Helemaal doorweekt door de aanhoudende regen, trok ik de deur van ons appartementje achter me dicht en hing mijn kletsnatte jasje op een haak van de kapstok. Ik schudde de regendruppels van me af en zuchtte luid.
'Ah Femke, je bent er!' riep de stem van mijn moeder vanuit de woonkamer. 'Heb je wat alimenticums meegebracht?'
Ik knikte bevestigend en hield het zakje met de alimenticums voor me uit, zodat mijn moeder het duidelijk kon zien.
Ze gaf me een goedkeurend knikje. 'Prima. Ik denk trouwens dat Nel er dringend eentje nodig heeft, want ik merk dat haar energiepeil gevoelig gezakt is. Waarschijnlijk door al de spanning en drukte tijdens die bloedafname.'
'Ik zal haar meteen eentje geven,' antwoordde ik en liep vervolgens naar mijn kleine zusje toe. Die zat te spelen in een hoek van de kamer en was wat tegen zichzelf en haar pop aan het brabbelen.
'Zo te zien ben je fijn aan het spelen?' zei ik met een glimlachje en hurkte me dichter naar haar toe.
Nel giechelde geamuseerd en begon enthousiast te vertellen: 'Meneer Octopus heeft zonet de wereld overgenomen en Mevrouw Plankton gaat de aarde weer redden met haar superkrachten.'
Ik grinnikte even. De fantasie van een kind is onbetaalbaar en ik miste de tijd dat ik ook nog zo onbezorgd kon zijn. Niet beseffen hoe de wereld er echt aan toegaat en je er niets van aan te hoeven trekken. Die periode was ik echter al lang ontgroeid.
'Hier, neem een alimenticum; dan word je wat sterker en kan je binnenkort zelf de wereld overnemen,' knipoogde ik. Ik overhandigde haar het kleine, roze pilletje en streek met een hand over haar haren.
Nels gezicht trok in een grimas toen ze het pilletje had ingeslikt, waarna ze haar tong uitstak. Het pilletje had een erg bittere smaak en was daarom niet erg geliefd of als smaakvol ondervonden. Het was zeker geen plezier om het elke dag in te nemen, maar het moest nu eenmaal als je de dag wilde doorkomen. Een alimenticum bevatte immers al de essentiële voedingsstoffen - zoals vitaminen, mineralen en eiwitten- die je lichaam nodig heeft om goed te functioneren.
Ik stond weer recht en beende naar mijn kamer; als je dat een kamer kon noemen tenminste. Het was eerder een klein hoekje dat begrensd was door vier dunne muren, waarvan eentje beschikte over een piepklein raampje dat slechts enkele lichtstralen binnen liet, waardoor de kleine ruimte zelfs overdag nog halfdonker was.
Ik trok de lade onder mijn bed open en haalde er mijn werkuniform uit. Binnen een uurtje moest ik al in het restaurant van Meneer Brulaap zijn, aangezien ik avonddienst had. Ik moest me dus haasten, want hij duldde het niet als je zelfs maar een half minuutje te laat kwam en het gaf hem nog maar eens een reden om me uit te kafferen.
Ik vulde een zinken ton met wat regenwater, dompelde er vervolgens een spons in en streek er mee over heel mijn lichaam. Hoewel het misschien niet de meest efficiënte en hygiënische manier was om je te wassen, voelde het verfrissend aan en het oppervlakkige vuil werd op deze manier toch al van mijn huid geschrobd. Meneer Brulaap vond een nette uitstraling heel erg belangrijk, want vuil personeel draagt die viezigheid over op het eten en dat zou de reputatie van zijn restaurant schaden. En dat zou echt een grote ramp zijn.
Nadat ik alle vuiligheid had weg geschrobd, droogde ik me af met een microvezeldoekje en trok mijn uniform aan. Ik keek nog eens voor een laatste keer in de spiegelfolie tegen de muur – een echte spiegel was immers veel te duur- , trok nog even een haarpluk goed en constateerde vervolgens dat ik er goed genoeg uitzag om me in de keuken van Brulaap te vertonen.
'Mam, ik ga nu naar mijn werk vertrekken!' zei ik vluchtig, terwijl ik mijn jas van de kapstok trok.
Ik hoorde enkel wat gestommel en gemompel, maar ik had geen tijd om op een antwoord te wachten en ging snel het huis uit.

JE LEEST
Maanvlucht
Science FictionIn het jaar 2090 is de mensheid de wanhoop nabij; ontelbare aardbevingen, verwoestende stormen en ondraaglijke hittegolven hadden al het leven van ettelijke miljarden levende wezens genomen en de menselijke populatie blijft slinken samen met de hoop...