Hoofdstuk 26

17 2 4
                                    

Ik werp mijn lichaam uit de rolstoel, en knal tegen de grond, ik krabbel omhoog maar ik voel dat mijn benen nog niet klaar zijn om op te staan, ik zak weer tegen de grond en eigenlijk begin ik te schreeuwen, ik weet niet precies wat ik schreeuw maar het zal wel zo erg zijn want de nette Capitool man verkoopt me een harde klap tegen mijn wang.

Ik voel een stroom van woede door mijn aderen stromen en wil eigenlijk in gevecht gaan maar ik besluit zo verstandig te zijn door hem klootzak te noemen en in mijn rolstoel te gaan zitten. Hij werpt me een boze blik toe, die ik gewoon negeer.

Ik veeg mijn haren voor mijn gezicht, en wrijf met mijn hand over mijn wang terwijl mijn twee begeleiders de deuren openen, zenuwachtig tik ik met mijn handen op de rolstoel want over minder dan een seconde sta ik oog in oog met President Snow.
En daar zit ik dan, ik kijk recht in de groene slangen ogen van de president van Panem, heerser van Panem, en voorstander van de Honger Spelen.

Hij zit aan een bureau met een stapel boeken erop, een dienblad met twee kopjes thee en een bakje vol bessen, misschien om mij te vergiftigen, misschien voor de aardigheid, of omdat hij honger heeft.
Er zijn boekenkasten om zijn bureau met eindeloos veel boeken die hij waarschijnlijk maar al te graag zou willen lezen, er staat een kleine brandende kaars op tafel en nu pas merk ik dat hij nog steeds een boek leest.
Hij steekt zijn vinger omhoog waarschijnlijk bedoeld hij dat ik nog een moment geduld moet hebben dus wacht ik.
Ik hoor een bonk en merk dat mijn twee begeleiders uit het Capitool weg zijn en de deur dicht hebben getrokken.

Ik hoor het geluid van een sleutel die in het gat word gestoken, een sleutel die een deur op slot zet en mij gevangen zet met de meest machtigste man van Panem, die mij elk moment kan doden, misschien door mijn daden of door mijn bericht aan het Capitool.
Ik raak in paniek en kijk om me heen of er andere uitwegen zijn maar die zijn er niet, mijn haar dat voor mijn ogen hangt is pik zwart en ik veeg het gelijk weer weg.
Maar wanneer ik dat doe zie ik dat de armband van mijn moeder niet meer gebonden zit aan mijn arm, mijn handen schieten naar mijn hals en de hanger uit 7 is ook weg, niet meer in mijn bezit, niet meer bij mij. de Dino tand uit de arena zat in mijn gescheurde arena kleren en die zijn verdwenen waarschijnlijk vernietigd.  daardoor word ik nog een beetje bozer en dan ontploft de bom in mij.

Wat doe ik hier schreeuw ik door de kamer? Waar ben ik? En waar zijn mijn vrienden? Opgewekt kijkt de President op en laat een hele kleine glimlach zien maar hij bedoeld ermee dat hij mijn boosheid grappig vind. Hallo roep ik? Een grotere glimlacht verschijnt, ik had verwacht dat je eerste vraag zou luiden: heb ik gewonnen? Zo egoïstisch had ik je wel ingeschat, ik knijp mijn vuisten fijn waardoor ik mijn nagels in mijn huid voel boren. Nee eigenlijk niet besluit ik rustig te zeggen.

Hij slaat zijn boek dicht en de echo weerklinkt door de gehele kamer, hij loopt naar de boeken kast en lijkt te zoeken naar een geschikte plek, en zet de boek uiteindelijk vrij dichtbij mij. Weet jij nog wat er is gebeurt in de arena vraagt hij terwijl hij langzaam op me af komt, ik knijp mijn vuisten fijn waardoor ik traan ogen krijg, angstig kijk ik hem aan wachtend tot hij iets ergs gaat doen.
Maar hij rijd mijn rolstoel alleen maar naar zijn bureau met een afstand dat ik gewoon makkelijk kan bewegen, hij gaat zitten en met een brok in mijn keel antwoord ik: ik was in die gang, en er waren een paar ontploffingen en mij de laatste grote ontploffing werd ik de grot uitgeworpen en stonden mijn kleren in de fik, ik dacht dat ik dood was maar toen werd ik hier wakker.

Waar zijn mijn vrienden vraag ik hem bot? Net zoals net antwoord hij niet maar haakt in op mijn antwoord, ik heb je uit de arena laten halen zegt Snow, maar niemand komt onder de spelen uit hoor ik wilde alleen maar even met je praten, je ergste wonden hebben de dokters hier opgelapt maar je word zo snel als mogelijk is terug de arena in gestuurd in de hoop dat je overlijd en ik geen last van je heb.
Die laatste worden dringen door in mijn hersen pan maar ik probeer mijn angst te verbergen maar ik weet niet of dit werkt, mijn handen trillen bij de gedachte dat ik terug moet naar deze afgrijselijke plek.

