21. I'm starving

213 13 3
                                    

Ik leg mijn bord neer en loop naar de bewaker. Hij leid me naar "een kooi van gaas". Althans, dat is hoe ik het graag noem. De kooi bevind zich buiten in het openlucht. Vlak voor het gaas zie ik mijn vader staan, naast een man in een donker gekleurd pak. Met een glimlach op mijn gezicht ren ik hen tegemoet. 'Ik wist dat jij het was!' lach ik.

Ik laat mijn vingers door het gaas hangen. 'Ik heb een aantal spullen voor je meegenomen,' zegt hij. Hij knikt naar het grote bak met wat kleine spullen erin, inclusief mijn camera. 'En Chico ook!'

Ik schud mijn hoofd. 'Chico zou bij Jacy moeten blijven, hou hem bij je.'

De man in het pak schraapt zijn keel terwijl hij zijn vuist voor zijn mond houd. 'Helena, kan ik je even spreken?'

Vol verwarring ga ik tegenover hem staan. 'Sorry, wie bent u precies?'

'Ik ben Kyle. Je vaders psychiater. Sinds hij uit de gevangenis is, is hij onderzocht of hij mentaal gezond is. Toen zijn we tot de conclusie gekomen dat hij een psychiater nodig heeft die met hem praat en begeleid. En...hier ben ik.'

'Dus met andere woorden: mijn vader is psychisch gestoord, en heeft hulp nodig?'

Kyle's hoofd dommeld heen en weer. 'Psychisch gestoord is een beetje hard uitgedrukt. Maar hij heeft wel mentale schade opgelopen.'

Ik zucht en werp mijn blik even op mijn vader. 'Kan hij nog wel voor mijn zusje zorgen?' vraag ik vol hoop.

De man schud zijn hoofd. 'Het spijt me, maar Jacy is in een pleeggezin geplaatst.'

Tranen prikkelen in mijn ogen. 'Ik heb gevochten voor haar! Ik ging vluchten, en heb bijna iemand vermoord voor haar!'

Ik sla woedend tegen het gaas. 'Luister goed Kyle,' zeg ik. 'Chico is nog het enige wat mijn zusje heeft. Neem het niet van haar weg!' smeek ik.

Kyle zucht. 'De pleeggezin waar Jacy is geplaatst wilt geen honden. Als je Chico niet accepteerd weet ik niet wat ik met hem moet...'

Er ontsnapt één traan die vervolgens over mijn wang rolt.

'Het spijt me,' voegt hij snel toe.
Ik draai me om naar de bewaker die een aantal meters achter mij wacht. 'Wacht!' roept mijn vader. Ik blijf staan. 'Vertel het haar...Zeg het!' fluistert hij tegen Kyle met een trillende stem.

'Er is nog één ding...' zucht Kyle. 'Je oma......haar lichaam is gevonden. Ze bloedde dood aan de kant van een rivier. Het spijt me.'

Ik zwijg en zet mijn pas voort. 'Je spullen worden binnen enkele minuten gebracht,’ zegt de bewaker.

'Andrews, is er enige kans dat ik mijn oma's begrafenis kan bijwonen?'

De bewaker schud zijn hoofd. 'Hoe erg ik het ook voor je vind; het is tegen de regels.'

Ik zucht en loop terug naar mijn cel. Zodra ik in het juiste gangpad loop zie ik Sucré al voor mijn cel staan. 'Wie was het?' vraagt hij als ik enkele meters van hem verwijderd ben. Zonder antwoord te geven, ren ik in zijn armen en barst in tranen uit.

Hij wikkelt zijn armen om me heen. 'Wat is er gebeurt?' vraagt hij zacht. Tranen rollen over mijn wangen, en spatten ineen op zijn shirt. 'Jacy is in een pleeggezin, mijn oma's' lichaam is gevonden, en ik mag niet eens naar haar begrafenis! Dan blijkt mijn vader ook nog een psychische stoornis te hebben dankzij die stomme gevangenis!' schreeuw ik uit.

'Ik dacht dat Hozé de ergste gevangenis was...'

'Het is ook zo..

Het duurt alleen nog even totdat je het uitgevonden hebt.'

Zuchtend laat ik Sucré los. Ik veeg mijn tranen weg. 'Ik kan maar beter ontbijten,' zeg ik waarna ik mijn cel binnen loop.

Ty staat er nog, maar de hele rij is weg. Blijkbaar heeft iedereen al eten gekregen.

