6. Bloedgeld

27 4 0
                                    

'Tristan?' Ik hoorde een vaag geluid in mijn oor echoën. Het was de stem van een man en hij sprak vriendelijk tegen me.
'Tristan? Hoor je me?' Ik zag een man over me heen gebogen staan. Twee heldere blauwe ogen keken me aan. Zijn donker bruine haar begon grijs te worden en dat gebeurde in zijn baard ook. Ik herkende deze man. Hij was mijn vader.
'Tristan, je hebt iemand vermoord.' Ik leek niet te kunnen bewegen of te kunnen spreken tegen hem. Ik was een week van huis en voor een bepaalde reden noemde hij me niet bij mijn echte naam.
Hij glimlachte naar me, hij klonk vriendelijk. 'Ik ben zo ontzettend trots op je Tristan.' Ik voelde mezelf warm worden van binnen. Het waren woorden die ik altijd al wilde horen. Hij legde zijn hand op mijn schouder en ik voelde het tikken van zijn ringen tegen mijn huid aan.
'Ik had nooit verwacht dat je het daadwerkelijk zou kunnen maar je hebt het gedaan.' Hij bleef in een vriendelijke toon tegen me praten en zijn gezicht zag er schoon en verzorgt uit.
'Nu niet stoppen hé?' Hij tikte met zijn vinger op mijn schouder en hij trok zijn handen van me weg.
'Je hebt een gave, doe het precies zoals ik het je geleerd heb.' Ik zag mijn hand naar hem toereiken zodra hij opstond en zijn lichaam van me afwendde.
'Hey, het is oké. Ga maar weer slapen. Ik vertel je moeder wat je zo goed gedaan hebt.' 

Ik opende mijn ogen en zag mezelf op de bank liggen van Kyle en Cash. Ik ging recht op zitten en ik wreef in mijn ogen. Wat had ik gedaan? Ik keek naar het salontafeltje voor bij de bank die bezaaid lag met bierflesjes en ander rotzooi. Ik kreunde vermoeid en ik kreeg flitsen van herinneringen voor mijn ogen. John carter die op de grond terecht kwam. Het was niet zoals in die actie films. Hij viel niet meteen neer,  hij was niet direct dood. Zoals in actie films. Ik was geen held voor wat ik gedaan had. Ik had de vijand niet neer geschoten, ik had de held niet neergeschoten. Ik had een onschuldige man neergeschoten. Een man die net het verkeerde tegen zijn vrouw gezegd had waarschijnlijk. Het was oneerlijk maar zo was het leven. Het voelde alleen zo fout dat ik het gedaan had. Ik hoorde de deur van het appartement open gaan en Kyle kwam binnen lopen. Ik keek naar de klok en zag dat het half negen was.
'Droom je nog steeds over hem?' Kyle had twee enveloppen vast en hij gooide een op mijn schoot.
'Nee, wat is dit?' Kyle had het over mijn dromen van John Carter. Ik zie steeds zijn gezicht voor me, leidend van pijn, vragend waarom. Waarom? Omdat ik het geld nodig had. Als ik het niet gedaan had, dan wel iemand anders. Zo pijnlijk is het.
'Je betaling. Over drie dagen is je week voorbij om Carter te vermoorden dus die dag erna verwachten ze je weer op het kantoor voor een nieuwe opdracht.' Ik opende de envelop en ik liet mijn vingers glijden tussen alle briefjes met geld. Ik haalde de stapel eruit en begon te tellen.
'Dit is vijfduizend.' Ik keek op en Kyle knikte.
'Dat komt omdat we het samen hebben gedaan.' Ik gooide het geld op de salontafel.
'Ja, jij hebt me er naartoe gereden, ik heb hem fucking moeten vermoorden.' Kyle haalde zijn schouders op. 
'Zodra je het alleen gaat doen verdien je tienduizend.' Ik zuchtte. Ik dacht even na over de situatie en aan de dromen die ik daarna heb gehad. De eerste paar dagen was het gewoon een herinnering die zich bleef herhalen in mijn slaap. 
'Wordt het ooit makkelijker?' Kyle leunde met zijn rug tegen de muur en hij kruiste zijn armen.
'Als je ze niet meer gaat zien als mensen maar als doelwitten, dan wel.' Ik keek hem geërgerd aan.
'Het zijn fucking mensen. Hoe moet ik ze gaan zien als een dom doelwit?!' Kyle negeerde mijn boze reactie.
'Doe vooral wat je moet doen om het te behalen.' Hij liep de kamer uit en ik haalde driehonderd dollar van mijn stapel af. Ik stond op van de bank en liep naar de kamer van Cash. 
'Hey, Cash?' Er klonk geen reactie vanuit zijn kamer dus ik opende de deur. Ik zag hem achter in zijn bed liggen onder de dekens. 
'Cash?' Hij draaide wat rond in zijn bed. Hij kreunde wat vermoeiend en ik legde het geld neer op zijn bureau vlak naast een pornoblad.
Op de voorkant stond een naakte vrouw die me lustig aanstaarde. Ik keek kort naar Cash om te verzekeren dat hij sliep. Vervolgens sloeg ik het blad open en liet ik mijn vingers glijden over de afbeeldingen die erin stonden. Ik voelde me redelijk leeg van binnen. Ik dacht na over verhalen die ik had gehoord in de jongenskleedkamer tijdens gym.
Ik kon ze niet plaatsen, het leek me onwaarschijnlijk dat je zulke dingen zou doen met een vrouw. Maar wie weet was dat wel het laatste waar ik me zorgen over moest maken. Wees nou eens eerlijk, ik was een huurmoordenaar. Ik had hier geen tijd voor. Ik moest verder.
Ik sloeg het blad dicht en verliet de kamer van Cash. Kyle zat op de bank en hij stak een sigaret op. Ik stopte al mijn geld terug in de envelop en ik trok mijn jack aan.
'Waar ga je heen?' Ik liep richting de deur van het appartement.
'Ik ga een nieuwe zaak aanvragen.' Kyle keek verbaast mijn kant op.
'Weet je het zeker? Want je hebt nog een paar dagen.' Ik knikte kort en opende de deur.
'Oké.' Ik besloot om een tijdje weg te blijven bij Cash en Kyle. Ik moest leren om op mijn eigen benen te staan in deze stad. 

Erg vroeg in de ochtend was het niet, maar het was nog donker buiten, en koud. De zon was onderweg naar de horizon en daardoor was de lucht eerder donker blauw in plaats van zwart. Het was te koud voor de kleren die ik had maar zodra ik genoeg geld over had dan zou ik daar verandering in maken. Ik had geen plan, mijn enige plan was overleven en als ik aan overleven dacht dan dacht ik aan veilig zijn en genoeg voeding hebben.
Ik liep over de stoep heen richting de tunnel waar Kyle me naar toe heeft gebracht voor het eerst. Het was iets wat hij niet had kunnen doen, maar het was nu zo, en ik kon er niets aan veranderen.
De droom die ik eerder had over mijn vader bleef me achterhalen in mijn hoofd. Zou hij daadwerkelijk trots op me zijn omdat ik iemand had vermoord?
het was nu vijf dagen verder sinds ik iemand had omgebracht en het leek te vervagen. Het was te onpersoonlijk voor me om nog langer over na te denken. Ik kon de tijd niet terugdraaien en als ik dat kon dan had ik dat gedaan. Zonder enige twijfel. Er stonden mannen onder de tunnel in het donker tegen de muur aangeleund zonder op te kijken met elkaar te praten. Ik liep de tunnel in en de twee keken me aan.
'Verdwaald knul?' Hij keek me grijnzend aan. Ik kneep mijn ogen een stukje dicht en ik liet mijn handen in mijn zakken zitten.
'Ik kom voor meneer B.' De mannen lachten.
'Meneer B wil geen koekjes, ventje.' Ik deed mijn best om mijn geduld niet te verliezen wat best moeilijk was door alles wat ik had meegemaakt. Het maakte me gewoon chagrijnig. Vooral, omdat ik het waarschijnlijk ook verdiende.
'Ik werk voor hem.' Ik vouwde mijn vingers over het bewijs wat er in mijn zak zat. De mannen begonnen te lachen en ik begon me te ergeren.
'Oh ja? En wat doe je dan?' Hij boog zich over me heen. Ik keek hem doodserieus aan.
'Ik vermoord mensen, en als je niet uitkijkt, dan horen jullie daar dadelijk ook bij.' De twee waren niet onder de indruk dus haalde ik het pasje uit mijn zak.
'Hier.' De man voor me nam het pasje aan en bekeek de voor en achterkant. Hij staarde vanaf het kaartje naar mij en weer terug. Hij gaf het pasje terug.
'Sorry Tristan, ik wist niet dat je serieus was.' Ik keek hem ongeïnteresseerd aan.
'Ja, prima. De volgende keer zal ik koekjes meenemen.' Ik wilde hem voorbij lopen maar hij stopte door mijn schouder vast te grijpen.
'Het is een goede vermomming weet je.' Ik draaide me om en keek hem vragend aan.
'Niemand verwacht het van iemand zoals jij.' Ik knikte en hij liet me los, ik liep verder de tunnel in en kwam bij de deur uit.

Voordat ik bij meneer B zijn kantoor uitkwam werd ik nog een paar keer gevraagd om te stoppen. Ik klopte op de deur en er klonken stemmen vanuit binnen. Ik klopte nog een keer.
'Wat?' Ik opende de deur en leunde tegen de deurpost aan.
'Jones.' Meneer B grijnsde zodra hij me zag staan.
'Wij hebben nog geen afspraak tot overmorgen.' Ik keek hem doordringend aan.
'Ik wil al een nieuwe opdracht, en ik doe hem alleen. Dus ik wil dit keer het hele bedrag.' Mijn blik viel op een andere man die op gesprek was bij meneer B. Hij zag er een stuk ouder uit dan ik en hij keek me verbaast aan. Meneer B graaide weer door zijn la met documenten en hij stopte zijn vinger bij een. Hij haalde het document eruit en hij haalde er een envelop uit.
'Je hebt hier twee weken voor. Omdat je nieuw bent.' Hij grijnsde naar me, uitdagend.
'Ik doe het in een week.' Zei ik stellig. Meneer B lachte.
'Prima, een week, met zeven dagen uitstel indien nodig.' Ik griste de envelop uit zijn handen. 
'Prima.' 


Geschreven: 09|02|2024


Beter af AlleenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu