×× 11 ××

5 0 0
                                    

Cyborg Linoleic

Beetje bij beetje kreeg ik de controle weer over mijn lichaam terug. Moeizaam richtte ik me op van de kale vloer en activeerde mijn nachtzicht zodat ik iets kon zien. Strompelend verplaatste ik me naar de deur waarna ik de gang op liep richting mijn kamer. In de tussentijd sleepte ik mijn nieuwe kist met me mee. Ik schopte de deur van mijn kamer open en installeerde mijn nieuwe kist op de plek waar eerst de oude stond. Daarna merkte ik dat er iets op de tafel lag dat er eerder niet had gelegen.

Ik ging bij te tafel staan en merkte een klein briefje op naast een teddybeer. Op het briefje stond in een fijn handschrift de volgende boodschap:

Dag Lino,

Ik hoop dat je dit kleine cadeau mooi vind. Hou het bij je zodat het je aan me doet denken. Het liefst van al zou ik je mee hebben genomen, je de buitenwereld laten zien. Samen nieuwe dingen ontdekken. Maar het lot besliste anders. Onze wegen zullen scheiden, van daar dit kleinigheidje. Hou je sterk kleine cyborg.

Ik hou van je,

Hanna Jacobs

Ik pakte de knuffel en drukte hem tegen mijn borst, daarna nam ik het briefje van de tafel en stak het zorgvuldig weg in de zak van mijn hoodie. Ik glimlachte en fluisterde in het donker:

"Ik hou ook van jou professor Jacobs."

Uit het niets hoorde ik voetstappen op de gang, een paar seconden later werd ik verblind door het felle licht van een zaklamp. Had Jacobs niet iedereen naar buiten geleid dan?

Ik deinsde achteruit totdat ik niet meer verder kon en met mijn rug tegen de muur stond. Van de persoon voor me was buiten het felle licht dat me verblinde enkel een paar glimmende schoenen en de onderkant van broekspijpen het enige wat ik kon zien. 

De persoon gooide iets naar me toe dat over de grond schoof tot het stopte door tegen mijn voet aan te botsen. Daarna keerde deze persoon me de rug toe en verdween weer de gang op. 

Ik staarde naar het voorwerp dat voor mijn voeten op de grond lag. Het was een klein pakketje gewikkeld in een papieren zak. Ik bukte en opende de zak om de inhoud te bekijken. Ik kieperde de inhoud om op de grond en zag het glimmende blad van een kleine bijl, een kleine dolk en een handpistool. Verder viel er uit de zak nog een soort gasmasker, vingerloze handschoenen een metalen kistje dat rammelde, een driehoekige tas die ik schuin over mijn rug kon hangen, een riem met een pistoolhouder en een sleutelpasje waar mijn naam op stond. Ik opende het metalen kistje en ontdekte dat die tot de nok toe gevuld was met minutie voor het handpistool.

Ik stak alle spullen weg, de dolk,  bijl en sleutelpasje stak ik samen met de knuffel in het driehoekige tasje. De riem met houder stak ik door de lussen in mijn broek. In de houder stak ik het pistool dat ik had geladen met minutie uit het kistje. Het kistje verdween ook in het tasje en het gasmasker hing ik voor mijn gezicht zodat het mijn neus en mond bedekt. De handschoenen trok ik ook aan.

Op deze manier verliet ik de kamer en wilde al mijn systemen op zoek gaan naar de vreemde figuur die me deze spullen had gegeven. Hij of zij kon onmogelijk ver verwijderd zijn. Zo stil als mogelijk liep ik door de gang naar de richting waarin de persoon verdwenen was. Zodra ik de hoek omsloeg zag ik hem staan aan het einde van de gang. 

Het was een man met kort haar en een wetenschappers jas aan. Zijn zaklamp was gefocust op een blad dat aan de muur vast gespijkerd hing. Stil sloop ik dichterbij totdat ik nog een tiental meters van hem verwijderd was. Ik bukte mezelf terwijl ik me tegen de muur aandrukte. 

Wat is hij aan het doen?

Uit het niets sloegen mijn sensoren weer alarm en raakte ik de controle kwijt over al mijn systemen. Zonder erbij na te denken nam ik het pistool uit de houder en richtte ik het op de man voor me. 

Ik vocht tegen het programma dat me de baas probeerde te worden, probeerde er alles aan te doen zodat het me niet over nam, maar verloor de strijd.

Een laatste moment dacht ik nog bij mezelf: Waar denk je mee bezig te zijn?

Het volgende moment klonk er een knal en lag de man aan het einde van de gang levenloos op de grond. Een klein pluimpje rook ontsnapte uit de loop van het pistool in mijn hand. 

Ik liep op de man af die nu dood op de betonnen vloer lag en schopte hem tegen zijn zij. Hij reageerde niet, waaruit ik concludeerde dat ik effectief een moord had gepleegd. Maar dit was niet zomaar een man stelde ik vast...

Dit was Dan Maris....

Hij was blijkbaar achtergebleven in de bunker om me deze spullen te geven, wettende dat hij hiermee zijn eigen dood ondertekende. 

Ik draaide me om naar het vel papier achter me. Op het vel stond een kaart van de volledige bunker, niet alleen van de gangen maar ook van alle leidingen, verluchtings kanalen en zelfs een paar verborgen ruimtes waar zelfs de meeste wetenschappers niet van bleken te weten.

Ik nam het papier van de muur en scande deze volledig in, waarna ik deze informatie vergeleek met diegene die ik eerder heb opgeslagen in mijn harde schijf. Alle gangen die ik eerder had ingescand kwamen overeen, dus voegde ik deze informatie toe aan diegene die ik al had.

Daarna liet ik het blad vallen en richtte me weer tot het lijk van Dan Maris. Ik bukte me naast hem en begon al zijn zakken te bekijken, misschien had hij er nog iets in zitten dat ik kon gebruiken. Buiten een doosje muntjes waren zijn zakken allemaal leeg. Ik opende het doosje en zag er een briefje in zitten verborgen tussen een aantal sterk ruikende muntjes.

Ik opende het briefje en las de woorden:

Maak deze wereld de jouwe, je hebt alles tot je beschikking om dit te doen.

the monster cannibalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu