Chapter 33

32 0 0
                                    

Het leek alsof alles in slowmotion ging vanaf het moment dat Christina naar hem had geblaft dat hij moest blijven waar hij zat. Op een stoel ergens in de hoek van de ziekenzaal. De helers, Madame Plijster en Christina hadden zich om het bed van Melian verzameld en waren druk in de weer met god weet wat. Hij kon niet verstaan wat ze allemaal tegen elkaar zeiden, hij was te verdwaasd. Wat het ook was het was niet goed. Hij kon Melian’s wanhopige kreten van pijn horen, haar gehuil en de helers en Christina’s stemmen die haar probeerde te kalmeren en met elkaar praatte. Remus dacht terug aan de eerste keer dat hij Melian zag. Ze waren in de bieb. Hij, James, Sirius en Peter waren meer bezig met andere dingen dan huiswerk maken en studeren en ze waren alweer bezig hun volgende streek te bespreken en wat ze gingen doen de volgende volle maan. Sirius had het idee gehad om door Zweinsveld heen te struinen en een beetje de boel daar op stelten te zetten. Niemand wist toch dat zij het waren en niemand zou er ook ooit achter komen. James was het er echter niet mee eens gezien ze de vorige keer dat ze dat hadden geprobeerd bijna gepakt waren door Madame Rosmerta en de waard van de Zweinskop die het niet bepaald leuk hadden gevonden dat er een hert, hond, rat en weerwolf door de straten hadden rondgedwaald. Remus dacht aan hun eerste date, hun eerste kus, zijn aanzoek, Dane’s geboorte. Alle gelukkige herinneringen die hij ooit had gehad met Melian flitsten door zijn hoofd. Remus werd uit zijn memory lane gehaald door Christina die zich had losgemaakt van de groep helers en Madame Plijster en naar hem toe kwam gelopen. De manier waarop Christina liep zorgde ervoor dat Remus langzaam opstond en haar tegemoet kwam lopen. “Chris?” Christina keek hem aan en beet op haar lip “Met Melian is alles wel goed. Ze is stabiel.” Remus wist dat er een maar aan zat te komen en keek haar afwachtend aan “Maar...” ah daar was het “We weten niet hoelang we haar stabiel kunnen houden. Ze heeft zojuist heel wat bloed verloren.” nog steeds had Remus niet het idee dat dat alles was wat er zojuist was gebeurd “Christina?” Christina trok een gezicht toen hij haar volledige naam uitsprak op een toon waar de wanhoop bijna van tastbaar was “Melian heeft een miskraam gehad...de baby is dood.” ergens dacht Remus dat hij het niet goed had verstaan en hij was dan ook even stil tot de woorden goed en wel waren doorgedrongen. Hij knikte kort “Wat is er gebeurd?” vroeg hij met een stem die niet op die van hem leek en hij schraapte zijn keel. Chris keek hem medelevend aan “Doordat ze te weinig voeding binnen kreeg en zich teveel te druk heeft gemaakt de afgelopen weken heeft de baby niet de benodigde stoffen gehad om zich te ontwikkelen en te groeien. De reden dat Melian zoveel buikpijn had was omdat de baby al dood was. Als ze geen aanval had gehad hadden we het pas veel later gezien.” Remus liet alles op zich inwerken en zweeg voor een lange tijd tot Christina zijn naam zei “Je kan naar haar toe als je wil. Ze is nu nog even out maar ik denk dat als ze wakker word het eerste wat ze moet zien jou gezicht is. Het zal haar in elk geval helpen.” Wederom knikte Remus en Christina omhelsde hem even kort “Ik zal Severus inlichten en de kinderen. Maak je geen zorgen daarover.” na dat gezegd te hebben verliet Christina de ziekenzaal en begon Remus zich naar Melian te verplaatsen. De helers maakte plaats voor hem en gingen andere dingen doen om hem de privacy te geven en hij was daar dankbaar voor. Hij ging weer naast het bed van Melian zitten waar hij de afgelopen weken behoorlijk wat tijd door had gebracht en keek naar haar. Ze was lijkbleek, er lagen diepe donkere kringen onder haar ogen en het was overduidelijk dat ze ruim 10 kilo was afgevallen in de afgelopen paar weken en Melian was al nooit erg zwaar geweest. Remus keek neer op zijn vrouw en besloot op dat moment op die stoel dat ze zijn vrouw zou blijven. Amycus kon in de hoogste boom wind gaan zitten vangen. Op dat moment en op die stoel realiseerde Remus zich dat wat Melian ook deed, zij zou altijd op de eerste plaats voor hem komen en hij zou altijd van haar houden.

Melian opende langzaam haar ogen. Ze voelde zich merkwaardig leeg, een gevoel wat ze niet direct kon plaatsen. Het eerste wat ze echter wel kon plaatsen was Remus die haar aandachtig bekeek met diezelfde bezorgde blik als wat hij al weken op zijn gezicht had, het leek alleen nu iets anders te hebben ook. Ze keek hem even aan voor ze opmerkte dat hij een van haar handen in die van hem had geklemd en ze fronste zich afvragend wat er was gebeurd waardoor hij haar vasthield alsof ze zijn levenslijn was. Ze opende haar mond om wat te zeggen maar toen pas merkte ze iets anders op. Haar hand gleed direct naar haar buik maar die was plat en haar ogen werden groot en ze begon in paniek te raken. Remus echter stond op en ging op de rand van het bed zitten waarna hij zijn handen aan de weerszijde van haar gezicht legde “Rustig. Haal diep adem.” zei hij met zijn kalme stem die Melian meer vertrouwde dan wat dan ook. “Wat is er gebeurd? De baby?” Melian kon zien dat Remus zijn kaken op elkaar klemde door zijn kaakspieren die zich aanspande. “De buikpijn. Het liep een beetje uit de hand...je hebt veel bloed verloren en...” Remus zweeg en Melian kreeg een hol gevoel. “Remus...” Remus schudde zijn hoofd “De baby heeft het niet gered Mels. Hij was al dood voor ze hem eruit haalde.” mompelde hij zachtjes. Melian schudde haar hoofd “Nee. Nee hij is oke. Waar is hij Remus?” aan het gezicht van Remus te zien was deze reactie wat hij had verwacht. Ontkenning. Fase 1. Melian begon boos te worden en wilde overeind komen maar Remus hield haar tegen met zijn handen tegen haar schouders waarmee hij haar terug haar kussen in drukte. “Het spijt me Mel..” “Nee niet. Je wilde dit kind toch niet omdat het van Amycus was. Het boeit je niets!” riep ze boos en ze probeerde zich te verzetten tegen de ijzeren greep van Remus, haar woorden schenen hem pijn te doen maar daar lette ze niet op. Ze wilde haar baby en wel nu! Remus zei niets en hield haar gewoon tegen zonder enige moeite hoe hard Melian ook vocht tot ze alles wat ze in zich had, had verbruikt en ze opgaf. Remus hield haar los maar zei nog steeds niet. “Waarom ben je hier nog?” vroeg Melian bot. “Omdat je het mis heb Mel...” “Over wat precies? Ik schijn het namelijk behoorlijk vaak mis te hebben over van alles en nog wat.” Remus fronste “Zoals?” “Kyle. Amber. Amycus. Jou.” “Mij?” “Ik dacht dat je onvoorwaardelijk van me hield. Ik had het mis.” Remus keek haar even verbijsterd aan schudde toen wederom zijn hoofd “Je was bezorgd om Kyle. Dat is wat een moeder nou eenmaal doet. Amber vertelde niemand wat er aan de hand was, ik betrapte haar op huilen anders had ze het gewoon verborgen gehouden. Amycus....-” hij besloot daar maar niet verder op in te gaan want daar had ze dus wel gelijk in. “En ik...” Hij glimlachte maar de glimlach bereikte zijn ogen niet wat voor Melian al duidelijk was dat hij dit in de verste verte niet grappig vond en dat er niets te lachen viel. De hele situatie niet, er lag een diepe bedroefdheid in zijn gezicht wat Mel echter niet begreep. “Ik hou van je Mel. Altijd gedaan en dat zal ik ook altijd doen.” Melian keek hem aan alsof hij door was gedraaid en Remus rolde met zijn ogen. “Ik heb behoorlijk wat tijd gehad om na te denken. En ... Ik besefte dat, het niet uitmaakt wat je doet - niet dat je het nu meteen op de proef moet gaan stellen - maar er veranderd niets aan wat ik voor je voel.” Melian was nu zo verloren. Ze begreep er niets meer van. Het ene moment wilde Remus scheiden en vermeed hij haar als de pest en nu verklaarde hij weer de liefde aan haar. Wat moest ze daarvan denken? Misschien droomde ze dit wel. Misschien was ze nog steeds in slaap en was dit gewoon een droom.
”Ik snap het niet.” meldde ze droog maar voor ze verder nog iets kon zeggen kwam Madame Plijster aan en gleed Mel’s aandacht naar wat er in haar armen lag. Remus verstijfde naast haar en keek bewust de andere kant op. “Melian. Ik moet je waarschuwen. Hij is nog erg klein en hij leeft niet. Je kan kiezen. Ik kan hem aan je geven zodat je een keer kan kijken naar je zoon. Of ik kan nu weglopen en alles regelen.” zei ze vertwijfeld alsof ze niet zeker was of het wel zo’n intelligente zet was om Melian haar dode zoontje te geven. Melian echter hoorde niet eens het deel ‘hij leeft niet’ “Waarom zou ik hem niet willen? Hij is mijn zoon.” zei ze en ze keek verwachtingsvol naar het bundeltje in de verpleegsters armen. Madame Plijster keek naar Remus die zijn hoofd schudde “Fase 1.” mompelde hij enkel en Melian fronste even maar dacht er verder niet bij na en stak haar armen uit om haar zoon aan te pakken. Madame Plijster twijfelde nog voor een seconden of twee en boog zich toen voorover en gaf het bundeltje aan Melian. Remus keek nog steeds stug de andere kant op maar week niet van haar zijde. Madame Plijster bleef echter ook staan en Melian vroeg zich af waarom ze hen niet gewoon wat privacy gaf. Melian keek omlaag naar haar zoon en fronste even. Sliep hij? Ze kon zich herinneren dat geen van haar 3 andere kinderen stil waren geweest. Dane had heel het St. Holisto bij elkaar gebrult, Kyle was minder luidruchtig geweest maar had ook veel gehuild. Amber had geprobeerd haar oudste broer te overtreffen wat haar bijna was gelukt alleen had Remus haar altijd in no-time weer stil kunnen krijgen. Dit kleine ding gaf geen kik. Melian staarde voor een lange tijd naar de kleine - veel te kleine - baby in haar armen en het begon langzaam tot haar door te dringen. Wat Remus had gezegd, wat Madame Plijster had gezegd maar niet tot haar was doorgedrongen. Het duurde nog een volle minuut voor Melian alle sluizen open gooide en ontroostbaar begon te huilen en het kleine bundeltje heen en weer begon te wiegen. Remus had zijn hoofd terug haar kant op gedraaid en keek toe hoe Melian voor zijn neus in duizenden kleine stukjes uiteen viel emotioneel en er was niets wat hij kon doen. Madame Plijster nam haar zoon van haar over mompelde iets wat Melian niet kon verstaan maar ze zag Remus knikken en hij richtte zich weer op Melian die emotieloos naar het plafond staarde, haar ogen nog rood van het huilen. Ze merkte zijn blik op en keek hem aan en zonder enige waarschuwing schoot ze overeind en begon ze wederom te huilen alleen nu met haar gezicht tegen zijn schouder aan gedrukt. Remus had zonder iets te zeggen zijn armen om haar heen geslagen en hield haar enkel vast. Hij wist dat er geen woorden waren die haar konden troosten en hij had zich nog nooit zo machteloos gevoeld.

Bleed ForeverWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu