Hoofdstuk 15

37 1 1
                                    

Ik probeerde mij te concentreren om mijn boeken, maar het lukte niet. Telkens zag ik Kyle en Sam voor me. Hand in hand. Ik voelde me niet goed worden en plofte neer op mijn bed. Het was al laat. Alexa was nog steeds niet terug en ik voelde me best eenzaam. Ik wilde naar huis bellen, maar mijn ouders sliepen al lang. Ik hoorde geklop op mijn deur. Mijn hart stond stil. Het zou toch geen inbreker zijn? Nee die zou niet netjes kloppen! Misschien is het Noah wel. Ik stond op en opende de deur. Het was Kyle. Snel sloeg ik de deur weer dicht en ging er met mijn rug tegen staan. Als er nu iemand was die ik niet wilde zien was hij het wel. 'Clover?!,' riep hij en klopte opnieuw. 'Wat is er toch aan de hand met jou?' Ik slikte en probeerde mezelf te kalmeren. Ik kon hem wel slaan. 'Ga weg!,' schreeuwde ik. 'Wat is er? Ik ga niet weg voor je het mij verteld! Waarom antwoord je niet op mijn telefoontjes? Clover!' Ik reageerde niet en wachtte geduldig af tot hij weer wegging. 'Alsjeblieft, ik smeek je Clover. Je kan me vertrouwen.' Wat een leugenaar... 'Heb ik je iets misdaan?' Het was niet mijn bedoeling om te antwoorden, maar ik kon me gewoon niet meer inhouden. 'Verdorie Kyle! Ik heb me zo vergisd in jou!' Het bleef stil aan de andere kant van de deur. 'Over wat heb je het?,' vroeg hij op een zachtere toon. 'Doe niet alsof je je niet meer kan herinneren dat je weet ik veel wat met Samantha gedaan hebt!' 'Ik heb helemaal niets met Samantha!,' riep hij terug. Ik fronste mijn wenkbrauwen en ging nu van de deur vandaan. 'Je liegt,' zei ik. 'Vanwaar haal je zulke dingen? Ik heb haar niet meer gesproken sinds we met z'n drie naar mijn moeders feest zijn geweest.' Sprak hij nu de waarheid of niet? Aarzelend opende ik de deur. Hij leunde tegen de deurlijst en keek me bezorgd aan. 'Dit is niet waar, Clover!' Hij leek me wel oprecht, maar waarom zou Sam dan zulke dingen verzinnen? Ze was toch mijn vriendin? Kyle kwam dichter naar me toe en greep mijn arm vast. 'Ik zou nooit iets hebben met iemand zoals zij. Trouwens, de enige persoon die ik zou willen ben jij Clover.' Ik staarde naar de grond en ontweek zijn ogen. 'Ik weet het niet,' mompelde ik. 'Ze zei ook dat je een drugsverslaafde was. Is dat ook gelogen?.' Hij werd lijkbleek zien en balde zijn vuisten. 'Ik heb diep gezeten, ja. Maar dat is al vijf jaar geleden. Van wie weet ze dit?' Zijn stem beefde. 'Waarom heb je me hier niets over verteld?', vroeg ik en ontweek zijn vraag want ik wist zelf het antwoord niet. Tenslotte deed dat er niet toe. 'Vertel jij alles aan iemand die je pas kent?' Ik wist dat hij zoiets ging zeggen. Maar ik was niet degene met een strafblad. 'Je stelt me teleur,' zie ik en slikte. 'Ik had er zo mijn redenen voor!,' riep hij verontwaardigd. 'Daar zijn nooit goede redenen voor!,' riep ik terug. We stonden recht voor elkaar te roepen. Hij zuchtte. 'Ik had het niet gemakkelijk.' 'Waar heb je het over?' ''Niets,' mompelde hij. 'Je begrijpt het niet.' 'Zulke dingen kan ik inderdaad niet begrijpen Kyle.' Hij kwam dichterbij en legde zijn handen op mijn wangen. Ik probeerde me los te wringen, maar het lukte niet. 'Ik wil bij jou zijn Clover, maar je moet me vertrouwen.' Ik schudde mijn hoofd. 'Hoe kan ik je in hemelsnaam vertrouwen met je verslaving? Ik heb echt geen energie in om al die drama te steken Kyle!' Hij beet op zijn lip en stopte zijn handen in zijn broekzakken. 'Ik ben clean nu, al vijf jaar.' 'Terwijl jij pillen slikte keek ik Twilight!' Ik was verdorie dertien toen hij...

Ik zuchtte en ging met mijn handen door mijn haar. Ik wandelde rondjes in mijn kamer en probeerde te kalmeren. Kyle daarentegen zat op mijn bureaustoel met zijn handen voor zijn ogen. 'Ik heb geen gemakkelijke jeugd gehad,' zei hij plots. Ik ging dichter bij hem staan en staarde uit het raam naar het plein in het donker. 'De drugs hielpen me alles te vergeten, maar ik ben er mee gestopt, Clover. Je moet me geloven.' 'Ik moet helemaal niets!', snaauwde ik. 'Waarom ben je zo bang?' 'Het gaat niet over mij,' riep ik luider dan ik eigenlijk wilde roepen. 'Misschien ben jij wel degene met problemen en niet ik,' zei hij en stond op, klaar om te vertrekken. Moest ik hem tegenhouden? Nee, waarom zou ik? Misschien overdreef ik wel. Maar hoe kon ik hem vertrouwen als hij me niets vertelde? 

Dark ParadiseWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu