Hoofdstuk 10

4 3 0
                                    

Dorian

Voor Dorian werkte het om bezig te zijn, zodat zijn gedachten niet afdwaalden naar verliezen en hij niet verdronk in rouwgevoelens. Het was een schok geweest om te horen dat hij weer een zuivering moest meemaken, maar het was net zo'n grote schok als toen hij gisteren hoorde dat Chloë's ouders en broertje waren omgekomen in de zuivering in Fenour. Dus de volgende nacht werkte hij hard achter de bar. Hij nam bestellingen op, tapte voornamelijk bier en wanneer hij even geen klanten voor zich had, waste hij de glazen af om ze vervolgens op de juiste plek terug te zetten. Als de negatieve gedachten tussen het werk door wél een weg naar boven vonden, probeerde Dorian aan de positieve dingen te denken, zoals dat Chloë het had overleefd en Cayden deze nacht terug in Nirvelli aan zou komen. Hopelijk kwam hij met informatie over de zuivering.

Dorian stond net een glas af te drogen, terwijl hij in gesprek was met een klant, toen hij vanuit zijn ooghoek zag dat de deur met het kapotte glas openging en een bekende vrouw naar de bar toe liep. Ze nam voor Dorian plaats en gaf hem een glimlach die de taveerne oplichtte tot in de donkerste hoeken.

'Zeg het maar,' zei Dorian met eenzelfde glimlach, nadat hij beleefd het gesprek had afgekapt zodat hij zich tot Chloë kon richten. Hij legde het glas dat hij net had schoongemaakt neer op een plank waar hij net aan bij kon als hij op zijn tenen ging staan.

Chloë liet haar onderarmen op het plakkerige tafelblad rusten en boog zich voorover. Een paar plukken van haar lange, iets te gele haren vielen naar beneden op het blad, maar ze merkte het niet op of het leek haar niet veel uit te maken. 'Ik heb je in betere omgevingen gezien.'

Deze taveerne werd niet erg goed onderhouden. De tafels plakten van het bier, de houten vloeren kraakten en zaten vol met krassen en enkele ramen waren gebarsten. De geur van bezwete lichamen was echter het ergste, maar na uren daarin gewerkt te hebben, rook Dorian het al nauwelijks meer.

'Ik moest iets van werk hebben,' zei Dorian schouderophalend. 'En de mensen hier zijn redelijk. Alhoewel, niet iedereen. Mijn baas is een nachtmerrie.'

Het enige wat hij deed was blaffend bevelen uitdelen en als een werknemer niet goed genoeg zijn werk deed, kreeg diegene minder loon, soms zelfs niets als de baas in een uitzonderlijk slecht humeur was. Dat laatste was vaak het geval.

'Durf je het aan om een paar uurtjes vrij te nemen? Dit is de laatste nacht zonder de koningin.'

'Dat zou ik graag willen, maar ik kan niet zomaar verdwijnen.' Als Dorian weg wilde, moest dat onopgemerkt gebeuren. Zijn baas zou hem nooit zomaar laten gaan.

'Zorg voor afleiding.' Het klonk alsof ze een plan had.

'Wat voor afleiding?'

'Ik help je wel.' Chloë gaf hem een knipoog en liep naar een groepje mannen toe die op luide toon met elkaar spraken en zo nu en dan bulderend lachten, terwijl Dorian een biertje tapte en haar in de gaten hield. Ze begon met hen een gesprek en wees op een gegeven moment naar Dorian.

Dorian probeerde niet te verbaasd te kijken. Wat was ze van plan? Ze gebaarde dat hij naar hen toe moest komen. Dus Dorian staakte zijn bezigheden om zich te mengen met wat Chloë ook van plan was.

'Dorian, dit is Lucas. Lucas, dit is Dorian,' zei Chloë vriendelijk. De man tegenover haar was ergens eind de twintig. Hij staarde naar Dorian, maar zijn blik was niet helemaal gefocust. Op de ronde tafel waar de mannen aan zaten, stonden naast vele lege kannen bier, ook gevulde kannen. Het was geen verrassing dat Lucas overduidelijk dronken was.

Nu werd het plan in ieder geval duidelijker. Dorian lachte even. Dit was absurd. 'Kom een biertje met ons drinken,' zei Lucas uitnodigend, gebarend naar de andere mannen. Alle stoelen aan tafel waren bezet, dus Dorian schoof een stoel naast die van Lucas en hoopte dat de baas zich nog even niet in de ruimte liet zien.

Het ontwaakte vuur [HERSCHRIJVEN]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu