Hoofdstuk 4 'De foto's'

599 39 0
                                    

Ik deinsde naar achteren, dit kan niet waar zijn, dit is een nachtmerrie...

'Mevrouw Brown, Het spijt me om te zeggen, wij weten dat hij jouw enigste familielid was waarmee je veel contact had.'

'H...hoe is hij...'Ik kon het woord niet zeggen 'overleden' dit woord heb ik te vaak in mijn leven gehoord, gelukkig begrepen de politieagent mij wel.

'Hij is gevonden door een wandelaar, hij hoorde rare geluiden vanuit uw oom zijn huis en hij wou kijken of het goed met hem ging... de wandelaar zei dat hij is gestorven aan een hartstilstand.'

'Wat? Mijn oom was volkomen gezond!' Tranen biggelden over mijn wangen heen.

'Houd rekening dat uw oom gerookt heeft, zijn longen waren erg zwart, ook al is het een paar jaar sinds hij gerookt heeft het kan nog steeds erg veel effect hebben op zijn lichaam.' Ik was stil geen woorden kwamen meer in mijn hoofd mijn wereld is ingestort, hij was de enigste die ik nog had qua familie... van biggeldende tranen gingen de tranen naar watervallen. De politieagent wreef over mijn schouder heen.

'Het spijt me, mevrouw Brown.' Ik zuchtte en ik veegde de tranen weg.

'Ik snap dat je liever zo snel er niet over wil hebben, maar hij heeft een paar weken gemeld dat hij wil dat jij zijn erfenis zou krijgen.' Hier wou ik het inderdaad niet over hebben.

'Dit is best wel een raar geval, het leek net alsof jouw oom wist dat hij dood zou gaan. Normaal wordt de erfenis pas verdeeld als de persoon op leeftijd is of ernstig ziek is.' Zei de politieagent serieus. Toen de politieagent dat zei schoot mij iets te binnen. ¨Alsof jouw oom wist dat hij dood zou gaan.¨ net als mijn moeder... hij heeft mij gewaarschuwd gisteren. Nee! Haal snel deze ideeën uit jouw hoofd, Reign! Vampiers bestaan niet en ze hebben al helemaal niet mijn oom of mijn moeder vermoord!

'Ik wil hier niet over hebben, ik zoek wanneer ik er aan toe ben wel iemand die mij met zijn erfenis wil helpen.' De agenten knikten.

'Nogmaals het spijt ons om dit nieuws aan u te vertellen.' De politieagent draaide om, maar ik had nog een vraag.

'Wie heeft mijn oom ontdekt?' De politieagenten draaiden om.

'Een jongen genaamd Josh.' Zei de politieagent.

'Is het mogelijk om zijn adres te krijgen?' De politieagent keek me met gefronste wenkbrauwen aan.

'Waarom?'

'Voor afsluiting.' Zei ik kortaf de politieagent kijk twijfelend en keek de andere politieagent aan en de andere politieagent knikte zachtjes.

'Goed dan, maar ik hoop dat u begrijpt dat dit privacy schending is?'

'Deze man heeft mijn oom gevonden, ik wil hem graag een paar dingen vragen, ik hoop dat u dat begrijpt?' De politieagent knikte.

'Vanzelfsprekend, ik hoop dat u hier geen misbruik van maakt?'

'Natuurlijk niet, ik wil Josh gewoon een paar dingen vragen dan ben ik klaar en vergeet is zijn adres.' De politieagent keek me nog steeds doordringend aan.

'Goed dan, ik schrijf het even voor u op.' De politieagent pakte een papiertje en zijn telefoon en hij schreef het adres over van zijn mobiel. Nadat hij klaar was scheurde hij het papiertje er af en gaf het aan mij.

'Sterkte, mevrouw Brown.' Hij zwaaide vriendelijk en liep weg.

Ik legde het papiertje met het adres op mijn aanrecht en ik plofte neer op de bank. Tranen vonden hun weg weer naar boven.

'Waarom!? WAAROM CALEB?' Schreeuwde ik.

'Waarom...?' Vervolgde ik.

Ik huilde en ik huilde voor hoelang weet ik niet, maar ik weet wel dat ik gebroken ben.

The Bloody Fairy TalesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu