Ik zat op de grond op het rommelzoldertje van het museum.
Zo'n twintig mensen zaten een eindje verderop op de grond en keken me geschrokken aan.
Er lagen allemaal slaapzakken, luchtbedden, denkens, kussens en matjes op de grond.
Een paar mensen en een paar kleine kinderen lagen te slapen in een slaapzak.
'Ik... eh,' begon ik. 'Ben je gebeten?' riep een man van rond de dertig jaar naar me.
'James, laat dat kind toch,' zei een vrouw van rond de vijftig jaar geïrriteerd tegen de man, die blijkbaar James heette. De vrouw kwam naar me toe gelopen.
'Gaat het goed, kind? Je ziet er erg bleek uit,' zei ze ongerust en ze stak haar hand naar me uit.
'Inez! Gaat alles goed daarboven?!' riep Joselien vanaf beneden.
'Mijn hemel, er zijn meer kinderen daar beneden!' riep de vrouw uit.
Ze knielde bij het luik en zei tegen de anderen: 'Kom snel boven, het is niet veilig daar met al die zombies!'
Achter me aan kwamen Joselien, Thomas, Wouter, Ella en Cassandra om de beurt door het luik de zolder op geklommen.
Toen we alle zes op het zoldertje zaten trok de vrouw met behulp van James de ladder weer in en deden ze het luik dicht.
'Sorry, ik had me nog niet voorgesteld,' zei de vrouw. 'Ik heet Liesbeth, maar noem me maar tante Lily. O, ik ben zo opgelucht dat jullie ongedeerd zijn. Als we hadden geweten dat jullie er waren hadden we jullie natuurlijk meteen hierheen gebracht,' zei Liesbeth.
'Maar als we hier welkom waren geweest, wie gooide dan dat schilderij op m'n hoofd?' vroeg Wouter.
'Schilderij? Welk schilderij?' vroeg James verbaasd.
'Er werd ineens een schilderij op me gegooid toen ik de ladder op probeerde te klimmen,' legde Wouter uit.
'Wel verdorie! JULLIE TWEE DEUGNIETEN! KOM EENS EVEN HEEL ERG SNEL HIER!' riep Liesbeth kwaad naar een rommelige hoek waar allemaal dozen, schilderijen en standbeelden stonden.
Vanachter een paar dozen en schilderijen kwamen twee meisjes aangeschuifeld. De ene was net iets jonger dan wij en de ander zag er nog jonger uit.
Ik rende meteen naar het jongste meisje toe en knuffelde haar stevig. 'Ik... stik!' piepte ze. Tranen liepen over mijn wangen. 'Ik dacht dat je een zombie was geworden! Ik dacht dat ik je nooit meer zou zien!' huilde ik van blijdschap.
'Inez?! Inez, ben je het echt?!' riep het meisje ineens uit, waarna ze ook begon te huilen.
We knuffelden elkaar nog ongeveer een minuut tot we elkaar loslieten. Ik veegde de tranen van mijn wangen.
'Kunnen jullie even uitleggen wat er zojuist is gebeurd?' vroeg Ella verbaasd.
'Jongens, dit is Hester, mijn zusje,' zei ik blij.
De ogen van de anderen werden groot. Joselien stapte meteen naar voren en gaf Hester ook een knuffel. 'Ik ben blij dat je ongedeerd bent,' zei ze tegen Hester.
'Je tas heeft al meerdere keren onze levens gered,' voegde Thomas grijnzend toe.
'Mijn tas?' vroeg Hester verbaasd.
'O, ja. We liepen door de stad en toen viel ik over iets. Ik dacht dat het eens steen was, maar het was dus jouw tas en ik was bang dat ik je nooit meer terug zou zien dus toen nam ik je tas mee als aandenken,' legde ik uit.
'En toen we in gevaar waren zochten we naar iets bruikbaars in je tas en zo heeft je tas onze levens dus al meerdere keren gered,' voegde Joselien toe.
'Wow... nou, graag gedaan,' zei Hester en ze lachte.
