The Roadtrip ✔

15 * Liam *

Ik hoor May roepen vanaf boven. Ik sta gelijk op en loop naar de trap. ''Li, schiet op alsjeblieft.''

Met twee treden tegelijk loop ik naar boven, May zit huilend tegen de deurpost aangezakt. Ik kniel naast haar neer. ''Wat is er gebeurd?''

Ze wijst opzij, en nu zie ik het pas. May haar vader ligt levenloos op de houtenvloer. Ik pak May haar telefoon uit haar handen en bel meteen haar moeder op. ''Met Liam, Sandra je moet zo snel mogelijk hier komen,'' Zeg ik overhaast waardoor ik haast niet te verstaan ben. ''Het is Hans.''

''Wat? Wat is er gebeurd? Ik ben nu twee straten verderop.''

''Was alles goed met Hans toen jij weg ging?''

''Ja, hoezo?''

''Hij ligt op de grond hier,'' Ik slik, en ook nu valt er een traan over mijn wang. ''Hij is overleden denk ik.''

Voor ik het weet hoor ik piepende banden de oprit opkomen, vervolgens komt Sandra naar boven rennen terwijl ze belt met 112. 

Ik heb inmiddels May in mijn armen genomen, ze is helemaal overstuur wat heel begrijpelijk is. ''Wat is er gebeurd?'' Zegt ze zachtjes.

Sandra haalt haar schouders op waarna ze haar dochter een knuffel geeft. ''Ze dachten een hartaanval maar ze komen eraan.'' 

Het is allemaal erg snel gegaan, voor ik het wist stond de ambulance en de politie voor onze neus. Ze stellen ons allerlei vragen waar we amper antwoordt op kunnen geven. We worden uit ons gesprek gehaald door een andere politieagent. ''Hij is neergeschoten en aan zijn verwondingen overleden.''

''Neergeschoten?'' Herhaalt May zijn woorden. 

Hij knikt enkel. ''We gaan er zo snel mogelijk achteraan om uit te zoeken wie dit gedaan heeft.''

May haar gezicht draait ze naar mij, haar ogen vullen zich opnieuw met tranen. ''Je hebt hem nooit kunnen ontmoeten.'' Snikt ze stilletjes.