IX

24 1 0
                                    

Als hij had geweten wat Howard Stark hem zou aandoen in de jaren nadat hij de man benaderde om een plekje in diens leven te eisen, dan had hij de man meteen van kant gemaakt en hem geen keus geboden. Maar hij was stom geweest, had niet gezien hoe Howard graag de touwtjes in handen had.

'Mijn zoon zul je zijn.'

Hij had niet anders van de wapenhandelaar verwacht. Hij had erop gerekend dat de man hem die plek zou geven, dat van hem zou wensen. Howard en Maria Stark hadden meerdere malen tevergeefs geprobeerd een kind te baren.

'Anthony Edward Stark is je naam.'

Anthony had hij meteen verworpen, want wat een afgrijselijke naam was dat. Hij had geen duizenden levens geleid om met zo'n ouderwetse naam te worden opgezadeld. Tony, noemde hij zichzelf, Tony Stark.

Maar Howard had meer van hem gewild, en voor het eerst was de druk hoog om ook echt iemand te zijn. Maar het was gevaarlijk, want Howard wist wat hij was, waar hij vandaan kwam, en de man maakte er gebruik van. Het huis hing vol christelijke kruizen en in de keuken hing knoflook met bosjes aan ijzeren kettingen die van het plafond naar benden liepen. In de kasten pronkte zilveren bestek en ieder metalen versierinkje dat het huis kende, was van het helse materiaal gemaakt.

Tony zou zich hebben verzet als hij dat had gekund, maar Howard wist waarmee hij in zee was gegaan en zorgde ervoor dat hij altijd subtiel riekte naar knoflook en dat hij de plant op zak had.

'Nu ben je nog een jongen, maar ik zal zorgen dat je een Stark wordt.'

Howard sloeg hem, met vlakke hand en christelijke kruizen en knoflook en zilver, subtiel, zodat niemand het zag, maar het brandde en Tony werd er misselijk van en hij wilde het liefst wegrennen van dat vreselijke huis. Het zou nergens op uit lopen; Howard zou een manier vinden om hem terug te krijgen.

'Starks zijn sterk, Anthony. Toon geen zwakte.'

Hij zou hebben geknikt als hij dat kon, maar het huis hing vol vervloekte voorwerpen en verzwakte hem te zeer. Hij zou hebben teruggevochten als hij het had gekund, maar Howard droeg altijd knoflook op zijn persoon en Tony kon er simpelweg niks tegen beginnen.

'Zorg dat je naar MIT gaat, laat de wereld versteld staan.'

Toen was het 16 december 1991 en waren Howard Stark en zijn vrouw dood, verleden tijd, weg. Plotsklaps was Tony een rijke jongeman in de bloei van zijn leven met het zeggenschap over het grootste wapenbedrijf van de wereld en hij was alleen en jong en hij kon het huis eindelijk verlaten en geen christelijke kruizen meer aan de muren hebben hangen en zilver verbannen van zijn grond en knoflook verbranden in een grote vuurkorf in zijn achtertuin.

En hij herrees uit de as als een ongeduldige feniks, want hij wilde niets liever dan zelf de daad uitmaken na zo lang het onderdeurtje van Howard te zijn geweest.

Eindelijk was hij weer aan zet.

Zoon van de wereld | Tony Stark en Sherlock Holmes fanfictieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu