Ik had niet zoveel honger, dus staarde ik verveeld naar mijn eten, dat op mijn bord lag.
'Heb je geen honger?' vraagt Daan, die zich een plaatsje naast me had weten te veroveren. Eigenlijk, had hij het meisje dat eerst naast me zat weggeduwd en had hij er zichzelf tussen gepropt.
Ik haalde ongeïnteresseerd mijn schouders op. 'Niet echt.'
'Je moet iets eten,' zei Daan, met een bezorgde frons op zijn gezicht.
Ik zuchte geïrriteerd en nam een hap van de kip die op mijn bord lag.
Ik kauwde er langzaam op en keek rond in de Grote Zaal en ving toen Draco's blik.
Ik dacht even aan het boek Nyctophilia , waar ik vrijwel direct aan begonnen was toen ik geen lessen meer had.
Het was een mooi boek. Er was goed over de woordkeuze nagedacht. Maar wanneer ik het boek aan het lezen was voelde ik de duisternis die ervan af straalde.
Draco glimlachte even snel naar me en wendde zijn blik toen af.
'Niet naar hem kijken,' fluisterde Daan. 'Hij is slecht. Verkeerd. Ze zeggen dat hij misschien wel een...'
Ik schoof mijn bord naar voren en stond op.
'Ik heb geen honger, zoals ik al zei,' mompelde ik tegen Daan. En toen liep ik met grote passen de Grote Zaal uit, op weg naar de bibliotheek.
Ik voelde dat iemand me bij mijn arm greep en me naar zich toe trok.
'Wat is er?' vroeg Draco, terwijl hij mijn gezicht bestudeerden.
Ik rukte mijn arm los uit zijn greep en zette een stap naar achter, omdat ik zeer bewust was van de paar centimeter ruimte die er nog maar tussen ons verwijdert waren.
'Geen honger.'
'Nou, dat komt goed uit, ik heb ook geen honger.'
Ik bleef even staan toen Draco van me weg liep, maar volgde hem toen.
'Dankje,' piepte ik, toen ik naast hem was komen lopen.
Ik zag dat hij zich inhield, dat hij rustig probeerde te lopen, omdat ik hem anders niet bij zou kunnen houden.
'Voor het boek, bedoel ik,' zei ik, toen hij me aankeek.
'O. Geen probleem. Ik neem aan dat je er al in begonnen bent?'
Ik knikte en liep hijgend de lange trappen op, waar Draco zo te zien geen problemen mee had.
'Het lijkt wel alsof de schrijver het zelf heeft meegemaakt, zo goed verwoord hij het.'
Draco knikte. 'Het lijkt echt alsof we er zelf midden in staan en alleen maar kunnen toekijken, vind je niet?'
Ik knikte.
'Als ik de schrijver was geweest had ik die arme Nora niet laten sterven. Zij was anders.'
Anders. Netzoals ik, dacht ik.
'Bedankt dat je het me voor hebt gezegd,' zeg ik grijnzend, terwijl ik hem aanstoot.
Draco lacht. 'Ik had je het einde al verklapt, boekenmeisje. Iedereen vind hun dood.'
Ik zuchtte. 'Wanneer je het proloog van het boek leest, verwacht je dat al. Omdat er staat hoe iedereen was gestorven, de keer voordat zoiets was voorgekomen en hoe de geschiedenis zich zal herhalen.'
Draco's blik werd duister. 'Niet alleen de geschiedenis uit dat boek zal zich herhalen.'
Ik wist niet zeker wat hij daarmee bedoelde, maar voordat ik het hem kon vragen, hield hij de deur van de bibliotheek voor me open.
'Zoek een boek voor me uit,' zei Draco, toen hij zich op een stoel ging zitten. Ik ging op de tafel zitten waar hij zijn stoel aan had geschoven en ik keek om me heen.
'Waar hou je van?'
'Mh...' Zijn ogen schoten van de verboden afdeling naar mij en glimlachte toen. 'Duisternis. Donkere tijden. Verboden daden.'
Ik slikte en liet mezelf van de tafel afglijden. 'Ik zal kijken wat ik kan vinden.'
Ik liep langs de vele boekenkasten die er in de bibliotheek stonden en liep naar de laatste boekenkast waar bijna niemand naar omkeek. De boekenkast zat onder het stof en ik ging op mijn hurken zitten om een boek voor Draco te vinden.
Natuurlijk wist ik al waar ik naar opzoek was. Ik was opzoek naar het boek het eind der tijden.
Ik kon me herinneren dat het in een van de onderste twee schapen stond en na er een paar keer een blik op geworpen te hebben, vond ik het donkere, leren boek dat in het stof verdompelt zat.
Ik pakte het uit de boekenkast en liep ermee naar Draco, terwijl ik het stof ervan af was aan het blazen.
Ik legde het voor hem neer en zette mijn handen op de tafel en leunde naar voren.
'Ik denk dat dit precies is wat je hebt beschreven,' zei ik zacht.
Draco leunde naar voren in zijn stoel en keek me uitdagend aan. 'Ik wist wel dat je iets voor me zou vinden, boekenmeisje.'
Er verscheen een grijns op mijn gezicht en ik liet me vallen in de stoel die naast Draco stond.
Draco liet zich achterover vallen in de stoel en nam het boek in zijn handen.
'Het leer heeft dezelfde kleur als je haar,' merkte hij op. 'Bijna zwart, maar toch bruin.'
Ik pakte een plukje haar en draaide het om mijn vinger.
'Ik moet zo gaan,' mompelde Draco.
'Waar naartoe?'
Hij keek naar de grond. 'Ik moet nog iets doen.'
'Kijk uit dat Omber je niet snapt,' waarschuwde ik hem. 'Ze is de duivel in roze.'
Draco grinnikte en stond op. Hij legde zijn hand op mijn achterhoofd waardoor ik mijn eigen haar in mijn nek voelde kriebelen. 'Zie ik je morgen?'
Ik knikte en toen was hij weg. Verdwenen.
Ik stond op en keek even om me heen, in de hoop Draco te zien, maar ik zag hem niet.
Ik liep de bibliotheek uit en liep terug naar de toren van Griffoendor. De gangen waren leeg en het was buiten al donker. Het maanlicht scheen door de ramen en de vlammen van de kaarsen flakkerden rustig.
Opeens hoorde ik stemmen, toen ik langs een lokaal liep.
'Lok hem ernaartoe,' siste een stem. 'De Heer heeft het mij bevolen dat ik het jou moest opdragen. En jij doet het.'
'Maar vader...'
'Stiller!' siste de stem woedend. 'Wil je soms dat ze ons horen, zoon?'
'Nee, vader, nee, natuurlijk niet, maar...'
'Heb je enig idee wat hij kan aanrichten als we hem niet gehoorzamen?' bracht de stem de andere stem tot stilte. 'Als jij het niet doet, zoon, gaan er meer doden vallen dan die onnozele studentjes op jullie school. Bespeel ze alsof ze marionnettes zijn. Heb je dat gehoord?'
'Ja, vader,' zei de stem neerslachtig.
'Goed. Dan zijn we het daarover eens. Nu, keer terug naar je kelder.'
En toen was het stil. Ik hoorde voetstappen mijn kant opkomen en ik rende zo snel en geluidloos mogelijk de gang uit, maar ik kon mijn nieuwsgierigheid niet in toom houden en de verleiding niet weerstaan om te kijken wie de stemmen waren geweest.
Maar toen ik om de hoek keek zag ik een paar grijze ogen, die me verbaast aanstaarden.
'Amiya,' zei Draco.

JE LEEST
Aparecium { dutch harry potter fanfiction }
FanfictionAparecium "from invisible to visible" Amiya Gray is een onopvallend meisje dat aan haar 5e jaar van haar tovenarij-opleiding begint, op Zweinstein. Ze heeft niet veel vrienden, op boekpersonages na. Ze toont dan misschien meer interesse in levens v...