21. Alles overhoop!

137 7 0
                                    

(Pov. Evan)

Een half uur nadat Damon, Luna's nek brak hoor ik haar bewegen in het bed naast de stoel waar ik in zit. Ze schuift wat heen en weer. Ik en Damon staan op en hangen iets over haar heen om te kijken wat er aan de hand is. Plots schieten haar ogen los, haar prachtige, groene ogen, wacht wat?! Ze heeft nu rode ogen?! Ik zie hoe Damon haar trots aankijkt. Jup, i knew it, she became a vampire. 'Damon, wie is dat?' Hoor in Luna's stem kraken. 'Dat, is, dat is mijn beste vriend. Hij heeft me het beste in mijn hele leven bezorgt.' Zegt hij glimlachend. Ik glimlach terug naar hem en knik dat het allemaal goed is. Waarom ik dit goed vindt, i don't know. Maar ze voelt niet meer als mijn wederhelft. 'Gelukkig gaat alles goed met je Luna, ik moet nu weer terug naar mijn pack, dag ik spreek je vast nog wel eens.' Ik loop de deur uit zonder antwoord en hoor dan haar stem nog eens klinken: 'ugh, een weerwolf. Wat stinken die zeg!' 'Luuntje, je bent er zelf ook een geweest. Ik moet je namelijk iets vertellen over je verleden.' Legt Damon's stem uit waarna die alles verteld, alles. Ik transformeer en ga er op een drafje vandoor.

(Pov. Luna)

Damon heeft me alles verteld, dat ik ook een weerwolf ben geweest en dat ik de mate van Evan was. Dat de rest van mijn familie ook weerwolf is en ik eigenlijk de alfa ben van mijn oude pack. Ach, boeiend. Ik ga gewoon genieten van een eeuwig leven met mijn Damon.
Hij komt binnen met een dienblad vol met eten en ik lik mijn lippen. Hoewel ik niet eens keek naar het dienblad maar naar zijn nek. Ik sta op en scheur met de snelheid op hem af. Alles valt op de grond en Damon knalt met zijn rug tegen de muur waarna ik mijn tanden in zijn nek plant en zijn bloed begin te drinken. Hij drukt me van zich af en ik kijk hem gekwetst aan. 'Waarom doe je dat nou?' 'Omdat ik een vampier ben die jou mine is. En je bent ook nog eens niet gewend aan alleen dierenbloed drinken, ik trouwens ook niet, dus dat gaan we nu eerst leren.' Ik knik verdrietig. 'Luna, kijk alsjeblieft niet zo, daar kan ik niet tegen. Bij niemand niet.' Ik kijk nog verdrietiger met puppy ogen. 'Luna, houd op. Nee we gaan geen mensen bloed drinken, ach vooruit wat maakt het ook uit.' Gelijk schiet ik recht en ren er vandoor naar de stad waar ik gelijk al bij een speeltuintje uitkom. Ik zit in de struiken waarna Damon eraan komt gerent en naast me komt zitten. Diep in mijn hoofd weet ik dat ik dit niet moet doen, omdat ik dan spijt krijg dat ik een kind heb gedood. Maar, ik bedoel kom op zeg, dit ziet er toch heerlijk uit dat jonge, verse bloed. Tegelijk rennen we de struiken uit en pakken beide een ander kind vast en drinken van hun bloed. Nog voordat de kinderen dood zijn stop ik mezelf en Damon. 'Nee, dit, Damon houd op, dit kan niet!' Ik grijp mijn hoofd met twee handen vast en sluit zo ook mijn oren af. De kinderen liggen bijna dood te bloeden op de grond. Ik grijp in en roep Damon om hulp die zich moeilijk kan bedwingen. 'Damon, zeg dan! Wat moet ik doen!!! Ik ben dit niet, ik heb een verkeerde gedachte in mijn hoofd, een te veel!!!!' Roep ik bang terwijl ik de gedachte probeer uit mijn hoofd te laten verdwijnen. De kinderen liggen nog steeds te bloeden en ik kan het niet aanzien. Ik moet ze helpen, misschien moet ik van hun ook vampieren maken, nee. 'DAMON, HELP DAN!' Roep ik gefrustreed. 'Geef ze je bloed.' Hoor ik Damon laag grommen. 'Ga, Damon, GA!' Roep ik hem toe. Hij doet wat ik zeg en vliegt ervan door. Ik bijt in mijn pols en geef ze mijn bloed. Gelijk zie ik de wonden genezen bij het eerste kind en doe dan het zelfde bij de tweede. Ik kijk ze allebei strak aan en zeg dat ze moeten vergeten wat ze hebben gezien. Ik heb het ooit gehoort van een weerwolf die me dat vertelde. Dan bedenk ik ineens waarom ik dit zo'n naar idee vond, Grazie, die kleine Grazie. Maar wie is dat? Vraag ik mezelf af. Ik ren weer terug naar het huis van Damon, maar de hele tijd blijft die naam in mijn hoofd rond spoken. Wie zal dat toch zijn dan? Als ik terug ben zoek ik gelijk Damon op om het hem te vragen, ik bedoel maar misschien dat hij een of andere Grazie kent. Ik loop zijn kantoor in en dan de schrik van mijn leven. Dit kan niet zo zijn, nee, dat kan niet!

6 jaar later. (Luna is 22 jaar, Evan 24 jaar en Damon 26 jaar.)
(Pov. Evan)

Ik zit aan tafel met Grazie. Ze zit lekker van haar pap te eten die mijn moeder voor haar heeft gemaakt. Ze wordt later een sterke meid net zoals Luna. Ik vind het naar dat ze me niet meer herkent. Maar ze is gewoon mijn wederhelft niet meer en daarnaast voel ik dus totaal geen band meer met haar. Alsof ik geen mate heb of heb gehad. Ik merk dat de hele roedel in rouw is omdat ze geen Luna hebben. Ik hoor plots heel veel lawaai. Het lijkt dat we worden aangevallen. Al mijn roedelleden staan scherp. 'Alfa, er is een klein groepje rogue's binnengetreden. Ze vragen om hier te overnachten.' Hoor ik een van mijn wachters mindlinken. 'Hoeveel? En ik wil ze even spreken en zien.'    'Zeven, alfa. Oke ik breng ze naar het plein.'  Ik sta op en neem Grazie in mijn armen met me mee. Rustig loop ik in de richting van het plein. Ik zie de rogue's van een afstandje en merk dat ze zich erg onconfortabel voelen. Stefan komt van achter me en neemt Grazie van me over. Alle zeven staan in een rijtje naast elkaar opgesteld. Twee meiden en vijf jongens. Een van de jongens ziet er dominant uit hij heeft pikzwart haar en donkerbruine ogen. Hij zal de leider wel zijn. 'Jij, hier.' Wijs ik hem aan en daarna voor mijn voeten. Hij krimpt ineen en loopt voorzichtig met kleine stapjes naar me toe. Nee, verkeerd ingeschat. Ik bekijk hem even goed voor ik hem weer terug op zijn plek stuur. Ik haal ze allemaal een voor een naar voren. Nog een jongen en nog een en nog een tot ik ze allemaal heb gehad. Allen krompen ineen. Geen van hen is dus een leider. 'Jij, hier.' Ik wijs naar het jongste meisje ik denk rond de 9 jaar die de hand van de oudste vast houd. Ik hurk voor haar neer. 'Hoelang zwerven jullie al rond?' 'Al zo veel jaartjes.' Zegt ze waarna ze zes vingertjes opsteekt. Ik leg mijn hand op haar oor om in haar oor te fluisteren waarna ik een grom hoor van het andere meisje, ze heeft een gespannen houding, alsof ik dit kleine meisje hier iets aan wil doen. 'Mag ik je een leuk nieuwtje vertellen?' Fluister ik zo zacht dat alleen zij het hoort. Ze knikt en houdt haar knuffel nog steviger vast. 'Jullie mogen hier blijven, voor zolang als jullie willen.' Vrolijk gooit het meisje haar armen om mijn nek heen. Het andere meisje waarschijnlijk de zus loopt op ons af en haalt de armen van het jongere meisje van mijn nek weg en trekt haar tegen zich aan. 'Lente, wat had ik nou gezegt. We blijven nooit ergens voor langere tijd.' Zegt het oudere meisje. 'Lexy, kom op zeg. Kunnen we echt niet blijven. Ik bedoel ze lijken....' probeert de jongen met zwart haar te spreken. 'Ja, ze lijken ja, Levi. Maar ik ben de baas van ons zevenen. En ik weet wat we nodig zijn!' Roept ze hem boos toe. 'Ben jij hun leider?' Vraag ik dus Lexy. 'Ja, dat ben ik en we blijven niet voor een vaste tijd. We willen gewoon even overnachten zodat we morgen weer uitgerust verder kunnen. Als dat kan?' Vraagt ze waarna ze me voor het eerst recht aankijkt. Nu weet ik waarom Luna geen wederhelft meer is. Ik heb een nieuwe en ze heet Lexy. Ze kijkt me geschokt aan en lijkt weg te willen rennen. Maar haar wolf houdt haar tegen. Haar ogen verkleuren van die mooie bruine ogen naar de vel blauwe waarna ze me om de nek vliegt. Al mijn roedelleden staan op scherp en kunnen op mijn teken ieder moment aanvallen. 'Oh my god, weet je hoe blij ik ben nu ik hier achter kom?' Zeg ik haar blij. 'Wat dat je een mate hebt?' Vraagt Lexy. 'Nee, dat ik nadat ik mijn vorige mate heb verloren aangezien ze nu dus een vampier is ik toch wel een andere mate heb.' Ze kijkt me aan alsof ze het helemaal hekent. 'Waarschijnlijk hebben we beide hetzelfde meegemaakt. Een mate die wolf was, die werd een weerwolf. Een elementenwolf dan en die veranderde in een mens die uiteindelijk een vampier had waar onze mates de mine van waren. En dus zo ervoor hebben gekozen om onze mate te laten gaan omdat het beter was?' Ze kijkt me vragend aan. Ik knik waarna ik haar na binnen til. Al onze roedelleden verbaasd achterlatend. Boeiend, ze zullen doodsgelukkig zijn wanneer ze het horen. Beide laten we via de mindlink weten wat eraan de hand is. Waarna we gejuich, gefluit en geklap horen. We hebben elkaar echt zoveel te vertellen.

Jeetje, wat een draai aan het verhaal. Volgensmij ben ik ook helemaal van mijn samenvatting afgeweken. Wie had dit ooit verwacht? En wat gebeurt er in het kantoor van Damon?????
Wat ben ik ook een vervelend kind.

for wolf to werewolfWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu