Het ontwaakte vuur [HERSCHRIJVEN]

Hoofdstuk 34 - Deel 1

Dorian

'Chloë zei dat je met mij wilde praten,' zei Elwyn tegen Dorian. 'Ik kon helaas niet eerder komen vanwege een vergadering.' Hoewel Elwyn nog maar twintig jaar was, leek hij door zijn functie en uitstraling ouder. Dorian voelde zich jong in zijn bijzijn.

'Ik wil je waarschuwen voor Cayden,' zei Dorian. Cayden was onvoorspelbaar geworden en Dorian wist niet wat hij met zijn kracht allemaal zou aanrichten. De man die hij altijd had vertrouwd, was veranderd. Dorian besefte zich dat hij Elwyns last nog eens zwaarder zou maken. Hoeveel kon Elwyn aan? De diepe kringen onder zijn ogen verrieden de strijd die hij van binnenuit voerde. Het was Dorian niet ontgaan dat Elwyn het moeilijk had, ook al probeerde hij het te verbergen.

Elwyn trok zijn wenkbrauwen vragend op, een stille uitnodiging om zijn uitspraak uit te leggen.

Dus Dorian vertelde wat er met Cayden was gebeurd. Het was moeilijk om de woorden uit te spreken, om alles opnieuw te beleven. Dorian kon nog steeds niet geloven dat Cayden niet meer aan zijn zijde stond. Hij had nooit gedacht dat dit moment zou komen, had altijd gedacht dat er niets tussen hen kwam. Niets was minder waar.

De Maan brak door de wolken heen. Haar zilveren licht viel op hem. De krachten van de Maan konden een vloek of een zegen zijn. Voor Cayden was het een vloek. Dorian vroeg zich af wat Elwyn van zijn kracht, het ijs, vond.

Chloë had het verhaal stilletjes aangehoord. Haar zachte blik rustte op die van Dorian, maar zodra hun blikken elkaar kruisten, vermeed Dorian haar ogen. Zodra hij haar ook maar aan zou kijken, zouden de tranen komen. Ze had gelijk gehad over Cayden. Hij was niet te vertrouwen - nu niet meer althans.

'Het is terecht dat jij je zorgen over hem maakt,' zei Elwyn toen Dorian uitgesproken was. Hij klemde zijn kaken op elkaar, was in gedachten verzonken. Achter die rustige blik schuilde een storm van gedachten. Na een stilte vervolgde Elwyn: 'Wat denk je dat Cayden gaat doen? Is hij een dreiging?'

Dorian had nooit gedacht dat Cayden een dreiging zou kunnen zijn. Maar nu... Hij wist het niet meer. 'Ik weet het niet,' zei Dorian langzaam. 'Het kan. Dat hij iedereen van zich afduwt, is geen goed teken.'

'We kunnen dat niet erbij hebben,' mompelde Elwyn bezorgd. 'Kan ik jou om een moeilijke gunst vragen, Dorian?'

'Je wilt dat ik met Cayden praat,' zei Dorian. Hij schudde direct met zijn hoofd. Alleen al het idee om met Cayden te praten bracht een scherpe pijn in zijn borst. 'Ik wil je alleen waarschuwen. Je wordt nog altijd voor verrader uitgemaakt vanwege jouw broer. Je hebt mensen die voor jou zijn, maar die zijn in de minderheid. Ik geef jou deze informatie om jou te helpen, meer dan dat doe ik niet.'

Dorian voelde constant de blik van Chloë op hem rusten, terwijl ze zwijgend luisterde. Haar aanwezigheid drukte op hem neer.

'Ik denk dat het schijn is. Cayden heeft een zwak voor jou. Kun je niet proberen tot hem door te dringen of erachter te komen wat hij van plan is?' vroeg Elwyn. Elk woord was voorzichtig. Elwyn wist heel goed dat Dorian deze woorden niet wilde horen, dat hij tegen een grens zat.

'Waarom moet ik het doen?' vroeg Dorian scherper dan zijn bedoeling was. 'Misschien moet jij meer jouw best doen.' Dorian meende geen enkel woord, maar de woorden kwamen eruit voordat hij er erg in had. Ze waren niet voor Elwyn bedoeld.

Elwyn incasseerde de aanval. 'Je hebt gelijk,' zei Elwyn met een diepe zucht. 'Ik moet meer mijn best doen. Door mij is het rijk nu zwak. Als het er echt op aankomt, doe ik niet wat ik zou moeten doen. Edlynne hoort niet de macht te hebben. Ik tolereer het omdat het voor mij het beste scenario was, maar het maakt mij zwak.' Zijn woorden klonken oprecht, alsof hij er zelf in geloofde.