Hoofdstuk 1

4.5K 181 106
                                    

DE VOLKSTELLING

✦✦✦

Rijen en rijen aan grijze blokken, muren zo hoog dat ze niet van wolken te onderscheiden waren en het vuil, het uitschot, de ziekte die planeet aarde 302 jaar geleden bijna dood had laten gaan.

De mens.

Dat was ongeveer wat Het Systeem inhield. Het was een nieuwe kans voor planeet aarde; de laatste hoop die het menselijke ras nog had; een samenleving - de laatste samenleving, om precies te zijn.

In 2095, had de hele wereld op het punt gestaan om op te houden met bestaan. Overbevolking en vervuiling hadden er voor gezorgd dat de zeeën, evenals de atmosfeer, één giftige massa werden. Ademen ging op veel plaatsen niet meer, het water begon overal ondrinkbaar te worden en al snel, begon de mens langzaamaan uit te sterven. Eerst ging het in duizendtallen; een paar maanden later, ging het in miljoenen, vervolgens in miljarden. De mens leek hopeloos - een oplossing leek ver weg, tot Het Systeem uit de grond getrokken werd.

Het was een stad; een stad te midden van de oceaan die plaats bood voor de drie miljoen zielen die het menselijke ras zouden voort helpen te bestaan. De drie stichters hadden de stad zo ontworpen dat het volledig zelfvoorzienend was. Er was schoon drinkwater, er was voedsel, er was onderdak en er was een toekomst. Het Systeem zou de aarde een kans bieden om zichzelf te herstellen terwijl de mens voortleefde tussen de torenhoge muren. Niemand wist precies hoe lang het zou duren voordat de aarde weer bewoonbaar werd. Het enige wat men wist, was dat als de muren eenmaal werden geopend, er een nieuwe wereld voor hun ogen zou opdoemen; een nieuwe kans voor de nieuwe mens.

Twee miljoen van de 11 miljard mensen op aarde werden geselecteerd om in Het Systeem te mogen leven - de rest van de mensen, stierf in het Rampjaar uit. Een plek in Het Systeem was een privilege; iets waar je trots op moest zijn, iets dat je moest koesteren. Sinds er maar beperkte plekken waren, was er geen plaats voor mensen die Het Systeem niet respecteerden. Toonde je verzet? Brak je de regels? Dan werd je geëxecuteerd.

Het Rampjaar was inmiddels 302 jaar geleden, de aarde was nog steeds onbewoonbaar en ergens te midden van de oceaan, in de laatste stad van de wereld, kwam Jane Newton opnieuw met een idee dat meer risico's kende dan doelen.

Piper zag het al toen haar zus door de voordeur naar binnen kwam stormen. Ogen die fonkelden van enthousiasme, krullen die alle kanten op stonden en een grijns alsof ze zojuist de loterij had gewonnen - Jane Newton zou zometeen een voorstel doen dat maar weinig goeds kon betekenen.

'Nee.' Zei Piper al, voordat haar zus de voordeur achter zich had kunnen sluiten.

'Kom op! Je weet niet eens wat ik had willen zeggen!'

Jane was als een wervelwind; altijd als zij een ruimte binnen liep, kwam er lawaai en enige chaos achter haar aan waaien. Misschien waren het haar wilde krullen, misschien was het gewoon de energieke manier waarop ze bewoog - hoe dan ook, leek alles een beetje minder saai als zij er was. Ze sloeg de voordeur achter zich dicht, zweefde het kleine appartement haast binnen en liep richting het kookeiland, daar waar Piper achter stond. Ze plantte haar ellebogen op het keukenblad, legde haar hoofd op haar handen en kantelde haar gezicht lichtelijk. Haar ogen priemden zich in die van Piper. Ze fonkelden enthousiast.

'Ik weet dat je het wil horen.'

Jane droeg die dag een oude denim jas van hun moeder en twee laarzen die er enorm zwaar uitzagen. Ze zag er altijd uit alsof ze op het punt stond om door kilometers aan bossen heen te ploeteren. Piper wist zeker dat als haar zus in de Wereld Hiervoor had geleefd, ze één of andere ontdekkingsreiziger zou zijn geweest; altijd klaar om de horizon over te steken.

Het SysteemWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu