Deel 2.

4 0 0
                                    


Ik kom het ziekenhuis binnen en loop richting de kantine waar mijn collega's koffie zitten te drinken. 'Goedemorgen' zeg ik en ik loop naar de kapstok om mijn jas en tas op te hangen. Ik loop naar het aanrecht waar ik met de waterkoker water kook voor mijn thee.
'Wanneer ga jij nou eens gewoon koffie drinken?' Zegt Daniël, neuroloog in het ziekenhuis waar ik werk.
'Geen idee, trouwens, ik zou niet weten waarom ik koffie zou moeten drinken' zeg ik en ik schenk wat gekookt water in een theeglas met een theezakje.
'Misschien wordt je er wat makkelijker van, wat minder zenuwen enzo'
'Hou eens op zeg, ik red me makkelijk zonder koffie'
'Ik snap jou niet hoor'
'Als ik mezelf maar snap'
'En je patiënten dan?'
'Die zijn allemaal veel hoger opgeleid dan jou' zeg ik en ik sta op om mijn lege theeglas op het aanrecht te zetten. Eva komt de kantine binnen en hangt haar jas en tas op de kapstok. 'Sorry, ik ben laat. Er stond file, de weg was afgesloten en dus moest ik omrijden en...' Zegt ze verontschuldigend als ze binnen komt.
'Koffie?' Vraagt Daniël.
'Nee, ik drink alleen thee' zegt Eva en ik kijk Daniël aan met een blik die zegt dat het helemaal niet raar is dat ik alleen thee drink. 'Heb ik wat gemist?'
'Nee hoor' zeg ik en ik schenk wat water in een schoon theeglas met een theezakje erin. Ik loop naar Eva en geef haar het glas.
'Dankje' zegt ze en ik geef haar een knipoog. Zodra Eva haar thee op heeft lopen we de kantine uit om naar onze eerst patiënt te gaan. We werken vaak samen omdat ik nog niet alles weet en Eva wel, zo kan ik weer nieuwe ervaringen opdoen bij haar, want ik begin net en zij zit al een paar jaar in het vak. 'Geniet van je koffie' zeg ik tegen Daniël als ik in de deuropening sta. Ik loop verder en schiet in de lach.
'Wat is er? Weet je zeker dat ik niets gemist heb?' Vraagt Eva nieuwsgierig.
'Daniël denkt dat iedereen koffie drinkt en heeft altijd commentaar over mijn thee. En hij begrijpt me niet, maar ik heb hem gezegd dat het komt omdat hij zo'n laagopgeleide is' zeg ik haar uit en ook Eva schiet nu in de lach. Hoewel er een redelijk leeftijdsverschil is, kunnen we het wel goed met elkaar vinden en gelukkig hebben we dezelfde humor. Als we vlak bij de kamer van onze eerste patiënt van vandaag zijn, zetten we onze knoppen om en zijn we weer volledig serieus. We lopen de kamer binnen en gaan naast het bed van de patiënt staan. 'Goedemorgen mevrouw Dijkstra' zeg ik en ik schud haar de hand, 'ik ga U weer aan de dialyse bevestigen'
'Wanneer is er zo'n donornier beschikbaar?' Vraagt mevrouw Dijkstra en ik kijk Eva aan.
'De wachttijd is gemiddeld tweeënhalf tot drie jaar, U zit nu al anderhalf jaar aan de dialyse dus dat zou betekenen dat de wachttijd voor U ongeveer één tot anderhalf jaar is tenzij een goedgekeurde vriend of familielid een nier aan U afstaat' antwoord ik.
'En hoe weet ik of iemand geschikt is?'
'Degene die overweegt een nier af te staan zal uitgebreid worden gescreend, vervolgens heeft U dan na drie weken de uitslag, als deze uitslag goed is, kan de niertransplantatie uitgevoerd worden'
'Oké, dank u wel voor de informatie'
'Graag gedaan, bij de receptie staan folders met verdere uitleg die U mee kan nemen' zeg ik en mevrouw Dijkstra knikt, 'ik kom u over een paar uur weer los maken'
'Prima' zegt mevrouw Dijkstra en Eva en ik lopen de kamer uit.
'Je bent goed op de hoogte' zegt Eva.
'Ik heb het een paar jaar geleden van dichtbij meegemaakt bij mijn tante Amanda een nieuwe nier kreeg van mijn tante Estelle. Ik was er toen al enorm in geïnteresseerd en heb het proces tot op de voet gevolgd' leg ik uit en we lopen richting de volgende patiënt als we ineens worden opgeroepen door de spoedeisende hulp. De dagen in het ziekenhuis zijn niet te plannen, die lopen altijd anders dan je denkt.
We komen de spoedeisende hulp op gesneld en lopen naar de patiënt die ons toegewezen is. 'Hartaanval, we hebben hem gereanimeerd maar waren niet op tijd' zegt de ambulancebroeder.
'Ja, maar wat moeten wij er dan mee?' Vraag ik als ik Eva aankijk.
'Zijn vrouw zit in de hal te wachten en jullie weten hoe ik ben met dit soort dingen'
'Dus moet ik het doen?'
'Als je dat zou willen'
'Je weet dat ik dat soort dingen ook niet kan'
'Eva?' Vraagt hij en kijkt haar hoopvol aan.
'Ja, ik ben hier nou toch' zegt ze en samen met Eva loop ik naar de vrouw in de hal. Hoopvol komt ze naar ons toegelopen. 'En? Hoe is het met hem? Mag ik naar hem toe?' Vraagt ze.
'Mevrouw, ik denk dat U beter even kan gaan zitten' zegt Eva rustig. Ik kijk haar aan, ze weet dat dit niet mijn sterkste kant is. Ik kan toch niet zomaar even komen vertellen dat haar man dood is, ik sta zelf al met een brok in m'n keel haast te janken. Laat staan wat zij moet voelen. 'Uw man heeft een hartstilstand gehad, hij is in de ambulance gereanimeerd door onze beste artsen, maar het heeft niet mogen baten. Het spijt me' zegt Eva met een aangename rust in haar stem.
'Zegt U nu, dat hij overleden is?' Vraagt de vrouw waarop Eva knikt.
'En jij? Wat zit je te kijken of heb je ook nog iets te zeggen?!' Roept ze naar mij.
'Nee, ik...' begin ik maar ik kom niet uit mijn woorden. De vrouw begint te huilen.
'En nu?' Vraagt ze.
'U kunt het beste naar huis gaan, U kunt niets meer betekenen voor uw man' zeg ik en ze kijkt me met een boze blik aan.
'En wat weet jij daarvan? Je bent geeneens een echte arts. Wat heb jij hier eigenlijk te zoeken?'
'Ik ben zeker wel een arts, alleen niet de meest geschikte voor dit soort dingen ben ik bang'
'Ze moet nog wat dingen leren, maar ze heeft wel gelijk' zegt Eva en we staan op.
'Sterkte' zeg ik en de vrouw staat op en loopt moederloos het ziekenhuis uit terwijl Eva en ik verder gaan met onze patiënten.

Listen and trust.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu