20. Een onaangename verassing

80 8 1
                                    

Julians POV

Perplex kijk ik van de één naar de ander. Pas op dat moment valt het me pas op dat ze hand in hand zitten. Nathans duimt strijkt om de paar seconden over de hand van Chelsea. Een onaangenaam gevoel verspreid zich in mijn buik. Verschillende vragen schieten door mijn hoofd; Sinds wanneer, waarom, hoe... Een tijdje kan ik niks uitbrengen, waardoor ik alleen dom naar ze zit te staren. Een leeg gevoel vormt zich in mijn maag, alsof ik iets mis, alsof er iets weg is. Ik ben te laat. Ik hoor de stem van Aiden al zeggen; 'Ik zei je toch.' Ongemakkelijk kucht Chelsea, waarna ik mijn hoofd schud en mijn blik weer op hen richt. Snel tover ik een glimlach op mijn gezicht. ''Wat leuk voor jullie, sinds wanneer?'' Mijn stem klinkt vreemd hoog. Ik probeer zo blij mogelijk over te komen, zodat de onderzoekende blik van Chelsea verdwijnt. Uiteindelijk gelooft ze me en glimlacht ze ook. ''Sinds net.'' Ik zie hoe Nathan met een liefhebbende blik naar haar kijkt. De jaloezie golft door mijn lichaam. Ik knijp mijn handen tot vuisten en haal adem door mijn neus. ''Ik moet gaan.'' Voordat ik mijn zin heb afgemaakt sta ik al op. Verbaasd kijkt Chelsea me aan. ''Maar je bent er net... En je wilde met me praten?'' Mijn blik verstrakt waarna ik snel weer een glimlach om mijn mond tover. ''Een andere keer.'' Zonder verder nog iets te zeggen loop ik het huis uit. Aan het geluid van voetstappen achter me merk ik dat er iemand achter me aan loop. Ik versnel mijn stap waardoor ik begin te rennen.

''ARGGGGGG!'' Gefrustreerd sla ik op het stuur voor me. Ik laat mijn hoofd tegen de hoofdsteun rusten en sluit mijn ogen. Hoe heb ik zo stom kunnen zijn? Als ik in de achteruitkijk spiegel kijk, zie ik hoe Chelsea naar mijn auto toe komt. Snel steek ik de sleutels in het contact en rij weg. Langzaam zie ik het verbaasde gezicht van Chelsea, gericht op de auto, verkleinen en uiteindelijk verdwijnen. Het beeld van Nathan die Chelsea in zijn armen neemt blijft op mijn netvlies gebrand staan. Ik zie zijn beschuldigende blik naar mij. Een steek gaat door mijn hart als ik een traan over de wang van Chelsea zie glijden. Ik voel iets warms langs mijn nek gaan. Als ik er met mijn vinger langs ga zie ik een druppel glinsteren, een traan.

Het geluid van rinkelende glazen flessen vult de keuken terwijl ik keer op keer een nieuwe fles alcohol in de tas stop. Voorzichtig schud ik de tas heen en weer, kijkend of ik genoeg heb. Goedkeurend sla ik de tas over mijn schouder heen waarna ik vlug uit het raam kijk, checkend of mijn moeder thuis komt. Opgelucht loop ik de voordeur uit. Uit de schuur pak ik mijn fiets, en na ik de deur weer op slot heb gedaan ga ik op weg.

De weg schiet onder mijn fietsbanden vandaan, de beelden van Chelsea en Nathan blijven me achtervolgen. Ik ga steeds harder fietsen, steeds verder. Alsof ik wegren, weg van hun, weg van de waarheid die ik niet wil weten.

Bij elke trapbeweging die ik maak, hoor ik het gerinkel van de flessen in de tas op mijn rug. Een walm van alcohol dringt door in mijn neusgaten. Genietend haal ik door mijn neus adem. Even sluit ik mijn ogen, waarna ik ze snel weer open als ik het toeterende geluid van een auto hoor komen. Stevig houd ik me aan het stuur vast. Bang om omver gereden te worden. Ik trap hard door zodat ik zo snel mogelijk bij de plek ben.

Ik kijk snel om me heen, kijkend of iemand me ziet. Als ik er zeker van ben dat er, op mij na, niemand is, loop ik met mijn fiets aan de hand het bos in. Hoe verder ik het bos in loop, hoe donkerder het word. Het bladerdek boven me houd de zon tegen. Het gevoel van het bos is precies hetzelfde als het gevoel wat door mijn binnenste gaat. Ik gooi mijn fiets in het gras en laat me langs een oude eik naar beneden zakken. De tas, die inmiddels naast me ligt, trek ik dichter naar me toe. Met een ruk trek ik de tas open en haal er een fles uit. Op het etiket staat; 'Wodka'. Ik draai de dop eraf en neem gelijk een grote slok. De alcohol glijd langs mijn keel, een brandend gevoel verspreid zich in mijn mond, keel en buik. Mijn ogen sluiten zich terwijl ik nog een slok neem. Het bekende gevoel van drank neemt mijn gedachten over. Beetje bij beetje laat ik ze gaan. 

Als ik aan de derde fles alcohol begin, begint mijn hoofd te draaien. Ik probeer de zorgen die terugkomen weg te drinken, maar ze komen alleen maar harder terug. Ik zet de fles aan de kant en laat mijn hoofd in mijn handen rusten. De woede voor Nathan komt in alle hevigheid aanwaaien. Waarom hij?! Hij pakt haar van me af. Als hij haar pijn doet, dan vermoord ik hem, en dat meen ik. ''Nathan!'' Mijn schreeuwende stem weerklinkt door het bos. Vogels vliegen van schrik weg. Een eekhoorn, die vlak naast me aan een eikeltje zat te knabbelen, schiet het dichtstbijzijnde struikje in. Mijn hoofd begint te kloppen en de bekende hoofdpijn komt weer eens aanzetten, zoals gewoonlijk. Iedere keer dat ik drink is het hetzelfde, de hoofdpijn, de beelden, de flashbacks, alles is hetzelfde.

Ik grijp de fles naast me en zet hem weer aan mijn lippen. Mijn brandende keel neemt de aandacht van mijn gedachten over. Ik laat me onderuit glijden totdat mijn hoofd de grond raakt. Een laatste keer zie ik hoe Nathan Chelsea in zijn armen neemt. Voor een laatste keer voel ik de leegte die er is, de leegte waar Chelsea was. Een laatste traan rolt over mijn wang waarna ik mijn ogen sluit en me laat meevoeren door de duisternis.

Friends or Lovers and Fake or RealWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu