Hoofdstuk 17

153 14 3
                                    

Tot mijn verbazing waren mijn kleren helemaal niet nat, terwijl we net door de prachtige waterval waren gestapt

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Tot mijn verbazing waren mijn kleren helemaal niet nat, terwijl we net door de prachtige waterval waren gestapt. En als mijn geheugen mij niet in de steek liet, en zover ik wist maakte water je nat. Zeker als je door een waterval liep. Dus ik was oprecht verbaasd, maar ik had er geen problemen mee. Ik was al twee keer nat geworden door de fontein, dus ik was blij dat deze keer mijn kleren ongeschonden bleven.
Mels in tegendeel was kletsnat. Hij keek mij eerst ongelovig aan, daarna Tray die net zoals mij droog was, en dan terug naar mij.
'Niet te geloven,' mompelde hij, 'waarom heb ik dit altijd voor? Ik ben maar een gewone sater.'
Ik grinnikte, maar besteedde er verder geen aandacht aan. Mijn aandacht was zoals gewoonlijk helemaal gericht op Tray. Ik leek wel een stalker.
Tray, de jongen die mij gek maakte. Ik kon het nog steeds niet geloven dat hij levend en wel voor mij stond. Min of meer dan. Je kon zo de verschrikkelijke pijn aflezen in zijn ogen en hij had meer pijn dan dat hij beweerde. Ik wist niet wat er allemaal was gebeurd daar in Schemerstad, maar ik was er vrijwel zeker van dat hij het niet snel zou vergeten. Ik wilde weten wat hij allemaal had mee gemaakt, maar ik moest hem tijd geven. Daarna zou het wel vanzelf komen.
Even keek hij mij kort aan, maar wendde al gauw zijn blik af.
Ik smachtte ernaar om terug met hem te praten en het gevoel om hem terug aan te raken, maakte mij helemaal warm vanbinnen en zorgde ervoor dat er blosjes op mijn wangen verscheen.
Enkele tellen later verschenen er twee mannen door een rots opening die mij nog niet eerder was opgevallen. Het waren eerder jongens, maar ik schatte ze beide iets ouder als mij.
De ene jongen met helderblauwe ogen zorgde ervoor dat mijn aandacht even weggetrokken werd van Tray. Zijn blonde haren lagen in de war en twee kuiltjes verschenen in zijn wangen wanneer hij vriendelijk lachte. De andere jongen was ook interessant met zijn duistere ogen en zwarte haar, maar iets aan zijn houding weerhield mij om hem nog langer aan te staren.
'Welkom vrienden van Mine,' groette de blonde jongen, waardoor mijn gepieker over de duistere jongen abrupt onderbroken werd. 'Zou u mij willen volgen?'
Mels knikte gretig en Tray leek ook opgelucht te zijn om eindelijk ergens veilig te kunnen overnachten.
'Sorry,' excuseerde ik mij vluchtig, 'maar kunnen jullie Tray, de jongeman met de groene ogen, snel verzorgen? Hij is namelijk erg gewond. En de sater naast mij best ook. Hij heeft ook een aantal schaafwonden.'
De beide jongens keken mij oprecht medelevend aan, zelfs de jongen met de duistere ogen.
'Maar natuurlijk,' antwoordde de blonde jongen meteen. Hij knikte kort naar de zwart harige die Tray wenkte. De duistere jongen staarde Tray enkele seconden aan, verbaasd en geschokt. Tray leek echter geen aandacht te besteden aan de jongen maar keek - tot mijn verbazing - boos mijn richting uit. Ik besloot het te negeren. Hij had overduidelijk hulp nodig, en het kon mij niet schelen dat hij deze niet apprecieerde. Hij was overduidelijk in een slechte staat en hij kon niet langer rondlopen met de enorme wonden die hij had opgelopen, want de reep stoffen van mijn blouse zaten al helemaal vol bloed. Mels daarentegen schudde zijn hoofd snel.
'Ik heb niets, het gaat wel.'
De blonde jongen knikte naar Mels, waarna hij teken naar mij deed zodat ik hem moest volgen. Mels liep meteen achter mij, nog steeds mokkend dat hij nat was geworden.
'Wat is je naam?' vroeg ik vriendelijk.
Even keek hij verbaasd op, maar een kleine glimlach verscheen daarna op zijn lippen. 'Mijn naam is Nio. En dat duistere type van daarnet, heet Dallas. Hij is niet zo duister als hij lijkt, trouwens.'
Ik lachte zachtjes en knikte. 'Goed om te horen.'
Zonder dat ik het vroeg, begon Nio te vertellen over het koninkrijk van Mine. Hoeveel kamers er waren, hoelang het er al stond en enkele details over de stenen, vloer en kleinere zaken. Het interesseerde mij onverwachts, maar wat mij meer interesseerde was zijn warme, hese stem. Het was aangenaam om naar te luisteren en het leek alsof ik Nio al jaren kende, terwijl ik hem in werkelijkheid nog maar enkele minuten kende. Mels leek daarentegen meer interesse te tonen voor de dienstmeisjes die af en toe voorbij huppelde. Soms hoorde ik een giechel en soms een geërgerde snauw. Maar wat mij het meest amuseerde waren de mislukte flirt trucs. Hij was een hopeloze sater, bedacht ik lachend.
Nio was nog steeds aan het vertellen en soms keek hij naast zich om te kijken of dat ik nog aan het luisteren was. Wat ook zo was, ik liet mijn interesse ook blijken door soms extra vragen te stellen en opgewekt te knikken.
Ik zag dat hij genoot van de aandacht die ik aan hem gaf en ik moest toegeven, ik ook van die van hem.

PrepareWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu