Met een vermoeid gezicht kijk ik naar buiten, het is twee dagen later en hij is nog steeds niet wakker. De dokter zei dat hij ten laatste morgen zeker wakker moet zijn want anders is er iets mis.
Slapen in die twee dagen heb ik amper gedaan en eten krijg ik maar met moeite binnen. 'Liam je moet echt even naar buiten gaan, wat frisse lucht opnemen' hoor ik pap zeggen. Ik had niet eens gehoord dat hij "mijn" kamer binnen kwam.
Ik zucht diep. 'Geen zin' mompel ik vervolgens, pap zucht ook. 'Je gaat nu naar buiten, dit is niet meer gezond' zegt hij met een verheffende stem. Ik draai mijn hoofd van het venster weg en kijk hem in stilte aan.
'Ik meen het Liam, al moet ik je naar buiten sleuren' zegt hij en balt zijn handen tot vuisten. 'Geen zin zei ik' breng ik uit, ergens toch wel bang voor zijn reactie.
Als het nu bezoekuur zou zijn zou ik naar buiten vliegen maar nu kan ik niet naar hem dus heb ik geen zin om naar buiten te gaan.
'Verdorie' roept hij en neemt mijn arm stevig vast, vervolgens trekt hij mij mee naar beneden. 'Nee' schreeuw ik en probeer me los te trekken maar hij is veel te sterk voor mij. 'Mam' roep ik huilend en meteen duwt hij mij op de grond. Sinds wanneer is hij zo agressief?
'Je moeder is nu niet thuis dus je hebt pech' sist hij en trekt me overeind en sleurt me verder. Al we in de gang aankomen opent hij de deur en duwt me letterlijk naar buiten. 'Pap, wat doe je?' Roep ik huilend maar mijn antwoord is gewoon een deur die toe gegooid word.
Ik ga zitten en sla mijn armen om mijn knieën heen. Ik huil stilletjes verder maar na een tijdje zijn mijn tranen gewoon op.
Ik sta op en veeg mijn gezicht droog met mijn mouwen, vervolgens stap ik weg van het huis waar mijn vader in zit.
Na even rondstappen besluit ik toch maar richting het ziekenhuis te gaan. Ik ga via de parking en sta even verward stil. 'Mam?' Roep ik. 'Wat doe jij hier?' Vraag ik en trek een sprintje naar haar toe. 'Jongen heb je gehuild?' Vraagt ze bezorgd.
'Mam, wat doe je hier?' Vraag ik opnieuw haar vraag ontwijkend. 'Ik heb je vader een bericht gestuurd dat ik na de boodschappen even bij Jens ging. Jou kon ik niet bereiken' zegt ze en ik haal mijn telefoon uit mijn broekzak. Ik druk op de ontgrendelings knop maar het blijft zwart. 'Plat' zeg ik verontschuldigend en stop hem terug.
'Is niet erg, kom je mee?' Vraagt ze en meteen knik ik. Samen stappen we binnen en gaan naar de wachtzaal aangezien het bezoekersuur nog steeds niet begonnen is.
'Mam, pap deed echt raar vandaag' zeg ik zacht en ze kijkt me een beetje vreemd aan. 'Wat bedoel je met raar?' Vraagt ze.
'Ik had geen zin om naar buiten te gaan omdat het toch nog geen bezoekersuur was, en dan nam hij mij gewoon vast en sleurde me letterlijk naar beneden en duwde me letterlijk naar buiten' zeg ik en ze kijkt me enkel aan.
'Kijk dan' zeg ik iets luider en toon de arm waar hij me vasthad. Je zit een duidelijke rode plek in een lichte vorm van een hand. Geschokt kijkt ze ernaar en legt haar hand er zachtjes op.
'Ik zal eens met hem praten vanavond' zegt ze en ik knik. Ik ga tegen haar aanleunen en zo wachten we tot het eindelijk bezoek uur is.
We stappen samen naar de kamer waar hij ligt en meteen laat ik mijn schouders hangen als ik zie dat aijn ogen nog dicht zijn. Als ik ga zitten en zijn hand vastneem denk ik weer aan wat ik die eene dag had gedaan, langzaam komt er een glimlach op mijn gezicht.
Sorryyyy dat het weer zolang duurde dus heb ik een langer hoofdstuk gemaakt! Ik moet wel zeggen dat het boek bijna is afgelopen!
JE LEEST
That Boy
RomanceLiam is een jongen die heel spontaan is. Hij is met iedereen bevriend en leid een perfect leventje. Diep vanbinnen denkt hij dat hij op jongen valt en door die ene jongen geeft hij langzaam aan toe dat hij op jongens valt. Jens is een jongen die r...