'Maar hoe kom jij hier als je je tas niet bij je had?' vroeg ik aan mijn zusje.
Hester zuchtte. 'Dat is een lang verhaal,' zei ze.
'Zullen we anders bij de anderen gaan zitten terwijl je vertelt? Dan kunnen jullie ook kennis maken met de anderen,' stelde James voor.
Hester knikte en we liepen naar de kring waar de andere mensen zaten.'Goed. Het begon allemaal vanochtend. Inez en ik hadden afgesproken dat we na schooltijd naar de McDonals zouden gaan om wat te drinken. Dus, nadat mijn schooldag was afgelopen fietste ik naar de stad,' begon Hester. 'Je zit niet bij ons op school toch? Je uniform ziet er anders uit,' zei Cassandra. 'Klopt. Ik zit op een school aan de andere kant van de stad,' zei Hester.
'Maar goed, onderweg zag ik wel wat mensen die er heel ziek, bleek en raar uitzagen, maar ik dacht er toen nog niet veel van. Uiteindelijk kwam ik dus in de stad en parkeerde ik m'n fiets ergens bij de Primark. Toen ik met mijn tas op m'n rug naar de McDonalds liep kwamen er ineens allemaal zombies op me afgelopen. Ik gilde, maar daardoor kwamen er juist meer en meer zombies op me af. Je weet, ik kan echt niet goed vechten want ik heb geen conditie, maar ik sloeg toch een paar zombies neer, maar het waren er echt veel te veel en ik was dus eigenlijk gewoon ten dode opgeschreven, maar toen kwam James ineens aangerend met een tak in z'n hand en hij sloeg alle zombies neer. "Geen tijd te verliezen, we moeten hier snel weg," zei hij toen en hij sleurde me mee aan mijn arm naar het museum.'
Hester stopte met praten en haalde diep adem. Iedereen luisterde geboeid naar haar verhaal. 'En wat gebeurde er toen?' vroeg Ella nieuwsgierig.
'Toen we bij het museum kwamen zagen we dat de deuren uit hun voegen waren. We liepen naar binnen en zagen allemaal zombies die het personeel en wat bezoekers wilden bijten. Bij de meesten gebeurde dat ook, dus zij werden ook zombies. Het was verschrikkelijk om te zien. James sleurde me mee naar de trap achterin de zaal, maar ik hoorde bij de deur zacht gesnik. Ik trok me los van James en keek rond tot ik een meisje achter een standbeeld in elkaar gedoken zag zitten.'
Ik keek Thomas voor een seconde aan. Wij hadden achter datzelfde standbeeld gezeten.
'Wie zat er te huilen achter dat standbeeld?' vroeg Joselien.
'Ik zat daar te huilen,' zei het andere meisje. Hester knikte.
'Ik knielde bij Isa neer en ik trok haar omhoog. "Kom met ons mee, we zorgen dat je veilig bent," zei ik tegen haar en we renden snel terug naar James. James had intussen een vrouw met twee kleine kindjes en een baby geholpen en renden we daarna met z'n zevenen richting de trap. Toen we boven kwamen waren daar ook zombies. James zag een eindje verderop dat wat mensen van het personeel wat bezoekers, die nog niet gebeten waren, via een ladder in het plafond door het luik naar de zolder brengen. We renden er snel heen en we hielpen de vrouw en haar kinderen om de ladder op te klimmen.'
Hester keek naar de vrouw die een eindje verderop met een baby op haar arm bij twee slapende kinderen zat.
'Daarna moesten Isa en ik de ladder op en pas daarna gingen James en de rest van het personeel via de ladder door het luik. Toen iedereen veilig hierboven zat beseften we pas hoeveel geluk we hadden gehad dat we nog leefden,' vertelde Hester.
JE LEEST
Zombie Flare (Dutch)
AdventureWat zou jij doen als er opeens een Zombie invasie uitbreekt en iedereen in jouw stad is veranderd in een zombie? Precies dit overkomt Inez en Joselien. Ze dachten dat ze begonnen aan een doodgewone schooldag tot het Zombie-Virus zich als een lopend...