President Snow kijkt me aan, en zegt: je zal vast wel hebben gemerkt dat ik de spelmakers de opdracht heb gegeven om jou en je domme groepje neer te halen, maar tot nu toe heb je gelukkig de eerste dode zelf gemaakt, de beroeps heb ik zelf bezocht en gedwongen om jou en je groepje te vermoorden en als ze dat zouden doen zouden meer van hun winnen, maar tot nu toe leven er nog drie.
Anne heeft zelfmoord gepleegd, of eigenlijk heeft ze jou gered, ze heeft zich opgeofferd wat ik persoonlijk erg raar vind.
Dit betekent dat mijn vrienden nog in de arena zitten, toch? Vraag ik wantrouwend, natuurlijk zijn ze daar nog antwoord hij, maar je zal ze snel terug zien zegt hij met een brede glimlach op zijn gezicht.
Mijn handen trillen en ik merk dat ik rood word, niet alleen door woede en verdriet maar ook door alle zenuwen die door mijn aderen gieren.
Die laatste zinnen maken me woedend, door hem zijn mijn vrienden dood door hem is iedereen dood en dan herinner ik me dat hij Tella heeft maar me op dat onderwerp later richt.

Hij kijkt naar achteren en laat op zijn bureau met behulp van een projector een filmpje afspelen op de muur achter hem, in beeld zie ik gek genoeg mezelf gewond en in de arena, ik begin te schreeuwen, het is in de gang waar Julie me verdoofde, in de gang waar ik het bericht heb achter gelaten naar Panem. Mijn gezicht dat vol woede tegen het Capitool schreeuwt staat in beeld, het bericht hebben ze toch helemaal afgespeeld, is dit afgespeeld door Panem vraag ik?
Natuurlijk antwoord hij beleefd, maar er zijn wel maatregelen getroffen, zoals antwoord ik bezorgd? Hij drukt op een knopje op zijn bureau waardoor er een zoemer door de hele kamer galmt.

Vervolgend komen dezelfde Capitool mannen binnen die me hierheen hebben begeleid, ze hebben een soort rollende tafel voor hun gespannen en het heeft de vorm van iets levens, een wit laken overdekt het wezen en dan zie ik dat het een lijk is.
De mannen verdwijnen uit de kamer en laten de tafel staan, vol afschuw staar ik naar de tafel waar een lijk op ligt, is het mijn moeder? Is het Sarah? Of Janson?.
Dan besef ik wie het is, ik kom meteen in beweging (met mijn rolstoel) en rij achteruit naar het lijk toe, met een opkomende tranenbui trek ik het laken van het lijk af en zijn de volgende minuten de ergste van mijn leven.

Tella... Tella ligt recht voor mijn neus, een half geschoren hoofd, een blauwe neus waar opgedroogd bloed uit stroomt, ze is dun, haar lichaam is bond en blauw en ze ruikt naar etterend vlees, de groenige huid doet me denken aan mensen in het Capitool, maar bij hun was het schmink , dit is echte marteling, haar nagels zijn eraf gehaald en haar keel staat verstijf en is bebloed, helder vers rood bloed.
Tranen verlaten mijn ogen terwijl ik fluister: wat is er met je gebeurt Tella?, waarom ben je dood? Huilend leg ik mijn hoofd op de tafel en knijp ik in haar handen in de hoop dat ze wakker word, maar ze is dood, voor alle zekerheid leg ik twee vingers tegen de zijkant van haar nek maar er is geen hartslag meer.
Ze is dood. Dood door Snow. Dood door het Capitool, een golf van woede stroomt door mijn lichaam, en ik weet dat Snow me woedend wil maken, ik weet het en dat lukt hem, al zijn plannen lukken, iedereen sterft door hem.

Ik spring uit mijn rolstoel en gek genoeg weet ik mezelf staande te houden en ren ik op de President af, ik Duik over zijn bureau waardoor ik hete thee over mijn lichaam voel gaan, hij begint keihard te lachen maar dat stopt wanneer ik zijn keel vastgrijp, mijn vingers staan strak om de keel van de president heen terwijl hij kronkelend probeert weg te komen, hij heeft Tella vermoord denk ik, het maakt niet uit of ik tot dood veroordeeld word als hij dat maar is.

Wanneer de president eindelijk zijn ademhaling wil stoppen, voel ik twee sterke handen die me van zijn lichaam af trekken, ik word tegen zijn bureau aan gesmeten terwijl meerdere doktors en artsen hem proberen te reanimeren.
Met een grote glimlach kijk ik toe en het liefst wil ik als klap op de vuur pijl een pijl door zijn kop heen schieten, ik voel dat mijn hoofd bloed en dat meerdere armen mijn lichaam vast pakken en ik sputter niet tegen, verschillende naalden doorboren mijn lichaam terwijl ik alleen maar hoop dat de president dood is.

De 89e honger spelenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu