6~ Elijah

415 33 0
                                    

Eindelijk eens een Elijah p.o.v EnjoyCE!!!!

 

Ik kom echt net op tijd de vergaderzaal binnen. Hope, Yuna en Josh zitten al klaar. Ik kan zien dat Hope gehuild heeft. Geruststellend pak ik haar hand vast. Ze kijkt me aan. Haar lichtblauwe ogen lijken soms wel licht te geven. Ik hoor niet wat er allemaal gezegd wordt. Het boeit me eigenlijk ook helemaal niks. Mijn hoofd zit te vol om goed na te kunnen denken. Ik vind Hope eigenlijk al heel lang leuk. En als ik zeg heel lang, bedoel ik ook echt heel lang. Ineens worden we door 2 mannen weggehaald. Waarschijnlijk willen ze onze krachten weer eens testen. Alweer. Maar nu in tweetallen. Ik word naast Hope neergezet en samen wachten we tot de deur open gaat. ‘Hope, je moet 1 ding weten.’ ‘Wat dan?’ Verwachtingsvol kijkt ze me aan. ‘Als jou iets overkomt, zorg ik er persoonlijk voor dat iedereen daar spijt van krijgt.’ Hope houdt haar hoofd schuin waardoor ze er verschrikkelijk schattig uitziet. Ja, je ziet het goed. Ik ben niet zo’n jongen die elke keer dat hij denkt dat het meisje schattig is, tegen zichzelf zegt dat het niet zo is. Nope, ik ben de jongen die eerlijk toegeeft dat ze schattig is. Ontkennen heeft toch geen zin. Ik hoor een zoevend geluid en we lopen naar binnen. Ik herken de stad gelijk. Ineens komt er een oranje scherm voor ons. We tikken onze eigen foto aan. ‘Doel van deze test: Steel de Bol, Schakel alle mannen en andere obstakels uit en kom terug. 3 2 1 START!’ Het oranje scherm valt weg en we lopen de stad in. De huizen zien er verlaten uit, iets wat eigenlijk heel erg eng is. Ik merk dat Hope het ook eng vindt. Iets wat eigenlijk best normaal is. Ik bedoel, hoe zou jij het vinden als je rondloopt in een verlaten stad terwijl je ieder moment aangevallen kan worden. ‘eeeuhm Elijah, je mag op zich wel even helpen hoor!’ De stem van Hope doet me opschrikken uit mijn gedachten. Ik zie dat ze omsingeld is door de bewakers van de stad. Nu pas zie ik dat er ook bewakers om mij heen staan. Holy Crap!!! Wat moet ik nou doen?!? Ik kijk naast me en zie dat Hope al veel mannen omver heeft geblazen. Letterlijk. Ik besluit maar te doen wat het meest logisch is in deze situatie. Ik vorm een soort klimop rond mijn arm en zwaai hem in het rond. Alle mensen duiken naar beneden waardoor ik over ze heen kan klimmen en Hope kan gaan helpen. ‘Hey Elijah.’ zegt Hope terwijl ze een grote storm met volle vaart op een groep mensen afvuurt. Dat waren de laatste. ‘Hey Hope.’ zeg ik terwijl we verder lopen. Ineens komt er een grote landrover de hoek om. Ik duw Hope een steegje in en ga voor haar staan zodat ze niet zichtbaar is. Ik zelf ben hopelijk ook niet zichtbaar. Ik kijk naar beneden, aangezien Hope kleiner is. Ze heeft een glimlach op haar gezicht. Geen idee waarom. Het geluid van de banden van de landrover sterft weg en ik trek Hope het steegje uit. ‘Misschien kunnen we over de daken lopen?’ stelt ze voor. Ik knik en geef haar een voetje zodat ze bij de regenpijp kan. Behendig klimt ze omhoog. Ik volg haar, ook al ben ik niet zo goed in klimmen. Zodra we beide boven zijn zie ik een soort rond voorwerp naar beneden komen. Een bom! Hope heeft het ook gezien en ze springt naar beneden. Door het bovenste raam van het huis naast het huis waar wij op staan, zo naar binnen. Ik besluit haar voorbeeld te volgen en ben net voordat de bom het huis verwoest in de kamer waar ook Hope is. We zitten in een slaapkamer. Een groot tweepersoonsbed, een kledingkast en een aantal deuren. Hope wenkt me naar de deur. Ik kijk eerst nog eens uit het raam. Er komt nog een bom aan! Ik ren naar hope trek haar onder het bed en sla beschermend een arm om haar heen. Een warm gevoel gaat door mijn lichaam. Het liefst had ik dat dit altijd zo kon zijn. Een windvlaag en stukken puin die door de kamer vliegen laten me opschrikken uit mijn gedachtes. Het is maar een test maar toch is de pijn en de angst hetzelfde. Hope drukt zich nog wat dichter tegen me aan. Na een tijdje denken we dat het wel veilig is en lopen we verder. Net had ik gezien dat we al best dicht bij het huis van de regering zaten, dus zullen de testen zo wel afgelopen zijn. Ik laat Hope los en krabbel omhoog. Ineens voel ik het huis bewegen. Het staat op instorten. We moeten hier weg. Hope probeert ook overeind te krabbelen maar ze blijft haken tussen een brok puin en de grond. Haar been zit muurvast. ‘Elijah, je moet gaan. Red jezelf.’ roept Hope naar me. ‘Niet als ik daarmee jou hier achter moet laten!’ Snel ren ik onder een vallend stuk puin door en probeer ik het stuk steen van Hope haar been af te halen. Ik moet heel veel kracht zetten, maar uiteindelijk is haar been los. Ze probeert op te staan maar haar been doet teveel pijn. Ik til haar op in bride-style en ren weg. Net als we buiten zijn stort het huis in. Ik zet Hope op de grond en maak een soort steun van klimop rond haar knie. Dit heeft ook geholpen toen ze 7 was dus ik hoop nu weer. En inderdaad, Hope kan, nog steeds moeilijk, maar wel een stuk beter staan en lopen. Ze pakt mijn schouder vast en samen lopen we, dit keer rustiger, verder. Ik kijk naar beneden en zie dat er een scheur loopt in de grond tussen ons in. 'ik laat Hope haar arm los en zet een stap naar achter. Hierdoor valt Hope. ‘Blijf daar Hope!’ roep ik als ik zie dat ze naar me toe probeert te kruipen. Ik was net op tijd want de grond tussen ons in scheurt. Een diepe afgrond wordt zichtbaar. Ik ben de testen even aan het tellen. Eerst hadden we de bewapende mannen. dat is 1, daarna hadden we de jeep. Toen de bommen, daarna dat Hope vastzat en het huis instortte. Dat zijn er 5. Plus deze afgrond is 6. ‘Elijah, ik heb een idee hoe we weer bij elkaar kunnen komen!’ Ik kijk Hope verwachtingsvol aan. ‘Als ik met mijn wolken een brug maak en jij hem met je planten versterkt!’ Dat was eigenlijk nog niet zo’n slecht idee Ik knik en zie dat Hope met verschillende wolken een brug tussen ons maakt. Ik laat mijn planten er overal omheen spannen. Dan durf ik een voet op de brug te zetten. Als ik merk dat hij stevig genoeg is ren ik er snel overheen. Aan de kant waar Hope stond was het gebouw waar de regering de bol verstopt. Goed bewaakt. En ja hoor, ik had gelijk. Van alle kanten komen mannen op ons af. Ik knik naar Hope zodat ze weet wat ik ga doen. Jupp, we hebben onze eigen move. De Elipe. Ik zet met klimop alle mannen vast. Ze komen met geen mogelijkheid mee vooruit. Hope heeft ondertussen bliksemschichten tevoorschijn gehaald en gooit ze op de groepen mannen af. Op een gegeven moment is iedereen verdwenen. Dat herinnerd me er eigenlijk aan dat dit allemaal maar een test is. Dit was test 7. Ik zie het hek. Ik kan er makkelijk overheen. Ik besluit dat dan ook maar te doen. Maar mijn plannen verlopen anders dan gedacht. Zodra ik het hek heb aangeraakt, word ik met volle vaart naar achteren geschoten. Mijn ogen vallen dicht. Overal doet het pijn. Ik ben geloof ik bewusteloos, maar toch hoor en voel ik alles.  ‘ELIJAH!!!’ hoor ik Hope roepen. Ik voel dat ze naast me komt zitten.‘Je mag niet weg zijn. Ik houd het hier niet uit E.’ De stem van Hope klinkt zacht en breekbaar. Ik wil tegen haar zeggen dat het allemaal wel goed komt maar er komt geen geluid uit mijn mond. Ineens word ik helemaal nat. Hope is toch niet aan het doen wat ik denk dat ze aan het doen is. Ik voel dat ik steeds sterker word. Ja, ze is dus wel aan het doen wat ik dacht dat ze aan het doen was. Maar dat mag niet! Ze geeft haar kracht aan mij. Al haar energie! Ik word steeds sterker. Ineens houd het gevoel dat ik sterker word op en voel ik iemand op mij neer vallen. NEE, Hope heeft al haar kracht aan mij gegeven. Zelf is ze nu neergevallen. Dit is allemaal mijn schuld. Nee, nee nee nee. Ik voel dat ik opgetild word en dat Hope van me af wordt gehaald. Ik krijg ineens teveel zuurstof in een keer. Zuurstof met een of ander raar stofje erbij, want nu merk ik niks meer van de buitenwereld.

 

tijdsprong van 3 uur


Langzaam word ik wakker. Ik herken het witte, kale plafond van het ziekenhuis. Ik probeer rechtop te gaan zitten, maar een steek gaat door mijn hoofd heen. ‘Hij is wakker!’ Dat was Joyce. ‘Waar, waar is Hope?’ Mijn stem klinkt schor en zwak. ‘Ze ligt naast je Elijah.’ Ik herken de stem van Josh. Vlug draai ik mijn hoofd. Eigenlijk heb ik daar gelijk spijt van. Daar ligt Hope. Ze ligt nog steeds aan de zuurstof en er porren allerlei draadjes in haar armen. Dit is mijn schuld. ‘Heeft ze alles gegeven.’ fluister ik tegen niemand in het bijzonder. ‘Alles ja.’ Joyce verschuift haar stoel en komt naast me zitten. ‘Zelf had ze niks meer. Ze ademde heel zwaar toen we jullie ophaalden.’ Een traan verlaat mijn ooghoek. ‘Komt het nog goed met haar?’ De vraag die al de hele tijd op het puntje van mijn tong brand is er eindelijk uit. ‘Ja, maar het zal langer duren dan bij jou. Het komt zeker goed.’

SpecialWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu