Alpha Collin hield Claus bij zijn keel. Hij hapte naar adem. "Je laat mijn mensen met rust. En knoop dit goed in je oren." Zijn stem liet een rilling over mijn rug lopen. Hij wees met zijn vrije hand naar mij, die verslapt op de grond lag.
Hij drukte Claus nog iets harder tegen
Het busje. "She's Mine!"Zijn moordlustige blik veranderde in geschokt. Het gevoel ging ook door mijn lichaam, maar ik was zelf te geschokt om het in mij op te nemen. De medogeloze Alpha Collin viel op de grond. Claus had een spuit in zijn hand. Een klein beetje gele vloeistof was nog over en droop naar beneden. Ik werd door twee armen opgepakt. Ik stibbelde nog even tegen waardoor ik met mijn hoofd opnieuw op de grond smakte. "Klootzakken.." zei ik zo hard mogenlijk ookal was het bijna niet te verstaan. Claus lachte Aplha Collin uit die trillend op handen en knieën op de grond stond.
Ik werd het zwarte busje in getild en Ik zakte langzaam helemaal weg. Het laatste wat ik zag was dat het monster trillend van woede zijn hoofd omhoog hief en brulde. Het was geen grommen maar echt brullen.
Dit moest door de hele stad en omstreken hoorbaar zijn.
Maar toen vielen mijn ogen toch echt helemaal dicht.~~~
Mijn ogen opende zich langzaam. Het witte licht verblinde mij.
Toen ik meer vormen zag, zag ik dat ik in een bed lag. Er zaten verschillende slangetjes in mijn armen. Vluch trok ik ze er allemaal uit. Ik stond op en moest mijn hoofd vasthouden door de hoofdpijn. Oja, ik was een paar keer op de grond gevallen. Maar Toen herinnerde ik mij de rest ook weer. Ik keek schichtig om mij heen. De kamer was volledig wit. Er zat een lange spiegel die heel onscherp was. Hoe dichter bij ik kwam, hoe scherper het beeld werd. Maar ik zag niet mijn eigen spiegelbeeld. Ik zag allemaal mensen in witte labjassen rondlopen. Ze keken allemaal naar mij. Spiegelglas, maar hoe kon ik er doorheen kijken? De mannen typte dingen in op computers en keken vol verwondering naar mij.
Een lange man met een scheve bril zij iets door de ruimte wat voor mij als een dof geluid klonk. De hele ruimte moest lachen.
"Ja, jij daar." Ik wees naar de man met de bril. Hij keek van vrolijk naar bijna bang. "Mag ik weten wat er zo grappig was?" Iedereen gedraagde zich opeen heel nerveus en er werden telefoontjes gepleegd. "Bestel meteen even een pizza hawaï, ik barst van de honger." Ik zag een kleine glimlach op het gezicht van een van de mannen die telefoneerde. Maar die werd al snel bloed serieus toen de deur open werd gegooid door Claus. "He! Kijk daar hebben we de bezorger, dat werd tijd zeg," Zeiik sarcastisch en liep een rondje door de ruimte. Claus keek mij verwonderd aan. "Hoe kan dat?" Vormde zijn lippen.
"Wil ik ook wel weten." Zij ik toen ik klaar was met mijn rondje.
Een harde piep klonk door de kamer. Ik sloeg mijn handen voor mijn oren.
Ik keek geërgerd naar de mensen aan de andere kant. "En bedankt." Zij ik terwijl ik over mijn oren wreef.
"Goed. We gaan wel vast beginnen." Klonk er door de speaker.
Ik zij niks. Ik ging op het bed zitten, met mijn armen over elkaar heen geslagenen en mijn rug naar het niet-werkende spiegelglas.De deur die mij niet was opgevallen ging open en Claus stapte binnen.
Hij ging voor mij staan. Aankijken deed ik niet "verander." Ik zij niks."Verander." Zij hij nu harder. "Waarom?" Hij sloeg me in mijn gezicht.
"Klootzak."
Verander!" Riep hij.
Ik staarde koppig naar de muur. Hij pakte mij bij mijn kraag en duwde me hard tegen de muur aan. Ik viel kreunend op de grond. "Verander!" Ik gromde neidig. Hij schopte in mijn maag. "Nu." Mijn woede groeide. Mijn wolf was heel pissig, maar omdat ik haar onder controle kon houden, zou hij zijn zin niet krijgen.
JE LEEST
The Run
Werewolf~"Rennen! Rennen Alice!"~ Altijd ben ik gevlucht, weggerend van mijn problemen. Problemen die mij enkel en altijd weer terug vinden, op het moment dat je ze het minst verwacht. ~"Niet stoppen, doorgaan!"~ De beelden spoken rond in mijn dromen, op pl...