TOEN CIALAN ACHT was geworden, kreeg hij zijn eerste boek. Vergeleken met zijn klasgenoten was het laat, maar nadat zijn ouders tot de conclusie waren gekomen dat Faolon dyslexie had, dachten ze dat voor hem wel hetzelfde moest gelden. Het was echter niet het geval, was al even snel gebleken, waardoor ze zich schuldig hadden gevoeld. Om het beter te maken hadden ze dus een boek voor hem gekocht. Alsof dat hem zou laten vergeten dat hij de jaren daarvoor niets anders was geweest dan een kopie van Faolon.
Ze gingen naar dezelfde school, kregen dezelfde lessen, deelden dezelfde vrienden en spraken met dezelfde woorden.
Hij had het echter niet doorgehad totdat zijn tweelingbroer zijn cadeau kreeg; een gitaar. Het was geen echte gitaar, gewoon een simpele voor kinderen, maar het was anders dan wat hij zelf had gekregen en dus was het kwartje eindelijk gevallen.
De rest van zijn verjaardag had hij al lezend besteed in zijn kamer, deur op slot om iets van de gitaargeluiden te blokkeren. Het was niet eens zijn eigen kamer geweest, natuurlijk deelde hij zelfs dat met Faolon. In de war door het plotselinge besef dat hij niets anders was geweest dan een kopie van iemand anders, had hij het boek door de kamer heen gegooid. Het had alles onleesbaar gemaakt.
Zo goed als mogelijk was verborg hij het voor de rest van zijn familie, terwijl hij intussen zijn spaargeld uitgaf aan andere boeken of een deel ervan, sinds zijn ouders al snel doorhadden dat hij op deze manier niet zou sparen.
Dus groeide de boekencollectie van de achtjarige nog enkele jaren door. Hij schreef elke nieuwe aankoop op, zodat hij voor iedereen inclusief hijzelf bij kon houden wat hij al had. Na enkele jaren had hij een grotere boekenkast nodig, iets waar amper ruimte voor was.
Faolon ging er tegenin toen er een tweede, dunne boekenkast in hun kamer moest komen. Met zijn armen over elkaar heen geslagen stond de twaalfjarige in de deuropening te huilen en te schreeuwen dat het oneerlijk was dat Cialan meer ruimte nodig had. Hij negeerde daarbij het feit dat hij een tweede gitaar had gekregen, en een fluit, xylofoon en een keyboard. Hij had niets zelf gekocht, zoals Cialan wel had gedaan.
Dus de boekenkast kwam niet en in plaats daarvan werden boeken naast de andere kast opgestapeld. Vaak genoeg duwde Faolon de stapel om, waardoor velen schade op liepen. De eerste paar keren zag Cialan het door de vingers heen, denkend dat het simpele ongelukken waren. Na enkele weken werd het duidelijk dat het niet het geval was, en dus liep hij naar zijn ouders toe.
Ze kozen zijn kant niet.
Integendeel, ze zeiden dat hij genoeg boeken had. Dat het klaar was. Over en uit.
Vier jaar lang was het over en uit. Tenminste, als het aan zijn ouders had gelegen. Aan Cialan had het natuurlijk anders gelegen. Vaak genoeg ging hij nog naar boekenwinkels toe om met het laatste beetje geld iets te kopen. Wanneer hij niets kon lezen of kon kopen, kwam hij wel terug van de bibliotheek met stapels boeken. Hij zou zijn ouders dit niet van hem laten afpakken; hetgeen dat hij met plezier deed.
JE LEEST
kapotgemaakte sigaretten en dagdromen [lhbt+]
Teen Fiction«the kids that the most love will ask it in the most unloving ways.»