Hoofdstuk 32: een nieuwe vriendin

37 7 0
                                    

De 'morgen' breekt echter sneller aan dan ik dacht.
En ik gehoopt had.
Want samen met mijn huwelijk, waar ik uiteraard wel énorm veel zin in heb, komt ook het definitieve einde tussen Jack en mij steeds dichterbij. Een ondragelijk gedacht, waarbij tranen vrijwel onmiddellijk me komen overvallen. Een helse pijn ontstaat in mijn onderbuik, waardoor ik samen krimp. Ik druk mijn vingertoppen diep in Jacks arm, die om mijn middel ligt, en bijt hard in het donsdeken om te voorkomen dat ik begin te schreeuwen. Ik wil hem niet kwijt. Niet nu, niet morgen, nooit.
"Heb je nu al koudwatervrees?" vraagt Jack grinnikend in mijn oor.
Ik draai me in zijn armen om, en leg mijn vingers tegen zijn borstkas. Ik concentreer me op het geklop van zijn hart, wat me enigszins kalmeert. Ik wou dat ik Jack kon vertellen wat hem te wachten stond, maar ik besloten hem het niet mee te delen. Ik wil dat hij morgen zorgeloos van ons huwelijk geniet, zonder voortdurend te denken dat dit de laatste momenten van het koppel 'Jack-Scarlett' zijn. Hij heeft al zoveel voor me gedaan, al zoveel voor me opgeofferd, waardoor de besparing van die pijn wel het minste is wat ik kan terug doen.
"Nee, maak je daar maar geen zorgen", antwoord ik naar waarheid en sla mijn rode ogen naar hem op. Dolverliefd staar ik recht in zijn helderblauwe ogen.
"Ik kan gewoon niet geloven dat je terug bent."
En dat is niet gelogen. In de afgelopen drie maanden had ik nooit gedacht dat dít nog zou gebeuren. Het is zoals een droom die uitkomt: terug in mijn vertrouwde huisje, niet in dat ondergrondse kasteel, in de armen van de enige man waar ik ooit verliefd op zal zijn. Om mijn ringvinger voel ik nog steeds zijn verlovingsring zitten, waardoor de pijnlijke gevoelens plaats moeten maken voor puur geluk. Het moordzuchtige wezen waarin ik de afgelopen drie maanden weer veranderd was, is als sneeuw bij zonneschijn weer verdwenen. Macht is niet meer mijn presteerfactor, maar dat is Jack nu weer.
Jack plaatst zijn hand in mijn rode haar en streelt kleine cirkels met zijn duim op mijn achterhoofd. Zijn hoofd kantelt mijn richting uit, zijn lippen zijn op slechts enkele millimeters van de mijne verwijderd.
"Als ik geweten had dat terugkomen zo gemakkelijk was, zou ik er nooit drie dagen mee gewacht hebben."
Het volgende moment voel ik zijn warme mond op de mijne. Ik sluit genietend mijn ogen en vlij mijn kouwelijke lichaam tegen het zijne aan. Jack slaat nu ook zijn andere arm om me heen, en legt zijn hand op de sluiting van mijn bh. Handig prutsen zijn snelle vingers het kledingstuk los, dat ik met veel plezier uitgespeeld laat worden.
Plots stopt Jack met me te zoenen, en kijkt me met een bedenkelijke frons aan.
"Brengt het geen ongeluk als we nu..."
"Sinds wanneer doen wij aan tradities?" onderbreek ik hem lachend. "Als we iéts over ons kunnen concluderen, dan is het wel dat we niet het typische clichékoppel zijn."
Jack lacht, en legt zijn handen op mijn bekken. Zijn vingers glijden voorzichtig over het katoenen randje van mijn ondergoed, dat hij traag naar beneden laat glijden.
"Je hebt een zéér sterk punt, juffrouw Leforne. Of mag ik je al mevrouw De Valk beginnen noemen?"
Ik lach mijn spitse hoektanden bloot, en begin Jack weer vol op de mond te zoenen. Ik dwing hem zacht om dichterbij te komen, om bovenop me te komen liggen. Zijn warme lichaam gehoorzaamt me, en palmt me helemaal in. Mijn handen omsluiten zijn T-shirt, die ik met veel plezier van zijn gespierde bovenlichaam sleur. Hongerig laat ik mijn mond langs zijn stevige borstspieren glijden, waarbij ik her en der een verloren kusje op zijn huid druk. Ik beweeg me steeds meer hogerop, via zijn hals naar zijn lippen toe. Vlak voor ik deze weer begin te zoenen en ik Jack ook beroof van zijn laatste kledingstuk, zijn ondergoed, fluister ik de drie zinnen die nu al drie maanden op mijn lippen branden.
"Ik hou van je. Ik weet dat ik je dat niet vaak genoeg gezegd heb, of duidelijk gemaakt heb, maar je moet weten dat ik dat wel degelijk doe. En ook altijd zal doen."

~⌘~

"Wie geeft je eigenlijk weg?" vraagt Elodie enthousiast terwijl ze verder gaat met het veilen van mijn nagels.
Ik wiebel speels met mijn wenkbrauwen: "Robert, natuurlijk. Wie anders dan mijn beste vriend zou ik die eer gunnen?"
Elodie glimlacht vertederd naar me, ook Chris briest gecharmeerd. Elaine daarentegen lijkt zich niet erg veel aan te trekken van onze gesprekken. Ze blijft maar 'laatste afwerkingen' toevoegen aan mijn jurk. Ondanks ik al honderd keer gezegd heb dat de jurk perfect is, wilt ze me niet geloven en blijft ze maar aanpassingen doorvoeren.
Ik laat haar gewoon doen. Inmiddels heb ik namelijk wel al geleerd dat je nooit een Fee mag tegenspreken die niet tevreden is over haar eigen werk.
Plots hoor ik het getik van hakken die mijn woonkamer betreden. Elaine, Elodie en Chris hebben mijn woonkamer namelijk omgetoverd tot een echt 'schoonheidssalon', met allerlei haarversieringen, nagellakpotjes en allerlei make-up soorten om mijn lijkbleke huid min of meer wat te camoufleren. Bovendien stond Elodie erop dat ik op mijn huwelijk toch een béétje make-up zou dragen. Ik protesteerde, bracht het argument aan dat Jack op me gevallen was zonder make-up, maar ook een Elf tegenspreken die zelfzeker van haar zaak is, is een hopeloze zaak.
Dus ook Elodie liet ik gewoon haar ding doen.
"Wie we daar hebben", hoor ik Elaine ironisch zeggen.
Ik verplaats mijn rode irissen naar mijn ooghoeken, waardoor ik kan zien wie mijn woonkamer - sorry, schoonheidssalon - zonet betrad.
"Koningin Leonora?!" kuch ik. Het klinkt als een constatering en een vraag tegelijkertijd.
"Mijn excuses dat ik de bruid al kom opzoeken nog voor de ceremonie begint, maar..."
De beeldschone koningin, die een weelderige oceaanblauwe jurk draagt met bijhorende sieraden en prachtige haaraccessoires, slaat verlegen haar ogen naar de plek naast zich. Ze schuifelt nerveus met haar blauwe hakken over de vloer.
"Ik wil me komen verontschuldigen, Scarlett Leforne. Voor alles."
De zin komt als een klap in mijn gezicht aan. Spontaan stopt Elodie met veilen, Elaine staakt haar bezwering en Chris' lip zakt verbaasd open. Emotieloos staar ik naar de jonge vrouw, die me het leven al zo vaak zuur gemaakt heeft. Ik heb haar gehaat, vervloekt, willen doden, me willen wreken op haar, omwille van haar. Ik heb haar verafschuwd, van haar gewalgd, haar als een concurrente gezien toen ik met Tygo Fantasia doorkruiste en Jack bij haar bleef. Ze heeft Chris van me afgenomen, Jack proberen versieren, mij proberen te doden in Zomer.
Maar, ondanks dit alles, kruipt een beangstigend sterk gevoel van vergeving naar het oppervlak toe. De neutrale blik in mijn ogen wordt zachter, mijn lippen plooien zich om tot een fijne glimlach. De Leonora die ik hier en nu zie staan, is een heel andere vrouw dan de Leonora die ze was. Ze is iemand geworden die liefheeft, en ook geliefd wordt door Tristan. Ze is een moeder, een partner en een adviserende raad achter koningin Qiyara in éénzelfde persoon. Ja, ik ben me ervan bewust dat de Winterslang nog steeds in haar huist, rust en wacht tot het moment dat deze nog eens de bovenhand mag gaan spelen, maar die lijkt Leonora voorlopig erg goed onder controle te kunnen houden.
"Iedereen maakt fouten. Deze kunnen inzien en toegeven is niet gemakkelijk", antwoord ik op gedempte toon. "Ik heb het jou ook nooit gemakkelijk gemaakt, Leonora. Dus ook een excuus van mijn kant toe."
Nooit gedacht dat ik zoiets zou kunnen zeggen... Aan de verbaasde blikken van Elodie, Elaine en Chris te zien denken ze daar hetzelfde over. Het geeft me een machtig, ongekend goed gevoel.
Leonora glimlacht oprecht naar me: "Het verleden kunnen we niet vergeten, maar misschien wel vergeven. Ik hoop dat we met een schone lei kunnen herbeginnen?"
Ik knik voorzichtig: "Dat moet wel lukken, ja."
Leonora buigt kort voor me, wat me stiekem verwonderd. Ik was vroeger degene geweest waarvan verwacht werd dat ik voor haar boog - niet dat ik dat altijd deed. Maar nu we op gelijke hoogte staan, nu we allebei koningin zijn - Leonora zelfs een afgezette koningin -, moet de zwartharige koningin evenveel respect en eerbied tegenover mij vertonen als ik tegenover haar.
"Ik wens je het allerbeste toe tussen Jack en jou. Ik hoop oprecht dat jullie samen kunnen blijven, en niet verhinderd zullen worden door barrières. Want jullie hebben me getoond wat oprechte liefde is, en dat die geen belemmeringen kent. Een mens en een Vampier... Niemand had het ooit zo gek kunnen bedenken."
Ik proest een fijne lach uit omwille van die laatste opmerking, waarna ik haar een beleefde hoofdknik schenk. Best wel vreemd om de vorige verleidster van mijn toekomstige nu de woorden te horen uitspreken dat ze me al het geluk van Fantasia gunt.
Vervolgens draait Leonora zich op haar hakken om, en maakt aanstalten om mijn huis te verlaten. Ik wissel een blik met Elodie uit, die nog steeds niet echt lijkt te begrijpen wat er zonet gebeurd is. Ik leg mijn hand, waarvan mijn nagels al geveild zijn, tegen haar wang en draai mijn hoofd weer in de richting van de koningin.
"Leonora?"
Ze blijft staan, en kijkt me met een verbaasde blik om haar schouder aan.
"Ik heb altijd uw kapsels bewonderd. Als u wilt, en de zin er natuurlijk toe hebt, mag u mijn haar doen?"
De zwartharige dame draait nu haar volledige lichaam naar me toe. Haar mond valt in een brede lach open, samen met enkele heftige hoofdknikken.
"Graag, héél graag zelfs!"
Ik lach naar haar, waardoor de koningin haar oceaanblauwe jurk optilt en naar me toe loopt. Ze komt achter me staan, en wisselt een vriendelijke glimlach met Elaine, Elodie en Chris uit. Intussen glijden haar lange vingers doorheen mijn rode lokken, die nog steeds een beetje vochtig zijn, omdat ik ze daarnet, heel vroeg in de ochtend dus, gewassen had.
Ik verplaats mijn blik van Elodie naar Elaine, die me allebei goedkeurend aankijken. Ze staan er duidelijk van versteld dat ik me zo vergevingsgezind tegenover de koningin opstel, maar ik kon niet anders. Bovendien heeft ze al die gruwelijke daden verricht door en om mij. Ze wou gewoon haar koninkrijken beschermen tegen het nachtelijke, bloedzuigende monster dat onschuldige Wezens aanviel. Het was haar plicht zelfs om mij te bestrijden, dus ik kan haar niets kwalijk nemen.
Ook is mijn innerlijke kracht om deze vrouw al haar fouten te vergeven zo groot dat mijn koppigheid er niet tegenop kan wegen. En daar heeft één iemand me in onderwezen.
Prinses Chris, de persoon die staat te glunderen van trots. De persoon die als enige doorziet dat dit om meer dan een simpele vergeving gaat.
Het gaat om prille vriendschap.

Fantasia 4: Oneindig OnsterfelijkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu