Hoofdstuk 18

414 27 49
                                    

Een zachte klop op de deur deed Gilan opkijken van de brief die hij aan het schrijven was. De deur ging open en koning Hendrik liep naar binnen.
Vragend keek Gilan hem aan. Hij had de koning niet meer gezien sinds hij was komen vertellen dat Carly een einde had gemaakt aan Lysander's bende, nu alweer een week geleden. Elke keer als hij er aan dacht, voelde hij ontzettend veel trots voor zijn vriendin, maar hij vond het ook jammer dat hij niet bij haar was.

'Hoe voel je je, Gilan?' verbrak Hendrik de stilte.
'Veel beter, dank u.'

Koning Hendrik bestudeerde de kamer uitgebreid en richtte na zeker vijf minuten zijn bruine ogen weer op Gilan. 'Er ligt een schip voor je klaar in de haven om je weer naar Araluen te brengen. Ik heb een escorte voor je geregeld om je naar de haven te begeleiden.'

Gilan kreeg de neiging om te zeggen dat hij geen escorte nodig had, maar hij begreep dat Hendrik dit geregeld had om het goed te maken voor het feit dat Gilan Carly nooit meer zou zien. Niet dat zoiets het goedmaakte, maar het ging om het gebaar en Gilan was te beleefd om het af te wijzen. Daarom knikte hij alleen maar.

'Hebt u nog iets van Carly gehoord?' vroeg Gilan toen de koning zich omdraaide om weg te gaan.
Hendrik draaide zich weer om. 'Haar laatste brief is van vier dagen geleden. Ze schreef dat ze een tip kreeg dat een paar bendeleden zich schuilhouden in het zuiden van het land en dat ze naar ze op zoek ging. Ik neem aan dat ik weer wat hoor als ze hen gevangen heeft.'
Gilan knikte een paar keer. 'Heeft u enig idee wanneer ze terugkomt?'
Voordat die woorden zijn mond hadden verlaten, schudde de koning zijn hoofd al. 'Ik heb geen idee, maar ik hoop snel.'

Gilan gaf geen antwoord, maar staarde treurig voor zich uit. Hij had alles gegeven om nog één keer met Carly een wedstrijdje te houden, te lachen of die zachte lippen weer op de zijne te voelen. Koning Hendrik moest vast doorhebben waar hij aan dacht, want hij zei: 'Ik zie je over een uur op de binnenplaats, oké?' en verliet de kamer.

Gilan richtte zijn groene ogen weer op het papier voor hem en schreef zijn brief af. Hij vouwde hem op, schreef er Carly op en stond op. Snel trok hij zijn laarzen aan en ging op weg naar Carly's slaapkamer.

Ook al was het al meer dan een week geleden sinds ze hier had geslapen, de kamer rook nog steeds lichtjes naar Carly. Die geur maakte hem nog verdrietiger dan hij al was en hij liep snel naar het bed. Hij drukte zijn lippen heel licht op het papier en legde het toen op het kussen. Zonder nog een blik achter zich te werpen, liep hij naar zijn kamer om zijn spullen in te pakken. Aangezien het meeste nog ingepakt zat, was hij daar snel klaar mee. Met de tassen in zijn handen liep hij de trappen af naar de stallen.

Hij zadelde Bles en liep met haar naar de binnenplaats waar koning Hendrik al stond. 'Dank u wel voor alles,' zei Gilan beleefd tegen hem.
'Het spijt me, Gilan. Het spijt me echt. Jullie waren vast heel gelukkig geworden samen.' Gilan vond dit het slechtste afscheid ooit, maar hij zei er niks van. Hij was bang dat hij ging huilen als hij iets probeerde te zeggen.

Drie jongemannen kwamen aanlopen, elk met een paard aan de teugels. Zonder iets te zeggen, stegen ze alle vier op en reden onder de poort door, op weg naar de haven.

>>>------>                                            <------<<<

Zo moe dat ik bijna niet meer op mijn benen kon staan en onder de stof en modder, liet ik me uit het zadel glijden. Het leek eerlijk gezegd meer op vallen dan op glijden.

Zwaar tegen mijn paard leunend, wat net zo moe was als ik, strompelde ik naar de stallen. Er waren vier weken verstreken sinds ik had bewezen dat de god Alquezel niet bestond en ik had sindsdien op de bendeleden gejaagd. Met wat hulp had ik het grootste gedeelte te pakken gekregen. Helaas was er nog steeds geen spoor van Lysander, maar aan alle inwoners was gevraagd om hun ogen en oren open te houden voor hem. En met een beetje geluk vingen we hem snel.

Nadat ik Sabrina had verzorgd, sleepte ik mezelf de trappen op naar mijn slaapkamer. Mijn vader had op dit moment een vergadering, wat mij genoeg tijd gaf om een kort dutje te doen voordat ik naar hem toe ging.

Uitgeput liet ik me op het bed vallen. Er lag iets op mijn kussen en met één hand trok ik het achter mijn hoofd vandaan. Het was een brief. Ik herkende het sierlijke handschrift van Gilan meteen en ging rechtop zitten, mijn vermoeidheid helemaal vergeten.
Snel vouwde ik de brief open en begon te lezen.

Carly,

Ik weet wat je gedaan hebt; wat je hebt opgegeven voor mij. En ik kan je er niet genoeg voor bedanken. Er zijn maar weinig mensen op de wereld die hun eigen geluk zouden opofferen voor het leven van een ander, en jij bent één van die mensen. En ik ben blij dat ik de kans heb gehad om bijna drie jaar met zo'n geweldig persoon door te brengen.

Zodra ik weer terug ben in Redmont, ga ik me op mijn training storten. Ik ga mijn zilveren eikenblad halen voor ons beiden! Het is natuurlijk niet hetzelfde als je eigen zilveren eikenblad, maar ik denk niet dat ik Crowley zover kan krijgen dat hij me er twee geeft. Maar denk niet dat ik het hem niet ga vragen!

Ik wenste alleen dat ik fatsoenlijk afscheid van je had kunnen nemen; er zijn nog zoveel dingen die ik je wil vertellen, maar waar ik waarschijnlijk nooit de kans voor ga krijgen.

Redmont zal nooit meer hetzelfde zijn zonder jou.

Liefs,

Gilan

Ik las de brief keek op keer totdat de letters één grote wazige bende werden. De tranen begonnen over mijn wangen te lopen en ik drukte de brief tegen me aan.

Dat Gilan zijn zilveren eikenblad voor ons samen wilde halen, was het liefste dat iemand ooit voor me gedaan had. En ik zag Crowley's gezicht al voor me wanneer Gilan hem vroeg of hij twee eikenbladen mocht hebben. Ondanks mijn verdriet schoot ik in de lach.

Ik wilde alleen dat het mogelijk was dat ik bij de uitreiking kon zijn, maar dat was waarschijnlijk onmogelijk. Of toch niet? Een plan begon zich te vormen in mijn hoofd.

Met hernieuwde energie stond ik op en liep naar het bureau. Ik pakte papier erbij en begon aan een brief naar Crowley en Halt waarin ik ze mijn plan uitlegde. Ik zou Gilan toch nog één keer zien!

En dit was het laatste hoofdstuk alweer. Volgende week komt de epiloog online, want morgen moet ik weer naar school om mijn mentor en nieuwe klas te ontmoeten, de schoolfoto's worden dan genomen en we gaan een workshop doen waar eigenlijk niemand zin in heeft en woensdag beginnen mijn lessen weer. Ik heb helaas vier keer in de week tot het 8e uur les (16:15) en nog twee andere grote projecten op school, dus ik kan niet beloven dat ik maandag tijd heb. Maar dinsdag ben ik vroeg uit, dus misschien dat ik dan update.

Wat de shipname betreft, ik heb in totaal twee stemmen ontvangen, beide voor dezelfde naam. De shipname is dus: CARLYN!

Succes op school of nog een fijne vakantie!

Dag, dag mijn Jagertjes.

Xx Charlie

De Grijze Jager, De Vermoorde Koningin (gaat herschreven worden)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu