×× 4 ××

17 4 19
                                    

(die nacht)

Ik lag al een aantal uren naar het plafond te staren. Soms hoorde ik voetstappen in de gang. Mogelijk van de nachtdienst. Ik verplaatste mijn blik naar de deur. Een streep licht kwam vanaf de gang onder de deur door mijn kamer in.

Ik zuchtte en bestudeerde mijn eigen handen weer in het schemer licht. Opnieuw voetstappen op de gang...

Maar deze keer liepen ze. Mensen rende langs mijn deur. Daarna was het even stil. Ik wilde net weer proberen te gaan slapen toen er iemand voor mijn deur bleef staan. Ik merkte het doordat de streep licht werd onderbroken door 2 benen.

Ik ging rechtop zitten in mijn kist en luisterde. Aan de andere kant stond iets te hijgen.

Te hijgen als een beest...

Een beest...

Ik kwam mijn kist uit en liep voorzichtig naar de deur. Op een 2 tal meter afstand bleef ik stilstaan.

Wat in hemelsnaam stond er aan de aderen kant van mijn deur?

Kort sloot ik mijn ogen en zuchtte weer. Toen ik ze weer opende was diegene voor mijn deur weg...

Ik opende de deur nog een tuurde links en rechts de half verlichte gang in.

Niemand...

Ik sloot de deur weer in kroop mijn kist weer in om te slapen.

(de volgende ochtend)

Smith kwam mijn kamer binnen en schakelde de lichtknop om. De tl-buis aan het kale plafond knipperde even voordat deze aansprong.

"goedemorgen, slaapkop.", Smith kwam naast mijn kist staan. "wat denk je zullen we eens opstaan?"

Ik klom uit de kist en ging aan de tafel zitten. Professor Jacobs kwam ook binnen met een dienblad dat ze voor me neer zette. Net als gisteren avond lag een een stuk vlees op en een glas met rode vloeistof.

Terwijl ik at sleutelde professor Smith aan iets bij mijn rug. Uit het niets kreeg ik een stroom schok en verstijfde ik volledig nadat de vork die ik vast hield uit mijn hand schoot en in het tafelblad bleef teken. Smith prutste verder aan mijn rug en zorgde dat ik me weer kon bewegen.

Hij kwam naast me staan en streek met zijn onderarm over zijn voorhoofd waardoor zijn blonde haar in de war kwam te zitten. In zijn handen hield hij een de sleutels waar hij net mee bezig was geweest vast.

Zijn handen waren groot met sterke maar slanke vingers. Ik bekeek ze. Ook zijn handen hadden meer kleur dan de mijne...

Ik duwde het dienblad van me af en stond op. Liep naar de deur en keek de gang in...

Nog steeds alleen kaal beton...

"Lino, waar ga je heen?", Smith was altijd te bezorgd.

"gewoon wat rondlopen.", nog steeds vond ik mijn stem vreemd. Metalig en menselijke tegelijk. Alsof het van een robot in een mensenhuid was....
Wat misschien ook wel zo is.

Zonder nog op verder beklag te wachten liep ik de gang op en verdween uit het zicht...

Terwijl ik liep vroeg ik me af wie of wat er vannacht voor mijn deur stond. Ik hoop gewoon een wetenschapper of zo. Maar mijn goed verstand vertelde me dat het onmogelijk was. De professoren rende juist van iets weg. En dat iets stond vannacht voor mijn deur...

Ik kwam langs labo 3 waar de deur open stond. Ik gluurde naar binnen en zag een groep professoren rond een project staan. Ik bleef even staan en probeerde te zien waar ze mee bezig waren. Uiteindelijk liep ik het lab een stukje in om beter zicht te krijgen.

Mijn nieuwsgierigheid leek te winnen...

Door mijn nieuwsgierigheid hield ik mijn ogen gefocust op wat er achter de rij wetenschappers was en niet op waar ik liep. Met een hels kabaal struikelde ik over een metalen emmer die ergens over de vloer slingerde. Met een smak belande ik op de grond. En dat was zeker niet de eerste keer. Ik leek er meer gewend aan te raken of zo.

Alle ogen van de professoren waren nu op mij gericht. Ik stond op en keek ze terug naar ze. Uiteindelijk vroeg er iemand:" wat ben je hier aan het doen?" ik keek ze even betrapt aan.

"gewoon wat aan het rondlopen en ik was nieuwsgierig naar waar jullie mee bezig zijn." ik keek betrapt naar de grond nog steeds verward door mijn stem.

Een andere professor merkte wat op: "ben jij niet de creatie van Mark Smith? Hoe noemde hij je ook al weer? Al ja linoleic, is het niet?"

Ik knikte. "een cyborg met gevoel, eigen denkvermogen, onnatuurlijke kracht en vermogens tot het heropleven, wat betekent dat je onsterfelijk bent." alleen keken ze me met verwonderde blikken aan. "over de het feit dat je onsterfelijk bent een een ongeziene kracht bezit heeft Smith ons niks verteld.", de oudste uit de groep nam het woord hij had zich daar juist meer op de achtergrond gehouden. Hij was een man van een jaar of 65 oud. Mijn systemen bevestigde dit:

Professor j. Anderson.
Man
65 jaar
Doel: wetenschappelijke bewijs vinden voor het bovennatuurlijke.
25 jaar verblijf in de bunker.

"waarom laat Smith jou gewoon door het gangencomplex dwalen, zonder enig doel?", ik keek Professor Anderson aan. "zolang ik niks kapot maak zegt hij dat het mag. Ik kan zelf lopen en kiezen waar ik heen ga en wat ik doe." ik kruiste mij armen over mijn borst. Anderson zuchtte:"ik ga Mark Smith hierover aanspreken. Nu ga jij labo 3 uit en terug naar Smith waar je onder toezicht bent." Anderson keek me aan met een blik die verteld dat hij het meende en er geen gras over zal laten groeien.

Ik zucht en liep het labo uit. Bij de deur bleef ik even staan en keek over mijn schouder. Anderson en zijn collega's stonden nog steeds voor hun project. Ik kon het niet laten en maakte verbinding met het net aan elektronica doorheen de bunker. Ik glimlachte sluw en connectie mezelf met een computer die aanwezig was in het labo. Vanuit deze computer gaf ik het commando aan het project achter de professoren om in beweging te komen. Daarna liep ik weg.

Ik hoorde krijsen uit het labo komen en glimlachte in mezelf...

Dit word hilarisch...

the monster cannibalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu