Wilburs Zusje

27

Hey TW!! BLOED, KIDNAPPING

Tommy's pov

Luna versnelde haar pas en liep naar buiten. Ik hoorde de deur dicht vallen. Ik liep naar Wilbur. 'W.. wat is er mef Luna?' Vroeg ik. 'Hoe bedoel je. Waar is ze eigenlijk?' Wilbur keek me vragend aan. 'Ze rende net naar buiten. Ik vroeg of het wel goed ging, ze keek heel verdrietig.' Wilburs ogen werden groot. Ook hij liep weg en zocht zijn auto sleutels. Toen hij ze had gevonden liep hij naar buiten. Ik liep achter hem aan. 'Will wat ga je doen?' 'Naar Luna. Kom mee dan.' Wilbur knikte naar zijn auto. 'Kom stap in.' Wilbur en ik stapte in en reden meteen weg. We reden 20 minuten lang in stilte, maar ik was te zenuwachtig. 'Will waar' 'Bel haar nog eens.' Ik zag de bezorgde blik op Wilburs gezicht. Ik pakte mijn telefoon en belde Luna nog een keer. Ik zette hem op de speaker zodat Wilbur het ook kon horen.
Biepbiepbiep (V: voicemail)
V: 'Hai, dit is Luna. Bel me later terug kusjes' ze begon te lachen.
Biepbiepbiep
'Will ik moet je iets vertellen.' Zei ik zacht. 'Hm, wat heb je nu weer gedaan.' Zei hij een beetje geërgerd. 'Ik vind Luna' begon ik maar ik werd weer onderbroken. 'Leuk... jaja, maar wat is er gebeurd?' 'Wacht hoe weet je dat?' 'Één ik ben haar grote broer, ik heb daar gevoel voor. Twee je kijkt naar haar alsof ze een fee is ofzo.' 'Aha'ik knikte en keek uit het raam. 'Mag.. mag ik haar zoenen?' Wilbur trapte op de rem. 'Wat the fuck, nenenenee, neenee. Wanneer... nee' 'Will?' Hij keek me aan. Ik zag nu pas hoe moe hij er eigenlijk uitzag. Zijn haren zaten in de war, hij had wallen onder zijn ogen en in zijn kleren zaten kreuken. 'Jullie, nee.' Zei hij nog een keer. 'Weetje als we haar terug vinden, praten we er nog over Tommy. Bel jaar nog een keertje.' Ik zag een traan over zijn wang rollen. Het was kwart voor zeven en de auto ging langzamer rijden. Wilbur stapte uit en ik volgde hem. We liepen naar een poort. Toen herkende ik de plek. Ik stond stil. 'Will, waarom zijn we op de begraafplaats?' 'Heeft luna je dat niet vertelt.' En hij liep stevig door. Ik rende achter hem aan. 'Jawel..' Zei ik zacht. 'Mooi.' En Wilburs stappen werden steeds groter. Ik moest moeite doen om hem bij te houden. Ik keek om me heen maar zag vrij weinig. Hier en daar wat schaduwen. Tot ik oets zag bewegen. 'Will..' zei ik zachr en ik wees naar de plek. Er stond een man met iets over zijn schouder. Het leek wel een beetje op, wacht nee het is haar. Daar was Luna. Wilbur gebaarde dat hij dichterbij ging en dat ik de politie moest bellen. Wilbur sloop langzaam naar de man. Ik pakte mijn telefoon en begon een gesprek.

(P=Politie, T=Tommy)
P: 'Hallo 112 wat is er aan de hand?'
Ik probeerde niet in paniek te raken. Dus haalde een paar keer diep adem.
P: 'Neem uw tijd, wat is er gebeurd.'
T: 'Het zusje van een van mijn vrienden verdween vanavond dus gingen we haar zoeken. Haar ouders zijn jaren geleden op deze dag overleden dus gingen we op de begraafplaats kijken. Er staat een man, bij het graf van haar ouders, met Luna zo heet ze, op zijn schouder. Ze hangt er slap bij dus volgensmij is ze niet meer wakker. Alstublieft kom snel.
P: 'Oké wat is uw naam en waar bent u?
T: 'Ik ben Tom Simons en ik ben op de begraafplaats de Pioenroos.'
P: 'Dankjewel, ik zal nu mensen naar je toe sturen. Wil je voor mij aan de lijn blijven?'
Ik raakte lichtelijk in paniek. Wilbur kwam steeds dichterbij de man. Ik voelde me duizelig. "Nee niet nu!"
P: Hallo, bent u er nog?
T: 'Ja ik ben er nog sorry.'

'Ahhh' Ik hoorde hard geschreeuw. Ik keek naar de man. Hij was aan het vechten met Wilbur. Ik liet mijn telefoon vallen en rende naar ze toe. Ze waren zo druk dat ze me niet zagen. Ik pakte Luna op en rende weer terug. Ik hoorde wat geritsel uit mijn telefoon, maar het boeide me niet meer. Ik hoorde mijn hartslag kloppen in mijn oren. Ik legde Luna voorzichtig neer. Ik voelde iets nats, kouds en donker van kleur. Mijn ogen werden groot. De telefoon lag naast me en scheen op mijn hand. Er zaten bloed vlekken op. 'Wtf, Luna word wakker nu. Kom ik heb je nodig.' Ik voelde de tranen stromen. Ik zocht de bloedende plek en scheurde een stuk van mijn T-Shirt af en bond het om de bloedende plekken. 'Hallo, meneer gaat alles goed, ik wil dat u reageerd. De politie is er bijna.' Kwam uit mijn telefoon. Met trillende de handen pakte ik het op en begon te praten. Heel moeilijk kwamen de woorden uit mijn mond, die zo droog was dat ik niet eens kon slikken. 'H..Hallo, ik heb Luna nu naast me liggen en ze bloed. Ze is neergestoken. Mijn vriend is nu in gevecht met de man.' En toen hoorde ik de sirenes. Er kwamen 3 mannen het veld op rennen.