Uitleg

960 57 3
                                    

Het is nu zaterdag avond, acht uur. Ik ruik om me heen, maar ruik Lars nog niet. Ik hoop echt dat hij komt!

En dan ruik ik het opeens, de geur van zijn bloed. Langzaam loop ik op de geur af en ik zie Lars tegen een muurtje staan.

Hij draait zich om en ziet mij ook. Ik loop naar hem toe. Lars kijkt niet zo blij. 'Schiet maar op dan', zegt hij nors. Zijn reactie maakt me aan het schrikken. Maar zijn gezicht staat vooral treurig. Ik trek hem mee het steegje in. 'W-wat doe je?', vraagt hij. 'Ik leg het je uit.', zeg ik met m'n duhh-gezicht. 'Oh.' Een tijdje staan we in het steegje dicht tegen elkaar aan. Lars staat met zijn rug tegen de muur gedrukt en ik duw hem er zacht tegenaan. Op het moment dat ik merk dat ik hem duw, laat ik hem los. Ik hoor zijn hartslag tekeer gaan. 'En? Ga je me nog iets uitleggen of wat?', zegt hij. 'Ehh ja.'

Hoe moet ik beginnen? Wat zou ik nou kunnen zeggen? 'Oké dit gaat een beetje raar klinken. Maar het is moeilijk om me in te houden als ik bij je ben.' Ik kijk naar Lars om een of andere reactie te lezen op zijn gezicht. Hij begint keihard te lachen. 'Wat nou?', zeg ik onbegrijpelijk. 'Jaja tuurlijk. Waar zou je je dan mee in moeten houden?' 'Ik moet me inhouden om niet van je te drinken...' Zo, het is eruit. Nou, niet letterlijk. Maar wel een gedeelte. Nu begint hij nog harder te lachen.

'Waarom geloof je me niet?' 'Ja, ben je een vampier ofzo? Dat is echt de slechtste smoes ooit!' 'Moet ik het bewijzen?' Hij knikt. 'Oké.'

Ik doe mijn ogen dicht en concentreer me. In mijn mond voel ik m'n hoektanden nu groeien. Ik kan nu niet meer terug. Ik mòet het nu wel laten zien aan hem. In gedachten kleur ik mijn ogen 1 voor 1 rood en trek een zwarte lijn om m'n ogen heen. Als ik eenmaal mijn ogen opendoe, zijn ze knalrood. Vol ongeloof kijkt hij me aan. Voorzichtig glimlach ik en ontbloot mijn enorme tanden. Alleen Lars geeft geen kik. Hij rent niet weg en kijkt vol bewondering naar m'n gezicht. 'Wow!', zegt hij. Wanhopig zeg ik: 'Nee niet wow. Ik ben eng en maak mensen dood, ben je niet bang voor me?'

Daar lijkt hij even over na te moeten denken. Tot slot zegt hij: 'Ik weet het niet. Vampiers zijn wel een soort van nieuw voor me, weet je wel. Maar ik kan nog steeds zien dat jij het bent.' Hij strijkt een verdwaalde haarlok achter mijn oor. Vanbinnen begin ik warm te worden. Hij vindt me leuk zoals ik ben! Ongeveer dan.

Voorzichtig voelt hij met zijn hand over m'n gezicht. Hij maakt cirkeltjes rond mijn ogen en glijdt langzaam naar m'n mond. Langzaam voelt hij aan m'n tanden als hij zegt: 'Kan je hier echt iemand mee vermoorden?' Ik knik. 'Je wil niet weten hoe vaak ik mezelf eraan geprikt heb.' Lars komt van de muur af met zijn rug en loopt naar voren. We staan nu nog maar een centimeter van elkaar verwijderd. Ik kan z'n bloed horen stromen en zijn hart horen kloppen. Ik kan ook zijn bloed ruiken. Hij fluistert: 'Zou je me nu willen bijten?' 'Ja', fluister ik terug. Lachend zegt hij: 'Nou, doe dat maar niet.'

'Zou je me nu willen kussen?', vraagt hij. Van die vraag moet ik blozen. En ja, dat kan ik als vampier. Zijn rustige stem maakt me kalm en relaxt en langzaam verander ik terug. Dan zeg ik: 'Ja.' 'Doe maar dan.' Heel voorzichtig buig ik voorover. Ik moet op mijn tenen staan om bij zijn lippen te kunnen. Dit wordt het, mijn eerste kus met Lars!

Maar we worden heel ruw onderbroken door een geluid. Verschrikt kijken we op. 'Hallo?', vraag ik. Ik gebaar naar hem dat hij moet blijven staan. Heel voorzichtig sluip ik naar de containers, daar komt het geluid vandaan. En ik zie het. Het is maar een flits, maar ik zie het. Een andere vampier. 'Hallo?', vraag ik nog eens. Voorzichtig komt er een roodharig meisje achter de containers vandaan. Geen meisje, een vampier. Haar ogen zijn donker, heel zwart. Zo donker heb ik nog nooit iets gezien. Maar veel tijd om na te denken heb ik niet, want ze rent weg. Verbluft laat ze me achter.

Ik zeg tegen Lars dat ik moet gaan en ren naar huis. Ik heb antwoorden nodig.

Buiten adem kom ik binnengerend. 'Mam, mam. Moet je horen. Ik zag vandaag een-' Mijn moeder onderbreekt me: 'Hoi Megan, ik wil je voorstellen aan Raven.' Ze wijst naar de bank en ik volg haar vinger. Daar zit het roodharige meisje. 'Ehh hallo.', zeg ik. 'Raven komt bij ons wonen! Ze komt uit een andere koninklijke familie, weet je dat?' Een bom ontploft. 'Wat?! Een andere vampier in huis? Is ze überhaupt wel gezond, ik bedoel kijk naar haar ogen!' 'Rustig Megan. Raven is een vuurvampier. Je weet toch dat die zwarte ogen hebben?' O ja. Daar had ik nog niet aan gedacht. 'Oh, sorry.', zeg ik een beetje beschaamd.

Nu bekijk ik het meisje iets beter. Ze is ongeveer 1.65 meter en heeft lang, krullend haar. Haar haar is zo rood al vuur. Ze is klein gebouwd en is erg dun. Haar gezicht is schattig, ze heeft een klein neusje en haar ogen zijn bruin. Als ze de normale kleur hebben.

Ik loop naar haar toe en geef een hand. 'Hoi', zeg ik. 'Hoi', antwoordt ze verlegen. 'Megan laat jij haar de logeerkamer zien?' 'Ja hoor, kom je Raven?' Samen lopen we de houten trap op.

Nu zit ik op mijn kamer. Raven is nu spullen aan het uitpakken in de logeerkamer hiernaast. We moeten een badkamer delen, maar dat vind ik niet zo erg. De logeerkamer is even groot als mijn kamer, alleen zijn de muren daar zalmroze en mijn muren lichtblauw. Beide kamers hebben een walk-in closet met daarin een grote bank. Raven vond de kamer erg groot en luxe. Waarschijnlijk is ze waar ze vandaan komt niet zoveel luxe gewend. Ze is erg verlegen, dat ruik je zelfs vanaf een kilometer afstand. Ondanks dat ze verlegen is, lijkt ze erg aardig. Geklop op de deur haalt me uit mijn gedachten. 'Binnen!', roep ik. De deur gaat open en Raven staat in de deuropening. 'Hey, whats up?', zeg ik. 'Ehh, ik moest zeggen dat je even naar beneden moet. Je moeder wil je spreken.' 'Oké!' Ik ren naar beneden.

In de keuken staat mijn moeder te schoonmaken. 'Hoi mam, je wilde me spreken?' 'Ja. Ik wilde even zeggen dat jullie rustig aan moeten doen met Ravan. Ze is net nieuw en erg verlegen, dus misschien wil je haar gewoon op haar gemak stellen.' 'Ja tuurlijk, ze lijkt me aardig.', zeg ik terwijl ik een appel pak. Ik vraag: 'Was dat alles?' 'Ik geloof van wel.' 'Oké. Ik ga slapen, dus: welterusten!' 'Doei schat.'

Op mijn kamer trek ik m'n kleren uit tot ik alleen in mijn ondergoed sta. Dan trek ik mijn pyjama aan en rol me op onder de deken.

Ik zit bij Lars, we doen wiskunde op zijn kamer. We kijken elkaar lang aan en, eindelijk! Onze eerste kus. Het voelt goed met hem. Ik duw hem tegen de muur, maar stop niet met zoenen. Ik wil hem, bij hem zijn en ik wil... zijn bloed? Het lukt me niet om de verandering tegen te houden en ik voel mijn hoektanden groeien. Vanbinnen vecht ik tegen mijn instinct, ik kan hem niet bijten! Maar de vampier in me neemt het over. Ik zet mijn tanden tegen zijn huid en duw ze erin. Eindelijk mag ik zijn bloed proeven. Gulzig drink ik totdat ik zijn lichaam voel verslappen... Ik heb hem vermoord.

'Aaah!' Gillend word ik wakker. Waar ben ik? Snel kijk ik rond. Ik lig gewoon nog in mijn bed. Was het een droom? Maar het voelde zo echt. Ik kijk naar de gordijnen en zie fel zonlicht door de gaatjes heen gluren. Hoe laat is het? Als ik op m'n wekker kijk zie ik dat het één uur is. Ik heb heel erg uitgeslapen! Snel sta ik op, schuif m'n voeten in mijn eenhoornsloffen en loop de badkamer in.

Het geluid van stromend water maakt duidelijk dat Raven onder de douche staat. Het douchegordijn is dicht en ze kan me niet zien. 'Raven?', vraag ik. 'Jaa? Ik ben bijna klaar!' 'Oké.' Ik ga zitten op de rand van het bubbelbad en wacht tot ze klaar is. Als de kraan dichtgedraaid wordt en de laatste druppels water naar beneden vallen, pak ik een handdoek en geef die aan haar. 'Dankje.' Nadat ze zich voor het grootste deel heeft afgedroogd en haar handdoek heeft omgeslagen stapt Raven de douche uit. Ik kleed me uit en spring eronder. 's Ochtends neem ik meestal een koude douche, dan kan ik wakker worden. Ik zet de douche aan en begin te zingen. Even later valt de deur dicht.

Beneden is iedereen al hun eigen ding aan het doen. Luke zit te gamen, mijn vader leest de krant en m'n moeder is bezig in de tuin. Raven zit in de bibliotheek een boek te lezen, ik liep daar net langs. Doordat ik nog tot zo laat sliep, hebben de anderen al ontbeten. Ontbijten doen we wel, ja. Dat vinden we gewoon lekker. Pannenkoeken en ei met spek, daar kan je niet zomaar van afkicken! Maar aangezien zij al klaar zijn, bak ik gewoon voor mezelf een eitje. Ik schrok hem naar binnen en drink dan wat sinaasappelsap. Na het ontbijt ga ik naar mijn kamer.

Reborn: Love of a VampireWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu