Daarom hield ik me in en stelde een andere vraag. 'Waarom mag juist jij meer van de weesmoeder? Heb je iets bijzonders voor haar gedaan?'
Ze grinnikte. 'Ik hoopte al dat je dat zou vragen. Dan hoef ik er niet zelf over te beginnen op een manier die niet bij het gesprek past en kom ik niet gek over. De reden dat ik meer mag, is dat Miranda ook mijn eigen pleegmoeder is. Niet alleen de algemene weesmoeder, maar echt mijn pleegmoeder. Ze heeft mij meer dan een jaar geleden geadopteerd, al voor ze in het weeshuis ging werken.'
'Ben je een jaar geleden pas wees geworden?'
Even leek ze te aarzelen, en ik hoorde een trilling in haar stem toen ze antwoordde. 'Daar praat ik liever niet teveel over. Mijn vader heb ik nooit gekend, en mijn moeder is een jaar geleden verdwenen. Meer wil ik er niet over zeggen, het doet teveel pijn om het erover te hebben.'
Ik knikte. 'Wil je wel vertellen of Miranda goed voor je zorgt?'
Ze trok een wenkbrauw op. 'Miranda? Ik wist niet dat je haar naam kende.'
Oeps, verspreking. 'Ik heb het voorbij horen komen toen ik een paar dagen terug op bezoek was.' Ach, een klein leugentje om bestwil, die had ik toch al zoveel verteld in mijn leven. Eentje meer kon geen kwaad.
'Om antwoord te geven op je vraag; Miranda zorgt goed voor me. Ze is liever dan mijn echte moeder voor me was. Ze is eigenlijk altijd lief tegen me, en als ze dan een keer boos wordt, is het terecht en gaat ze nooit te ver. Ik hou van haar, ze is misschien wel het beste dat me overkomen is.'
Ik werd misselijk van het idee dat Miranda haar zo hard voor de gek hield. Kiara's hart zou gebroken zijn als ze er ooit achter kwam dat haar pleegmoeder een bedreiging was voor heel Karthes.
'En je mede-weeskinderen? Kun je ook goed met hen opschieten?'
'Zo is het wel genoeg geweest, Fynn,' zei Kiara terwijl ze een sussend gebaar maakte en me een klein duwtje gaf. 'Ik denk dat jij voor vandaag wel genoeg over mij te weten bent gekomen. Het is al een wonder dat ik je dit verteld heb, want ik deel mijn leven normaal gesproken niet met anderen. Nu is het mijn beurt om vragen aan jou te stellen.'
De kwetsbare Kiara had weer plaatsgemaakt voor het intimiderende meisje dat duidelijk de controle had over het gesprek. Ik begon weer zenuwachtiger te worden.
'Oké,' was het enige dat ik uit wist te brengen.
'Mag ik er twee stellen?'
Had ik überhaupt een keuze? 'Ja.'
'Ik ben stiekem wel benieuwd naar wat je doet in het leven. Waar woon je, wat doe je graag, en wat voor werk of opleiding heb je dat wij elkaar zo vaak tegenkomen in het bos?' Ze sloeg haar hand voor haar mond. 'Oh, dat waren al meerdere vragen. Zie dit maar als alleen de eerste.'
Dat waren leuke vragen die ik wel wilde beantwoorden. 'Ik woon in één van de grotere boerderijen in de stad, samen met mijn ouders. Mijn grootste passie is denk ik het schrijven van verhalen. Ik wil later schrijver van mysteriespelen worden.'
Mysteriespelen waren toneelstukken die door een vaste groep acteurs op een wagen werden uitgevoerd. Die wagen reed dan rond, waardoor hetzelfde toneelstuk op meerdere verschillende plekken werd opgevoerd. Ze gingen over Bijbelse verhalen, maar je had als schrijver genoeg vrijheid om er humor en fantasie in te verwerken. Daarom vond ik het zo leuk.
'Wat leuk! Dus over een paar jaar zien we door het hele land toneelstukken van de grote Fynn—wat is je achternaam eigenlijk?'
'Deval.'
'Dus over een paar jaar zien we door het hele land toneelstukken van de grote Fynn Deval?'
'Hopelijk!'
'En dan werk je vast bij een klerk om het schrijven te leren en om meer te weten te komen over de Bijbel?'
'Verrassend genoeg niet. Ik volg een andere opleiding, een hele andere opleiding. Iets dat je totaal niet zou verwachten.'
Met een glimlach spoorde ze me aan om meer te vertellen.
'Ik ben in opleiding om de volgende Patronus te worden. Weet je wat een Patronus is?'
Ze knikte.
'Eén van de andere dingen die ik heel belangrijk vind, is om anderen te helpen. Als Patronus kan ik uiteindelijk de levens van veel mensen redden. Het is een zware opleiding, maar ik ben er wel enthousiast over en het is het uiteindelijk allemaal waard. Uiteindelijk word ik er gelukkig van om dat werk te vervullen, denk ik.' Niet in het minst omdat ik dan iets kon doen om mijn fout van anderhalf jaar geleden goed te maken, maar dat hoefde zij niet te weten.
'Ik vind het echt leuk om te zien hoe enthousiast je bent. Je antwoord brengt me toevallig ook meteen bij mijn tweede vraag: wat deed je die ene keer in het weeshuis? Had dat iets met je opleiding te maken?'
'Ja, dat had iets met mijn opleiding te maken. Een klein meisje is uit het weeshuis verdwenen en ik probeerde meer informatie te krijgen, zodat ik haar misschien terug kon vinden.' Stom, stom, stom. Waarom flapte ik dat er nou zo maar uit? Ik had me nog zo voorgenomen om niks over Lena te zeggen.
'Bedoel je Lena?'
Op dit moment had het weinig nut meer om te ontkennen. 'Ja, ik bedoel Lena.'
'Wat goed van je dat je probeert haar te redden. Is het gelukt, heb je haar teruggevonden? Volgens Miranda was ze meegesleurd door de rivier, maar dat betekent natuurlijk niet dat ze niet te redden viel. Misschien heb jij het wel voor elkaar gekregen.'
Ik aarzelde een seconde voor ik antwoord gaf. 'Nee, dat is me niet gelukt. Ik heb haar niet teruggevonden en weet niet waar ze is.'
Volgens mij had ze door dat ik loog, ook al liet ze het niet merken. 'Jammer. Lena was een lief meisje, zoals Jonathan je wel verteld zal hebben.'
'Ja, dat zei hij. Hij mist haar.'
'Ik snap het. Jammer dat je hem niet gerust kon stellen. Maar ik neem het je niet kwalijk hoor.'
Ze wierp een blik op de zon. 'Mag ik nog één laatste vraag stellen voor ik weer terugga?' vroeg ze.
'Ja, dat mag. Al die keren dat we elkaar tegen zijn gekomen in het bos en dat je stiekem naar me keek, wat deed je daar toen? Wat heeft een toekomstig schrijver in het bos te zoeken?'
Ik wist zeker dat mijn lichtrode wangen ondertussen in tomaten waren veranderd. Hoe had ze van onder die mantel ooit doorgehad dat ik naar haar keek? Ze was er in ieder geval wel zeker van dat ik dat gedaan had, dus opnieuw had ontkennen geen nut. 'Ik vind het fijn om in het bos te zijn. Het is daar rustig en het is een goede inspiratiebron voor mijn verhalen.'
'Dat snap ik,' zei ze terwijl ze opstond. 'Ik vind het ook fijn in het bos. Misschien zien we elkaar daar nog wel eens.'
Toen ik ook opstond, gaf ze me een knuffel en voelde ik mijn knieën knikken.
'Tot ziens, Fynn. Ik spreek je graag nog een keer.'
Ze sloeg haar kap weer over haar hoofd en ging ervandoor. Ik staarde de wapperende mantel wezenloos na terwijl ik tot me liet doordringen dat ik zojuist een uitgebreid gesprek had gevoerd met een knap meisje.
En dat ze volgens mij doorhad dat ik wist dat Lena nog leefde en dat ik daarover loog.
----------
Oh, kijk, nog een verrassing :D het leek me niet handig om midden in het gesprek te stoppen en een week te wachten met het volgende hoofdstuk, daarom hebben jullie het tweede stuk nu ook al ;)
JE LEEST
Het geheim
FantasyFynns leven komt op zijn kop te staan als hij een jonger meisje redt van de dood. Ze vertelt hem een gevaarlijk geheim, iets dat gevolgen kan hebben voor de veiligheid van hun hele stad. Samen gaan ze op onderzoek uit om het gevaar te stoppen. Zal...