Hoofdstuk 7

1K 83 45
                                    

'Hey kiddo. Alles flex?'

Vol afschuw trek ik mijn wenkbrauwen op. 'Hoi pap. Ik had je bijna niet meer herkend. Het is alweer zo lang geleden.'

'Je hebt gelijk. Ik had het druk. Onder andere met mijn nieuwe huis, en daarom neem ik je er nu mee naartoe.' Mijn vader lacht naar me alsof hij me zojuist verteld heeft dat ik een villa in Zuid-Frankrijk heb gewonnen.

'O, leuk. Mag ik helpen klussen?' snuif ik, geen aanstalten makend om in de zwarte Volkswagen te stappen waar mijn minste favoriete persoon van het moment tegenaan geleund staat.

'Nikki...' Hoofdschuddend kijkt mijn vader me aan. 'Je bent zo veranderd de laatste tijd.'

'Sinds jij weg bent, bedoel je?'

'Doe nou niet zo,' zucht hij. Zijn houding lijkt wat in te zakken, één stapje minder verwijderd van opgeven dan daarnet.

'Pardon,' klinkt er plotseling een mannenstem achter me. 'Valt deze meneer je lastig?'

Als ik me omdraai, zie ik de conciërge staan. Hij is erg populair onder de leerlingen omdat hij tijdens zijn ronde door de aula in de pauze bij iedereen blijft staan voor een praatje. Zijn uitstekende gevoel voor humor komt daarbij goed van pas. Nu kijkt hij me met een ernstig gezicht aan, duidelijk in afwachting van mijn antwoord.

Kan ik hem dat antwoord geven? Ik zou dolgraag willen zeggen dat 'deze meneer' me inderdaad lastigvalt, maar kan ik zo tegen mijn vader doen? De oude Nikki zou het niet in haar hoofd halen. Maar die ben ik nu niet. Deze week zouden Jaelin en ik alle remmen losgooien. Alle.

'Ja,' zeg ik daarom. 'Deze meneer probeert me zijn auto in te lokken. Hij heeft me al vaker geprobeerd te benaderen.'

Geschrokken pakt de conciërge mijn pols beet. 'Als dat zo is dan gaan wij nu meteen naar de politie. Zoiets is onacceptabel. Het is zonder twijfel strafbaar om –'

'Ik ben haar vader.'

Beschaamd staar ik naar de grond. Ik wil niet zien hoe de conciërge hierop reageert. Dit was zo stom van me.

'Is dat waar, Nikki?' De stem van de conciërge klinkt beschuldigend. Zie je, hij vraagt zich ook af wat voor een monster ik ben.

Nog steeds naar de grond starend, knik ik. 'Maar ik wil niet met hem mee.'

'Doe niet zo idioot," briest mijn vader. "Heeft je moeder je opgedragen om zo'n scène te schoppen?'

Dat had hij niet moeten zeggen. Woedend kijk ik op. 'Hou je mond over haar, ja? Je hebt haar aan de kant gezet als oud vuil, en mij erbij. Je moet niet denken dat je me van het schoolplein kunt plukken wanneer je maar wilt om me mee te nemen naar je fantastische nieuwe huis in je fantastische nieuwe leven. Ik hoor niet in dat leven. Doei pap.'

Met boze passen been ik weg over de stoep. Het is ruim twee kilometer lopen naar huis, maar dat heb ik er wel voor over. Geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om bij die schoft in de auto te stappen.

-

Bij thuiskomst heb ik zeven gemiste oproepen en een overdaad aan berichten op mijn telefoon. Ik open alleen die van Jaelin. Wat ik misschien beter niet had kunnen doen, blijkt als ik lees wat erin staat.

Hoe komt jouw vader aan mijn nummer? En nog belangrijker, wat is er gebeurd? Hij wilde zelfs naar mijn huis komen omdat hij niet geloofde dat je hier niet was.

Blijkbaar is de hele wereld dus naar me op zoek. Fijn. Wat nu? Ik kan moeilijk de rest van mijn-

Toet-toet!

Het geluid van een autoclaxon doet me verstijven. Ik hoef me niet eens naar het raam toe te draaien om te weten wat voor een auto er nu voor het huis staat. Dat kan er maar één zijn.

Automatisch scannen mijn ogen de omgeving af op zoek naar een vluchtroute. Ik zou over de schutting kunnen klimmen. De buren zijn vast niet thuis, maar zij wonen op de hoek. Als ik ongezien weer uit hun tuin kan komen, zou het me moeten lukken.

Ik maak al aanstalten om de tuin in te lopen als buiten het geluid van een dichtslaande autodeur klinkt. Shit. Dat haal ik nooit. Lichamelijke opvoeding is nooit mijn sterkste punt geweest en dat weet mijn vader ook wel. Zo slecht kent hij me nou ook weer niet.

Als versteend wacht ik af tot zijn gestalte voor de achterdeur verschijnt. Met een diepe frons in zijn voorhoofd stapt hij de keuken in. 'Mooi, ik heb je gevonden. Kijk Nikki, ik begrijp best dat je overstuur bent door de scheiding, maar –'

'Jij begrijpt helemaal niks, oké? Moet je niet gaan behangen of zo?'

'Dacht je echt dat ik je daarvoor mee wilde nemen? Het huis is af. Dat is waarom ik zo lang gewacht heb. Ik heb de afgelopen weken keihard gewerkt om het huis toonbaar te maken zodat jij weer langs kunt komen.'

'Ja hoor, dat heb je helemaal voor mij gedaan.' Snuivend laat ik mezelf op de bank vallen. Wedden dat hij alleen maar een plek wilde hebben om die blonde snol van hem mee naartoe te nemen? Ze is vast zo jong dat ze nog bij haar ouders woont en dus moeten ze een plek hebben om ongestoord te kunnen seksen.

Pap wordt niet boos, zoals ik verwacht had. In plaats daarvan komt hij naast me zitten. 'Het spijt me echt als ik er niet zoveel voor je geweest ben de laatste tijd.'

'Niet zoveel? Wat dacht je van helemaal niet?' Inmiddels loop ik niet meer te schreeuwen, wat ergens wel een opluchting is. Schreeuwen is fijn, maar het moet niet te lang duren. Dat kost zoveel energie.

De enige reactie die ik krijg, is een trieste lach die volgens mij voor een verontschuldiging door moet gaan. Hoe slap.

'Heb je een nieuwe vriendin?'

'Ja.' Geen enkele aarzeling. Recht voor zijn raap, zoals altijd. Het doet pijn.

'Ik haat haar.'

'Je kent haar niet eens.'

'Laten we dat vooral zo houden. Ik begrijp echt niet hoe je mam zo hebt kunnen laten stikken. Volgens mij was jij de klootzak in die relatie.'

'Dat wil nog niet zeggen dat het goed is om ermee door te gaan. Weggaan was het beste voor ons allebei.' Het ergste is nog wel dat hij klinkt alsof hij hier zelf volledig van overtuigd is. Natuurlijk. Op deze manier heeft hij zichzelf wijsgemaakt dat hij juist de goede beslissing heeft genomen.

'Niet waar. Ze is er nog steeds kapot van.' Ik twijfel er niet aan dat mijn moeder het vreselijk vindt dat ik dit tegen hem zeg, maar ik moet wel. In mijn eentje kan ik haar leven niet weer op de rit krijgen.

Mistroostig schudt mijn vader zijn hoofd. 'Dat is jammer om te horen. Ik had gehoopt dat ze snel weer iemand anders zou vinden. Echt, Nikki, ik heb geen hekel aan je moeder. Ik hou alleen niet meer van haar.'

Ik sluit mijn ogen, alsof dat me kan beschermen tegen de onzin die er uit zijn mond komt. Als hij niet gauw oplazert, zal ik geweld moeten gebruiken, en dat doe ik liever niet. Bloedvlekken zijn heel slecht uit een bank te krijgen en mijn moeder heeft geen geld voor een nieuwe.

Blijkbaar heeft de persoon die zich mijn vader noemt ook eindelijk door dat ik geen zin in hem heb, want ik voel aan de vering van de bank dat hij opstaat. 'Ik geloof dat we onze afspraak beter kunnen verzetten naar een andere keer. Wat dacht je van zaterdagmiddag?'

Ik open mijn ogen, maar weiger hem aan te kijken. 'Dan kan ik niet. Ik heb een date.'

'O?' Met opgetrokken wenkbrauwen kijkt hij me aan. 'Heb je een vriendje?'

'Vriendin. Ja, ik ben hartstikke verliefd op haar. Dus we moeten maar een andere keer afspreken.'

'Ja, oké, wat jij wilt. Ken ik haar?'

Ik rol met mijn ogen. 'Hoeveel zestienjarige meisjes ken jij precies, buiten mij?'

'Jaelin.'

O ja, natuurlijk. 'Ja, zij is het. Kun je nu gaan? Ik wacht op een telefoontje van haar. We bellen elkaar altijd na school. Doei pap. Tot ziens.'

Wonder boven wonder pikt mijn vader eindelijk mijn hint op. Na me nog een vreemde blik toegeworpen te hebben, verdwijnt hij door de achterdeur naar buiten. Zo. Uitstel van executie.

- - -

A/N Dit hoofdstuk is voor whistlewind omdat ik hoofdstuk 2 schreef na haar verjaardagsfeestje. #randominformatie 

PastinaakpureeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu