~*21*~

3.3K 209 9
                                    

Buiten adem en doodmoe laat ik me dan eindelijk op de grond vallen. De tranen van angst stromen over mijn wangen en ik weet niet meer wat te doen. Olive ligt naast me te hijgen en valt half in slaap. Ik kan haar maag horen knorren en voel me meer dan schuldig. We moeten echt wat te eten gaan vinden. En wat te drinken merk ik als ik over mijn schrale lippen lik. 'We moeten nog even door Olive?' mompel ik. Haar gezicht betrekt en ze begint bijna te huilen. 'Ik wil naar huis,' snikt ze. Ik neem haar in mijn armen en begin over haar hoofd te aaien. Ze begint langzaam in mijn schouder uit te huilen. 'Ik weet het meisje,' fluister ik. 'Het komt allemaal wel goed. Ik ga je hieruit krijgen.' Olive knikt en veegt haar tranen uit haar ogen. 'Oke,' zegt ze.

Waar we ook kijken, het blijft hetzelfde verhaal als met de schuilplaats: we kunnen niets vinden. Geen eten, geen drinken en geen onderdak. Het ziet erna uit dat we deze nacht onder de sterren moeten doorbrengen. Mijn voeten zeuren zo erg en in mijn hoofd voel ik me zo licht dat ik mij terplekke op de grond laat neervallen. Ik kan niet meer. Geen stap verder. Olive lijkt naast mij hetzelfde te doen. De natte, modderige sneeuw doorweekt de jas en de broek die ik aan heb. De kou trek mijn lijf in en lijkt er nooit meer uit te willen gaan. Ik geef Olive een zetje naar de dichtstbijzijnde boom en fluister dat ze zich daarachter moet verschuilen. Als ik mijn eigen stem hoor ken ik hem haast niet meer terug. Hij klinkt rasperig als die van een oude vrouw. Ik probeer er niets op uit te doen maar weet dat we nu echt wat moeten drinken. De sneeuw drinken werkt niet want die zit vol modder en zal ons vast en zeker ziek maken. Maar toch, als we nu niets te drinken krijgen weet ik niet of we morgen zullen halen. Ik besluit het er toch niet op te wagen en sluit mijn ogen om even tot mezelf te komen maar voor ik het weet val ik in slaap.

Er schreeuwt iemand hartverscheurend en ik schrik wakker. Mijn arm doet opeens zo veel pijn dat ik een schreeuw moet onderdrukken. Bezorgd en bang kijk ik naar mijn arm. Er zijn drie pijlen zwart geworden. Dat betekend nog maar 5 meisjes, denk ik verschrikt. We moeten snel die boot vinden. Dat ding is het enige wat Olive veilig hiervandaan kan brengen. Ik mompel een verwensing omdat ik in slaap ben gevallen. Mijn buik doet pijn en ik voel me ontzettend slecht. Olive slaapt maar ik probeer haar wakker te maken. Ze kijkt geschrokken op en ik probeer haar overeind te helpen. Ze snikt en ik krijg haar niet omhoog. Ze is veel te moe en uitgehongerd om te lopen. Met mijn tanden op elkaar til ik haar op en sjor haar op mijn rug. Ze is normaal niet zwaar maar ik moet nu moeite doen om zelf overeind te blijven. Ik dwing mezelf om te gaan lopen. De Victorianen zijn in de buurt.

Ik weet niet hoelang we lopen. Misschien een uur, misschien langer of korter, maar aan het eind hoor ik opeens een prachtig geluid. Alsof het geluid me nieuwe energie geeft begin ik te rennen. Het geluid wordt harder en na een paar minuten laten ik me met een grote grijns op mijn knieen vallen. Vlak voor een snel stromend beekje. Gulzig vul ik mijn handen met het heerlijke koele water en drink zoveel ik kan. Olive doet hetzelfde en glimlacht zo blij dat ik gelijk vol emotie schiet. We hebben weer water! Snel vul ik de fles weer. Dan schiet mij opeens iets te binnen. Rivieren stromen naar zee. In zee ligt de boot.

Als ook Olive klaar ik met drinken beginnen we stroomafwaarts te lopen. Overal hoor ik druppeltjes gesmolten sneeuw op de grond vallen en tot mijn verbazing wordt ik er rustig van. Dan opeens, een ander geluid. Een geluid dat niet tussen deze rust thuishoort. Gelijk duw ik Olive achter mij. Hebben ze ons weer gevonden?

Voor ons ritselen de struiken. Een kleine beweging maar goed te zien. Ik pak snel de laatste pijl die we hebben wijs ermee naar de stuik. Het zal niet veel kunnen beschermen. Iemand duwt de struiken opzij en ik zet me schrap voor wat ik ga zien. Olive zit gespannen achter mij te rillen. Een jong meisje met witblond haar stapt achter de stuik tevoorschijn. Ze kan niet ouder zijn dan 13. Verbaasd laat ik de pijl zakken en kijk haar aan. Ze heeft een groot mes in haar hand geklemd en kijkt doodsbang. Iets in mij zegt dat ik haar moet helpen. Ik berg de pijl op in mijn jas en steek een hand naar haar uit. 'Kom maar, ik doe je geen kwaad,' zeg ik voorzichtig. Het gezicht van het meisje lijkt ineens te veranderen van bang naar woedend. Snel doe ik een stap achteruit. Ze houd het mes op ons gericht en komt zelf dichterbij. 'Ik ga jullie vermoorden!' schreeuwt ze. 'Alleen zo kan ik winnen!'

Ze is gek geworden, schiet er door mijn hoofd. De honger en eenzaamheid heeft haar gek gemaakt. Zal dat ook met mij gebeuren als we dit overleven? Het meisjes springt opeens naar voren en ik geef een schreeuw van schrik. Ze lijkt zo behendig te bewegen een houd het mes zo soepel vast, dat ik gelijk merk dat ze al eerder met messen in de weer is geweest. We moeten echt voorzichtig zijn nu. Langzaam breng ik mijn hand weer naar de pijl in mijn jas en omklem het hout gespannen. Ze mag ons niets aandoen. Olive moet winnen.

Snel haal ik de pijl weer tevoorschijn op het moment dat het meisje naar voren springt om toe te slaan. Ik weet nog net haar mes met de pijl weg te slaan maar aan het warme vocht dat over mijn zij loopt, merk ik dat ze mij toch heeft geschampt. Ik wordt nu echt bang want dit kind kan beter met dat ding om dan ik dacht. Ik durf me ook niet te verdedigen omdat ik bang ben haar pijn te doen.

Doordat ik opzij moest springen staat Olive nu niet meer achter me maar alleen naast me. Het witblonde meisje ziet gelijk de zwakke schakel in haar en springt naar voren op Olive af. Dan gaat alles veel te snel. Ik schakel onbewust over op een automatische piloot en schreeuw.

'Nee!'

Zonder dat ik het wil schiet mijn arm naar voor en opeens verdwijnt de pijl in de zij van het meisje. Ik hijg en duw het meisje weg van Olive, op haar rug. Het bloed stroomt over mijn arm en haar ogen staan nietsziend de wereld in. Dan wordt alles me duidelijk . Ik schreeuw van afschuw en trek de pijl gelijk uit het meisje. Ik heb haar vermoord! Ik!

In paniek sta ik op en doe stappen achteruit. Ik kan niets anders doen dan in de dode ogen van het meisje kijken. Een steek in mijn tatoeage arm doet me weten dat ze echt dood is. Haar bloed kleurt de overgebleven sneeuw rood en stroomt in het beekje. Mijn zicht wordt belemmerd door de tranen en ik sla mijn handen voor mijn mond. Word ik ook gek?

Wat heb ik gedaan!?

It's Just A Game... -voltooid-Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu