Hoofdstuk 32 Back with Dumbledore

704 52 8
                                    

"

'Goedenmiddag' zegt een stem ineens en ik kijk op. Het is Perkamentus, die net voor ons is gaan staan. Hij bekijkt eerst mij van top tot teen en knikt goedkeurend. Daarna bekijkt hij Sneep, die is opgestaan. 'Pak allebei mijn hand maar, ik weet wel een plek waar we naartoe kunnen en ongemerkt Zweinstein binnen kunnen gaan. Ik stond op en pakte de hand die Professor Perkamentus naar me uitstak. Sneep pakte de andere hand en binnen een paar tellen werd al mijn lucht uit mijn longen gezogen. Ik hapte naar adem en we kwamen gelukkig al vrij snel weer op de grond terecht. Ik liet de hand van Professor Perkamentus los en legde mijn handen op mijn knieën.

'Ze kan nog niet helemaal tegen verschijnselen' hoorde ik Sneep zeggen en ik keek op.

'Dankje' zei ik droog en ik keek om me heen. We waren in een smerig cafe en buiten zag ik de straten van Zweinsveld. Ik keek nog wat beter en zag dat we in Zwijnskop waren.

'Albus!' riep de barman, die haastig om het hoekje was komen lopen. 'Hoi Desiderius' zei Professor Perkamentus en hij gaf de man, die belijkbaar Desiderius heette, een vriendelijke, maar voorzichtige hand.

'Gulia, dit is mijn broer Desiderius Perkamentus. Desiderius, dit is Gulia Rue' zei professor Perkamentus. Desiderius kwam naar me toegelopen en gaf mij een hand.

'Goed, maar wat brengt jullie hier? Ik heb je zo lang niet gezien Albus.' zei Desiderius.

'Zouden wij het portret van Ariana even mogen gebruiken?' vroeg Professor Perkamentus en ik zag dat Desiderius daar op een een of andere manier van schrok.

'Ariana, je wilt toch niet..'

'Nee, nee. Ik wil alleen de doorgang gebruiken, als je snapt wat ik bedoel.' Onderbrak Perkamentus zijn broer. Desiderius knikte en we liepen met z'n allen naar een portret van een jong meisje, dat aan de muur zat.

'Zouden wij erdoor mogen? Ariana?' zei Perkamentus voorzichtig en het meisje knikte. Ze stapte opzij en ik zag een donkere gang verschijnen. 'Bedankt, Desiderius.' zei hij.

'Geen probleem' mompelde Desiderius een beetje verdrietig, waarschijnlijk verdrietig omdat we nu al weggingen.

'Volg mij' vervolgde Perkamentus en hij stapte de gang in. Sneep volgde hem en ik draaide me nog even om naar Desiderius. Ik knikte en volgde Sneep en Perkamentus snel.

We liepen lang door de tunnel. Heel lang. Niemand zei iets en we liepen allemaal snel door. Uiteindelijk, ongeveer na een minuutje op tien maar wat leek op een uur, kwamen we bij de uitgang.  We kwamen een andere kamer binnen, een van wat ik niet wist wat het was. Ik keek rond en zag allemaal schilderijtjes aan de muur hangen. Aan de linkermuur was een trap die omhoog ging. Professor Perkamentus gebaarde ons dat we hem moesten volgen en hij liep de trap op. Ik en Sneep volgde meteen.

Tot mijn verbazing kwamen we uit bij zijn kantoor. 'Hoe..?' begon ik vragend maar hij onderbrak me meteen. 'Ken je de kamer van Hoge Nood?' vroeg hij en ik hoorde Sneep 'aha' zeggen. Ik schudde mijn hoofd omdat ik nogsteeds geen idee had.

'De kamer van Hoge Nood kan je openen als je, de naam zegt het al, een hoge nood hebt. Wij zijn er via de enige tunnel naartoe gegaan. Anders zou je de kamer op de zevende verdieping kunnen openen. De kamer neemt de vorm aan zoals degene die de kamer opende dat wilt. Ik wou een doorgang die me leidde naar mijn kantoor en zoals je gezien hebt heb ik die gekregen.' Ik knikte in het teken dat ik het begreep.

Hij ging aan zijn bureau zitten en ik en Sneep aan de andere kant, op twee stoelen.

'Wat is er met je gebeurd, Severus?' vroeg Perkamentus aan Sneep.

'Mmh, Cruciatusvloek' mompelde hij en hij keek naar de grond. Ik schrok en zag dat Perkamentus dat ook deed.

'Maar dan moet je, wacht hier..' zei hij. Niet dat wij weg zouden lopen maar oke... Hij staat op en loopt weg.

Even later komt hij terug met een zalfje. Sneep pakt het zalfje over en smeert het op zijn wonden.

'Mmh' mompelt hij tevreden en Perkamentus gaat weer zitten.

'Maar, vertel. Hoe ging het gesprek?' vroeg Perkamentus.

'Eerst vroeg hij aan Gulia of ze nog wat te vertellen had. Ik had haar van tevoren twee dingen vertelt die ze kon vertellen. En dat heeft ze keurig gedaan, inspelend in haar rol' zegt Sneep en ik glimlacht naar mij. Even blik ik terug op het moment eerder vandaag dat hij zo moest huilen. Wat voel ik toch medelijden met deze man, wat hij allemaal moet doorgaan...

'Daarna wou hij mij alleen spreken en is Gulia naar de woonkamer gegaan. Hij..hij zei eerst dat hij heel tevreden was over Gulia, maar hij zei ook dat ze nog te jong was. "Ze zou zomaar zich kunnen bekeren" zei hij. Hij martelde me als teken dat ik nooit meer iemand mee mocht nemen. Hij herinnerde zich dus niet meer dat hij het mij had opgedragen...' sluit Sneep zijn verhaal.

Ergens voel ik me schuldig, hij is immers door mij toedoen gemarteld.

'Anders trek ik me wel terug.' probeer ik het goed te maken maar Perkamentus staat meteen op.

'Nee, dat is juist het domste wat we nu zouden kunnen doen. Dat bevestigt alleen dat Voldemort gelijk had' zegt hij resoluut en hij gaat weer zitten.

'Het was eenmalig zei hij, dus er is nu eigenlijk niet veel aan de hand' zegt Sneep en Perkamentus knikt.

'Jullie kunnen dan nu wel gaan. En voor jou Sneep, beterschap en rust veel uit' zegt Pekamentus en hij staat op en loopt naar de deur.

'Doet hij niet' fluistert hij mij toe wanneer hij langs me loopt en ik moet lachen.

'Wat zeiden jullie daar?' vroeg Sneep en ik en Perkamentus haalde allebei onze schouders op. Lachend liepen we de deur uit.

Struggles and Secrets (Harry Potter)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu