Hoofdstuk 12 ~ Een vreemde ontdekking

110 7 3
                                    

POV Jayden

Hier zit ik dan. Kijkend naar Catherine die bewusteloos op mijn bed ligt. Ik had haar horen schreeuwen, maar dacht dat het nep was. Waarom moet ik toch altijd zo stom zijn?! Pas toen ik haar mijn naam hoorde schreeuwen geloofde ik het.

Verslagen kijk ik naar Catherine. Ik hoop maar dat ze snel wakker wordt. De vrouw die haar aanviel bleek een spion te zijn. Ik heb geen idee waarvan, maar daar kom ik wel achter. Misschien weet Catherine er meer van.

Zachtjes hoor ik haar hart kloppen. Gelukkig is ze niet dood, dat had ik mezelf voor altijd kwalijk genomen.

Opeens is er een flits. Wat was dat? Vraag ik mezelf af. Ik zit zo in mijn gedachten dat het blauwe briefje, dat op Catherines buik is geplakt, me niet was opvallen. Ik pak het en lees wat erop staat.

Ik zei toch dat ik zou komen.

Wat betekent dat nou weer?! Ik kijk op de voor- en achterkant van het briefje, maar er staat geen afzender op. Vreemd.

Plots hoor ik Catherines hart sneller kloppen. Ze wordt wakker. Snel sta ik op ga naast haar op het bed zitten. Voorzichtig pak ik haar hand vast.

POV Catherine

Langzaam krijg ik het gevoel in mijn lichaam terug. Ik voel dat er iemand naast mij op het bed gaat zitten. Ik merk dat iemand mijn hand voorzichtig vast pakt. Ik raak een beetje in paniek. Ik probeer mijn ogen te openen, maar het lukt niet. Mijn hart gaat nog sneller slaan. Ik hoor iemand zachtjes mijn naam fluisteren. 'Catherine, rustig maar. Ik ben het maar.' Hoor ik zachtjes. Is dat Jayden? Vraag ik mezelf af. Ik voel dat hij zachtjes in mijn hand knijpt. Dat lijkt me gerust te stellen. Ik probeer nog een keer mijn ogen te openen. Het lukt moeizaam. Langzaam gaan mijn ogen open. Het eerste wat ik zie is Jayden die bezorgt naar me kijkt. 'Gelukkig, je bent wakker.' zegt hij. Ik knik rustig. 'W-wat is er g-gebeurd?' vraag ik moeizaam. 'Sst, niet praten. Ik zal het allemaal uitleggen. Later.' zegt hij. Ik geef een klein knikje en sluit mijn ogen weer.

Als ik weer wakker word, zie ik dat Jayden weg is. Ik speur de kamer rond, maar hij is echt weg. Vreemd. Ik besluit om op te staan. Ik kom overeind, maar val meteen weer terug, omdat ik duizelig word. 'Niet zo'n goed idee dus.' zeg ik tegen mezelf. Ik probeer nog een keer overeind te komen, maar nu langzamer. Het lukt. Ik blijf nog even op het bed zitten voordat ik helemaal op sta. Ik loop regelrecht naar de badkamer. Ik moet echt douchen.

Als ik klaar ben met douchen doe ik mijn make-up op en mijn kleren aan. Ik ga maar eens op zoek naar Jayden, denk ik. Voordat ik bij de deur kom, zie ik vanuit mijn ooghoek een flits. Ik kijk snel om heen en zie dat het raam open staat. 'Niet weer hè.' fluister ik tegen mezelf. Ik loop richting het raam om het dicht te doen. Als ik bij het raam sta, valt het briefje me pas op.

Ik zei toch dat je er spijt van zou krijgen

Waarvan spijt krijgen?! Snel loop ik naar de klerenkast toe. Ik ga er naar binnen en zoek het tasje waar ik de briefjes in bewaar.

Ik pak alle briefjes en zoek naar een bepaald briefje. Alleen heb ik geen idee welke.

Als ik het derde briefje lees, denk ik dat ik het gevonden heb.

Je zou niet zo veel moeten praten. Dat kom je nog wel te weten.

Zou dit hem zijn? Het moet haast wel. Maar wat heeft de persoon, die me briefjes stuurt, met de gestoorde kokkin te maken? Ik stop de briefjes weer in het tasje en loop de klerenkast uit.

POV Jayden

Ik loop snel richting mijn oude kamer. Ik wist het eerst niet, maar ik bedacht het me net. Ik heb al eerder zo'n soort briefje gehad.

*flashback*

1810

Ik, als 14 jarig kind, zit in de bibliotheek en boek te lezen. Het is nog een kinderboek. Althans dat dacht ik. Het gaat over bovennatuurlijke wezens en dingen. Opeens zie ik een flits, net als ik bij het stukje over voorspellingen ben. Wat was dat? vraag ik mezelf af. Ik kijk naar het tafeltje voor me en zie dat er een blauw briefje op ligt.

Tot over 204 jaar

Dat staat erop. Hoe kan dat nou? Dan leef ik toch niet meer.

*einde flashback*

Ik heb de briefjes in mijn oude kamer bewaart. Onder een losse plank in de vloer. Ik wist toen nog niks over vampieren en dacht dat het gewoon een grapje was. Ik besteedde er verder weinig aandacht aan, maar ik vond het wel de moeite waard om het te bewaren.

Ik kom bij mijn oude kamer aan. Ik ruk meteen de deur open en loop naar binnen. Alles ziet er nog precies hetzelfde uit. Snel loop ik naar de plek van de losse plank. Ik wiebel er even aan en na een paar seconden schiet hij los. Ik pak het doosje dat eronder ligt. Ik wil het doosje openen, maar zie dat er een slot op zit. 'Shit, dat was ik vergeten.' Ik sta op, het doosje met me mee nemend, en loop naar de boekenkast toe. Ik voel met mijn hand bovenop de kast. Hebbes. Denk ik bij mezelf. Ik pak de sleutel en open het doosje. Ik pak het briefje eruit. "Tot over 204 jaar." Staat erop. Wacht eens even. Ik maak een snelle rekensom in mijn hoofd. Dat is dit jaar. Dan was het misschien toch geen grap. Maar wie stuurt die briefjes dan? Zou Catherine ze ook krijgen? Weet zij hier meer over? Ik besluit om het doosje mee te nemen. Ik stop het oude en het nieuwe briefje erin en doe het weer op slot.

Het Verlaten EilandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu