg het zelf mijn vrienden.' Maria fluistert iets en recht voor mijn ogen groeit het speelgoed tot levensgrote levende wezens. Iedereen op het plein kijkt verbaasd naar de koningin.
'Maak ze weer klein, dat is ons speelgoed,' schreeuwt het andere ondankbare kind.
'Jullie hebben ze pijn gedaan, uitgescholden en nu... is dat hun beurt. Bijt van jullie af mijn vrienden. Jullie hoeven niet meer zo te leven en land kan niet groeien met kinderen die ondankbaar zijn opgevoed.' Het speelgoed loopt de dreigend op de nu bang lijkende kinderen. Ik kan het niet aanzien en wijk mijn blik af.
'Blijf kijken Avaline, blijf kijken, ik wil dat je ziet hoe wij hier omgaan met ondankbare wezens,' lispelt de koningin. De levensgrote poppen drijven de kinderen in een hoekje. De scheldwoorden vliegen de jonge kinderen om de oren.
'Nu is het niet meer zo leuk om de kleinste te zijn hè?'
'Doet het pijn die woorden? Nou dat deed het bij mij wel.'
'Laat het stoppen,' krijst één van de kinderen.
'Hoezo? Jullie hebben ze mishandeld, kijk hoe lelijk ze zijn. Door jullie. Zo is het spel mijn kinderen, je speelt het eerlijk of je wordt gestraft,' snauwt Maria.
'En nu wordt het tijd dat jullie het afleren.' De poppen beginnen te schreeuwen, te gieren, te lachen, ze maken de jonge kinderen belachelijk.
'Koningin, u moet stoppen,' roep ik.
'Ik stop niet, totdat het recht is gedaan,' mompelt Maria zonder haar blik van het schouwspel af te wenden.
'Zo is het spel,' fluistert ze.
'Dit is geen spel,' schreeuw ik woedend.
'Oh jawel Avaline, het hele leven is een spel. En je leert van de fouten die je hebt gemaakt op je volgende zet te verbeteren. Maar leer je er niet van. Verlies je, niet alleen van het spel.'
'Laat 't stoppen, alstublieft,' smeken de kinderen. Ze zitten op hun knieën en de tranen stromen over hun wangen.
'Ik denk dat ze van hun fouten hebben geleerd,' zeg ik met een trillende ondertoon.
'Verdwijn,' schreeuwt Maria en het speelgoed valt levenloos op de grond. De kinderen trillen nog helemaal na van wat er is gebeurd.
'En mijn kinderen, wat hebben jullie geleerd?'
'Dit is ons speelgoed en u heeft niks te zeggen,' schreeuwt één van de kinderen boos. De blik van Maria verstrakt en ik zie mensen achteruit deinzen. Daniel pakt mijn arm en trekt mij zachtjes achteruit.
'Nu zie je hoe een meesteres te werk gaat,' fluistert hij.
'Aha... juist. Wie niets wil zien heeft ook niets geleerd. Kinderen die niet willen leren, hebben ook geen recht om te leven,' schreeuwt ze tegen de kring die zich nu om ons heen heeft gevormd.
'Wij, hier in Winter Wonderland, zijn geduld van respect, beleefdheid en dat krijg je niet door ondankbaar te zijn tegen mensen die het meest van je houden.' Maria kijkt eng ijzig uit haar ogen.
'Speelgoed... kom tot leven,' schreeuwt ze tegen de poppen die weer langzaam opstaan.
'Laat ze niet leven,' lispelt ze woedend. De poppen rennen op de kinderen af en pakken ze vast. Het gegil is afschuwelijk en ze krijsen zo hard dat ik kippenvel krijg.
'Laat dit een les zijn voor iedereen. Wie ondankbaar is krijgt straf, ken jullie zonden,' roept Maria. Daniel wendt zijn blik niet af van het schouwspel van de kinderen die langzaam in stukjes worden gescheurd. 'Het spel is voor hun afgelopen,' zeg ik langzaam alsof ik het begrijp. Als het gekrijs van de kinderen is opgehouden steekt Maria haar paraplu weer op en loopt verder alsof er niks is gebeurd.
'Ruim het bloed op poppen en keer vervolgens terug naar jullie huidige vorm,' commandeert ze.
'Ja uwe majesteit,' zeggen de poppen tegelijk. We volgen de bruinharige vrouw en ze loopt verder weg van de menigte. Haar gezicht valt langzaam aan weer in de plooi van die vrolijk koningin die iedereen aanbid.
'Laat dit een les voor je zijn, Avaline. Er zijn regels hier, lees ze, ken ze anders is net als voor jou het spel afgelopen. Je bent vrij de rest van de middag. Ik verwacht je voordat het donker valt terug.' Ze loopt zonder om te kijken verder en laat mijn met een open mond van verbazing achter. 

MissWinterWonderland {Voltooid}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu