24. Ontlopen

64 7 0
                                    

Julians POV

Ik zie hoe haar ogen op mij gericht zijn, ze laten me geen moment los. ''Chels, wat is er gebeurd? Chels?!'' Jaloezie borrelt in me op als ik zie hoe hij haar vasthoud. Hij heeft zijn armen om haar heen geslagen, en drukt haar stevig tegen zich aan. Bezorgd zet ik een stap dichterbij als ik zie dat haar gezicht lijkbleek is. ''Nathan, mag ik ademhalen?'' Met een klein lachje op haar gezicht maakt ze zich los van hem. Ze kijkt van me weg en richt zich op Nathan. ''Er is niks, je vriend Roope liet me onderweg schrikken.'' Ze rolt met haar ogen en lacht. Ook uit de mond van Nathan komt gelach. ''Ik moet gaan.'' Nathan schrikt van mijn stem, alsof hij was vergeten dat ik er ook was. Hij glimlacht en knikt. ''Doe je je moeder de groeten?'' Ik knik en loop langs ze, naar buiten. Achter me hoor ik hoe Chelsea tegen Nathan zegt dat ze ook naar huis gaat. Langzaam slof ik naar mijn fiets. Net als ik het sleuteltje omdraai in het slot loopt Chelsea langs me. ''Heei Chels, wil je een lift?'' Terwijl ze verder loopt geeft ze antwoord. ''Nee dank je, ik loop liever.'' Teleurgesteld stap ik op mijn fiets en rij weg.

''Gast! Hoe dom kun je zijn? Je bent dro-'' Voordat Aiden zijn zin af kan maken onderbreek ik hem. ''Was, ik was dronken.'' Hij rolt met zijn ogen. ''Whatever, je was dronken. Waarom zou je dan naar haar toe gaan?!'' Gefrustreerd gooi ik mijn handen in de lucht. ''Jij zei dat ik naar haar toe moest gaan. Jij zei dat ik het haar moest vertellen!'' Hij zucht en laat zich op de bank zakken. ''Ik weet het. Het spijt me, maar ik vond gewoon dat je het moest vertellen.'' Hij gaat met zijn hand door zijn haar en kijkt naar de grond. ''Ik weet het, ik moest het ook vertellen. Alleen hoopte ik dat ze me zou geloven...'' Ik laat me naast hem op de bank zakken en geef hem een duwtje tegen zijn schouder. ''Het maakt niet uit. Ze had me toch nooit gelooft.'' Hij glimlacht zwak en laat zich achterover in de kussens vallen.

Ik moet met je praten. Over een half uur in de stad? Verward kijk ik naar het schermpje. Achter me ligt Aiden te snurken op de bank. Ik sta met zijn telefoon in mijn handen, met een berichtje van Chelsea op het scherm. Snel neem ik een besluit, ik druk op het knopje wissen. Het berichtje is weg en Aiden zal nooit weten dat hij een berichtje heeft gehad. Ik leg zijn telefoon weer terug op de tafel en loop naar de hal. In de hal haal ik mijn jas van de kapstok en met mijn jas in mijn hand loop ik naar buiten, richting de stad. 

Zoekend kijk ik om me heen. Zoekend naar de bekende donkerblonde haren van Chelsea. Naast de bakker zie ik een meisje staan, van mijn leeftijd. Ze staat met haar rug naar me toe maar ik herken haar meteen. Snel loop ik naar haar toe. ''Chelsea?'' Het meisje draait zich om en kijkt me met grote ogen aan. Vlug draait ze zich om en loopt weg. ''Chelsea, alsjeblieft luister naar me.'' Mensen kijken me raar aan, maar veel maakt het me niet uit. Ik loop haar achterna en pak haar elleboog vast. ''Het spijt me van gisteravond, oké? Ik was dronken en wist niet wat ik zei.'' Ze kijkt naar me op met een blik die ik niet begrijp. ''Laat me met rust, Julian.'' Ze kijkt weg waarna ze me weer aankijkt. ''Ik moet gaan.'' Ze trekt zich los uit mijn hand en loopt weg.

Chelsea's POV

''Chelsea, alsjeblieft, luister naar me.'' Zonder naar hem te kijken loop ik door, alsof ik hem niet gezien heb. Ik hoor voetstappen achter me, waarna ik bij mijn elleboog vastgepakt word. ''Het spijt me van gisteravond, oké? Ik was dronken en wist niet wat ik zei.'' Ik kijk naar hem op en sla mijn tas over mijn schouder. ''Laat me met rust, Julian. Ik moet gaan.'' Ik trek mijn elleboog los en loop weg. Hij roept nog een paar keer mijn naam, maar als ik een hoek om ben hoor ik hem niet meer. Mijn rug leunt tegen de muur, ik laat me erlangs naar beneden glijden. De kou van de grond gaat door mijn kleren en raakt mijn huid. Er gaat een rilling over mijn rug. Waarom vind ik het zo moeilijk? Waarom vind ik het ineens zo moeilijk om bij hem in de buurt te zijn? Waarom? Tranen biggelen voor de zoveelste keer over mijn wangen. Ze lopen over mijn wangen, langs mijn nek. 'Watje. Je bent echt een watje Chels. Je kan alleen maar janken.' Het stemmetje in mijn hoofd heeft gelijk, ik ben een watje. Mijn handen zijn koud en ik ril over mijn hele lichaam. Ik haal mijn telefoon uit mijn zak en type een bericht naar Aiden. Kan je me komen ophalen? Ik ben in de stad, ik zit in een steegje vlak bij de H&M. Door mijn trillende handen heb ik het berichtje wel vijf keer opnieuw moeten typen. Ik wrijf met mijn handen over mijn armen en wacht op Aiden.

Een schaduw werpt zich over mij heen. Verschrikt kijk ik op. ''Aiden.'' Opgelucht kom ik overeind. ''Hé.'' Hij slaat zijn armen om me heen in een knuffel. ''Gaat het?'' Ik slik de brok in mijn keel weg en knik. ''Weet je het zeker?'' Een traan rolt voor de zoveelste keer over mijn wang, hij volgt zijn weg naar beneden, op het jack van Aiden. Ik knijp mijn ogen dicht, in een poging de tranen te stoppen. Maar het zorgt er alleen voor dat de tranen sneller komen. Aiden drukt me nog dichter tegen zich aan en wrijft met zijn hand in cirkels over mijn rug heen. 

''Laten we naar huis gaan.'' Aiden maakt zijn armen los en doet een stap achteruit. Ik knik, haal mijn neus op en veeg de opgedroogde tranen van mijn wangen. ''Is Julian bij jou thuis?'' Hij kijkt me aan vanuit zijn ooghoeken en knikt. Ik zucht en sla mijn armen over elkaar. ''Sorry, maar dan ga ik liever naar mijn eigen huis.'' Hij glimlacht. ''Is goed, we gaan naar jou huis.'' Samen lopen we naar zijn auto, die net buiten de stad geparkeerd staat. Eenmaal in de auto is het stil. Ik haal de brieven uit mijn zak en bekijk ze voor de zoveelste keer. Ik zie hoe Aiden blikken op me werpt, hoe hij nieuwsgierig naar het papier kijkt. Ik zie hoe zijn blik overgaat in verbazing als hij zijn eigen naam leest. ''Wat is dat?'' Zijn stem verbreekt de stilte. Ik leg de brieven van Aiden en Julian naast elkaar op mijn schoot. ''Dit zijn brieven voor jou en Julian.'' Ik kijk uit het zijraampje, zie hoe de weg onder ons vandaan schiet. ''Ze zijn voor jullie, van mijn moeder.''

Friends or Lovers and Fake or RealWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu