18 ~ Het moment van de waarheid

6 2 4
                                    

De heks en de heldin wisten niet hoe lang ze al door het bos struinden, toen ze stemmen hoorden

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

De heks en de heldin wisten niet hoe lang ze al door het bos struinden, toen ze stemmen hoorden. Voorzichtig strompelden ze verder, terwijl ze naar de verschillende geluiden luisterden. Avélie luisterde in ieder geval, Brenn deed enkel haar best niet te luid te kreunen door de pijn. Ze kon zich maar moeilijk concentreren op andere dingen.

Toen Avélie Nesta's stem herkende, krulden haar mondhoeken omhoog. Vervolgens herkende ze die van Idris. Er was nog een derde stem bij die ze niet kon plaatsen. Het was Mattías, die voor Avélie jong en niet bedreigend klonk.

Ze knikte naar Brenn. 'Nog een stukje.'

De heks gromde wat.

Zodra ze tussen de bomen door wankelden, zagen ze het drietal op een omgevallen boomstam zitten. Nesta zat in het midden, met Mattías links van haar en Idris rechts. Ze waren hun plannen aan het bespreken voor hun volgende stap.

Nesta sprong als eerste op. Haar armen trilden. Ze balde haar handen tot vuisten, terwijl ze haar moeder bekeek met een hele reeks van verschillende emoties. Ze was ongelofelijk blij om haar te zien, opgelucht dat ze nog leefde, maar ook bang voor een uitbrander. Ze wist niet op welk gevoel het eerst te reageren.

'Laat me los,' zei Brenn tegen Avélie. Die aarzelde, maar deed wat haar gezegd werd.

De heks wist een paar wankelende stappen vooruit te zetten, voor ze haar evenwicht verloor. Ze strekte haar armen, om haar val te breken. Idris kwam recht om haar op te vangen, maar Avélie was hem voor. Voor ze de grond raakte, haakte Avélie haar arm rond Brenns buik en trok ze haar weer recht.

Brenn schudde zwak met haar hoofd, maar liet zich toch verder ondersteunen. Haar blik gleed langs de gezichten van de mensen voor haar. Een kleine glimlach vormde om haar lippen toen ze Idris zag. Hij was ouder geworden, maar hij was niet veel veranderd. Zijn blonde krullen waren minder lang, maar nog even herkenbaar.

'Lang geleden,' bracht ze met moeite uit.

'Te lang,' knikte Idris met spijt in zijn ogen. 'Ik zal haar wel overnemen,' zei hij tegen Avélie.

'Graag,' mompelde Brenn. Strompelend liep ze met Idris mee naar de geïmproviseerde bank.

Nesta bekeek de heks even. Ze zag er nog slechter uit dan toen ze elkaar in Liora's kasteel zagen. Ze richtte zich vervolgens tot haar moeder. 'Wat is er gebeurd?'

'Liora,' antwoordde Brenn in Avélies plaats.

'Ze heeft Brenns magie afgepakt. Dat is waarom ze niet kan blijven staan.'

De heks knikte zwak, terwijl ze naar haar hoofd greep. Ze boog voorover en bleef zo verkrampt zitten.

Idris wreef wat over haar rug. 'Kunnen je kruiden niet helpen, Avélie?'

'Ik wil niks van Avélie.'

'Is dit echt het moment om trots te zijn?' Idris vroeg het voorzichtig, maar de heks schonk hem toch een dodelijke blik. Hij stak verontschuldigend zijn handen op, vooraleer hij zijn pak kaarten uit zijn zak haalde en het begon te schudden. 'Het spijt me. Slecht voorstel.'

Wraak der schaduwenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu