Het was een zonnige ochtend, enkele weken na mijn laatste zware periode. Mijn gezondheid was opmerkelijk verbeterd. De katheter en de sondevoeding waren nu een vast onderdeel van mijn routine geworden, en hoewel ze soms nog steeds oncomfortabel waren, had ik geleerd ermee om te gaan. Mijn energie was teruggekeerd en ik kon weer kleine dingetjes eten. Het voelde goed om vooruitgang te boeken.
Tussen Matthy en mij ging het ook heel goed. Hoewel we nog geen officiële relatie hadden, waren we duidelijk meer dan alleen goede vrienden. Onze band was hechter dan ooit en we steunden elkaar door alles heen. Zijn bezoeken waren de hoogtepunten van mijn dagen en gaven me de kracht om door te gaan.
Vandaag was een bijzondere dag: ik zou hopelijk mijn laatste chemokuur krijgen. De gedachte dat dit de laatste keer kon zijn dat ik door dit proces zou gaan, gaf me gemengde gevoelens van opluchting en nervositeit. Mijn moeder zat naast mijn bed, haar gezicht een mengeling van hoop en bezorgdheid.
"Hoe voel je je, lieverd?" vroeg ze zachtjes, terwijl ze mijn hand vasthield.
"Best goed," antwoordde ik, terwijl ik haar een geruststellende glimlach gaf. "Ik ben gewoon klaar om dit achter me te laten."
Dr. Van den Berg kwam de kamer binnen, gevolgd door een paar verpleegsters. Hij glimlachte naar me en zei: "Goedemorgen, Milo. Vandaag is een grote dag. Hoe voel je je?"
"Best nerveus," gaf ik toe. "Maar ook opgelucht. Ik hoop dat dit de laatste keer is."
"We hopen het allemaal, Milo," zei Dr. Van den Berg bemoedigend. "We gaan er het beste van maken. Laten we beginnen."
De verpleegsters begonnen de voorbereidingen voor de chemokuur. Terwijl ze de benodigde apparatuur klaarzetten, voelde ik de zenuwen door mijn lichaam trekken. Matthy kwam net op tijd binnen en gaf me een bemoedigende knipoog. "Je kunt dit, Milo," zei hij vastberaden.
Ik knikte en probeerde moed te verzamelen. Terwijl de verpleegsters de naald in mijn arm plaatsten, voelde ik de bekende koude rilling door mijn lichaam gaan. De chemotherapie begon en ik leunde achterover, mijn ogen gesloten, terwijl ik me concentreerde op mijn ademhaling.
De tijd kroop voorbij en de vermoeidheid en misselijkheid begonnen toe te slaan. Ik opende mijn ogen en keek naar de gezichten om me heen. Iedereen was zo gefocust en toegewijd aan hun werk. Ondanks de ongemakken en pijn voelde ik me dankbaar voor hun zorg.
"God, als dit de laatste is, weet ik wat ik niet ga missen hoor," zei ik met een zwakke glimlach.
De kamer vulde zich met lachende stemmen. Zelfs Dr. Van den Berg kon een lach niet onderdrukken. "We begrijpen je helemaal, Milo," zei hij terwijl hij mijn hand een geruststellende kneep gaf. "Je hebt het geweldig gedaan."
De chemokuur duurde nog een paar uur en tegen het einde was ik volledig uitgeput. Matthy zat de hele tijd aan mijn zijde, zijn aanwezigheid een constante bron van troost. Toen de laatste druppel chemotherapie door mijn aderen stroomde, voelde ik een enorme opluchting.
"Het is voorbij, Milo," zei Dr. Van den Berg terwijl hij de infuusnaald verwijderde. "We moeten je nog een paar dagen in de gaten houden, maar als alles goed gaat, ben je klaar."
Ik knikte zwakjes, te moe om veel te zeggen. Mijn moeder stond op en gaf me een zachte kus op mijn voorhoofd. "Ik ben zo trots op je," fluisterde ze.
Matthy hielp me voorzichtig terug in bed. "Je hebt het gedaan, Milo. Nu rust je maar goed uit."
Ik knikte en sloot mijn ogen, dankbaar voor de steun van mijn vrienden en familie. Terwijl de vermoeidheid me overweldigde, voelde ik een sprankje hoop. Misschien zou dit echt het einde zijn van een lange, zware weg.
De dagen na mijn laatste chemokuur waren gevuld met rust en herstel. De misselijkheid en vermoeidheid waren nog steeds aanwezig, maar het vooruitzicht om gezond verklaard te worden gaf me de kracht om door te gaan. Matthy kwam elke dag langs, en soms ook de andere jongens. Hun steun en aanwezigheid hielpen me meer dan ik ooit zou kunnen uitleggen.
Op een zonnige middag, precies een week na mijn laatste chemokuur, kwam Dr. Van den Berg opnieuw de kamer binnen. Zijn gezicht straalde een zekere tevredenheid uit. "Milo, ik heb goed nieuws," begon hij, terwijl hij mijn medische dossier bekeek.
Ik hield mijn adem in, mijn hart bonkend in mijn borstkas. "Wat is het, dokter?"
"De resultaten van je laatste tests zijn binnen," zei hij. "En ik ben heel blij om te kunnen zeggen dat je officieel kankervrij bent."
De woorden voelden als een droom. Een golf van emoties overspoelde me en de tranen stroomden over mijn wangen. Mijn moeder viel in mijn armen, huilend van vreugde, en Matthy omhelsde me stevig.
"Je hebt het gedaan, Milo," fluisterde Matthy in mijn oor. "Je hebt het echt gedaan."
Ik voelde me licht en vrij, alsof een enorme last van mijn schouders was gevallen. De strijd was nog niet helemaal voorbij – ik wist dat er nog een lange weg van herstel en nazorg voor me lag – maar voor het eerst in lange tijd voelde ik echte hoop en vreugde.
"Bedankt, dokter," zei ik, mijn stem gebroken door emotie. "Bedankt voor alles."
![](https://img.wattpad.com/cover/368654264-288-k989687.jpg)
JE LEEST
hoopvol - bankzitters
Fiksi Penggemarmilo heeft echt een droomleven. een leuke vriendengroep, een goedlopend youtube kanaal, alles gaat goed op school. het voelt alsof niks zijn leven kan verpesten. tot dat ene moment. trigger warnings - leukemie - gay