Ik frons mijn wenkbrauwen.
'Waar is mijn bord?' vraag ik als ik het niet op de plek zie liggen waar ik het heb gelaten.

Als Ty niet reageert ga ik voor hem staan waardoor ik zijn zicht blokkeer. 'Waar is mijn eten?' Ty zucht en duwt me opzij. 'Je was weg, dus ik heb het weggegeven.'

Woedend grijp ik zijn shirt vast en duw hem tegen de muur. 'Geef me wat te eten voordat ik flauwval!' schreeuw ik. Ty grijpt een mes uit zijn broekzak en houd het voor mijn nek.

'Laat me los. Nu.'

Ik staar hem kwaad aan waarna ik zijn shirt vervolgens los laat.

Als Ty het mes steeds verder tegen mijn nek aandrukt, deins ik achteruit. Ik schrik angstig op als mijn rug tegen het andere muur aanbotst.

'Doe dat nog één keer en ik sla je verrot.'

Hij slingert zijn arm totdat zijn vuist mijn wang raakt.
Eén. Twéé. Drie keer.

Ik zak ineen op de grond en proef bloed op mijn tong plakken. 'Wacht maar tot lunch. Misschien heb je dan wat meer geluk.'

Ik kijk hem aan als hij weg loopt. Wrokgevoelens woelen in mijn maag. Als Sucré mijn celgenoot was zou er geen enkele probleem zijn. Hetzelfde geld bij Zahra.

Maar nee. Natuurlijk moet Ty weer mijn celgenoot zijn. Alsof ik niet genoeg ongeluk heb gehad.

'Helena Evans? Hier is je hond, en de rest van de spullen mag je ophalen bij Derek,' zegt een bewaker een aantal minuten later.

'Wie is Derek?' vraag ik met gefronste wenkbrauwen. 'Daar kom je gauw genoeg achter.'

Chico rent naar me toe en maakt piepgeluiden als hij ziet dat ik gewond ben. 'Het komt goed, Chico,' zeg zacht. Ik strijk met mijn hand over zijn hoofd waarna hij gaat liggen en zijn hoofd op mijn knie laat rusten.

'Je gaat toch niet je hele verjaardag in je cel doorbrengen, toch?'

Ik kijk op en zucht. Zahra lacht en gaat naast mij op de grond zitten. 'Niet je beste dag, hé?'

Ik kijk haar geïriteerd aan. 'Geen één van de dagen, dat ik in deze cel rot, zal mijn beste dag zijn.'

De lach van Zahra verdwijnt meteen. Ze knijpt haar ogen tot spleetjes. Ze houd mijn kin lichtjes vast en draait mijn hoofd haar kant op. 'Wat is er met jou gebeurt?' vraagt ze als ze een dichter kijkje neem aan mijn bloedende lip. Ik duw haar hand weg zonder haar vraag te beantwoorden.

'Oké, badass girl, je hoeft het mij niet te vertellen.'

Als ze merkt dat ik nog steeds stil ben, slaakt ze een diepe zucht. 'Luister, ik ga je niet vervelen op je verjaardag. Maar als er iets is kan je het altijd tegen mij vertellen.'

Ze staat op en verdwijnt uit de cel. Ik grijp mijn handdoek en neem het mee naar de douches.
Ik zucht als ik de deur open. Ik was even vergeten dat de douches en toiletten open waren.
Je went er wel aan - zeg ik tegen mezelf. Maar eerlijk gezegd...is dit zo'n situatie waar ik waarschijnlijk nooit aan zou kunnen wennen.

Dus daar sta ik dan, ik probeer uit te zoeken in welke douche ik het meeste privacy krijg. Ik overwoog zelfs om een handdoek op te hangen voor mijn douche. Maar ja, dat ging ook niet volgens plan..

Ik zucht en geef op. Met tegenzin kleed ik me uit, en ga zo awkward mogelijk in het douche staan.

Ik veeg het bloed van mijn lip, wat nu via de put wegstroomt.
Ik droog mezelf af, en wikkel de handdoek volledig om me heen als een rups in een coccon.

Als ik aanstalten maak om weg te lopen grijpt iemand mij vlug bij mijn pols. Ik draai mijn hoofd om en merk op dat het het meisje is die zogenaamd door Sucré verkracht is. Haar gezicht staat strak. Ze zucht.

'Wij moeten praten.'

Mijn lippen krullen.

'Daar ben ik helemaal mee eens.'

They call me "Hell"Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu