XXXII. Gevlekt met zilver

166 13 8
                                    

De Prinses was zich er heel goed van bewust dat het niet de Koningin was die haar had opgeroepen. Het was simpelweg de taak van haar persoonlijke wachters, om haar weg te houden van... van praktisch iedereen.
Willow zuchtte, en vlocht met haar hand door haar dunne, inktzwarte haren. Zonder het gemeld te hebben gekregen, wist ze uit gewoonte dat er minimaal drie wachters voor haar deur stonden, en nog meer wachters onder haar ramen- en dit was niet om ongewenst bezoek buiten te houden, nee. Dit was op bevel van de Koning- haar vader -om haar binnen te houden. Al begreep ze het waarom hij liever niet had dat zij zich onder 'het Gewone volk' mengde, zoals hij ze graag benaamde, sinds het incident. Al noemde ze het zelf eerder een ongelukkige ontdekking. Sindsdien leek haar vader zich echter wel meer met haar te bemoeien dan hij ooit in haar zestien levensjaren had gedaan; ze was dan ook verbaasd dat hij zijn enige dochter niet aan de galgen had gehangen toen haar persoonlijke wachter het ongeloofwaardige nieuws bracht. Niet dat ze het hem kwalijk nam, de wachter, aangezien hij slechts zijn taak uitvoerde. Ze had al lang geleden geleerd dat het geen zin had haar lijfwachten af te katten of te negeren of tegen te spreken. Ze mocht de Prinses zijn- maar hun bevelhebber was de Koning. Zolang Willow Réav Edosyl niet over haar eigen rijk regeerde, had ze niets in te brengen; dat was iets wat haar vader- en iedereen haar bleef herinneren. En als vrouw was het onmogelijk te regeren zonder koning.
Willow ontvouwde het briefje dat ze al in haar hand hield toen ze de wachters opdroeg haar naar de tuin te brengen, en bekeek haar eigen kriebelige handschrift. Het was het briefje waarvan noch haar vader, noch de mannen van de Koninklijke Wacht het bestaan wisten, en dit wilde ze graag zo houden.
Willow probeerde haar ontmoeting in de tuin met het onbekende meisje terug te halen, en vestigde haar ogen weer op het papier. Haar helblauwe ogen fonkelden en een grijns spreidde zich langzaam over haar gezicht. Ze had het geweten. Had het geweten maar niets gezegd. Het zou belachelijk hebben geklonken en had haar kans op een mogelijke vriendschap verpest was ze er wel over begonnen.
Echter wist ze dat ze het vroeg of laat moest vertellen. Ze wist echter ook dat wanneer ze het vertelde, er mensen in gevaar zouden komen. Als ze dat nog niet waren

~

De deur ging krakend open en Alexa schoot op, haar blik gevestigd op wie er maar binnenkwam. Tegen het licht van de gang was een lang gestalte uit te maken, aan de lengte gezien hoogstwaarschijnlijk een man.
Alexa trok zich verder terug in de schaduwen van de Koninklijke bibliotheek en wachtte. Het had de man niet lang gekost te bedenken dat de dader zich in de bibliotheek verschool, en het meisje twijfelde er niet aan dat het ook niet lang zou duren voordat de man versterking ging halen.

Dus deed Alexa het tweede belachelijke ding deze avond- gezien ze nu toch op dreef was.

Voorzichtig stond ze op van de koude, marmeren tegels. Haar zwaard hield ze langs haar zijde, maar gereed om uit te halen indien nodig. Ze bekeek haar koperen zakhorloge.
Als ze langs de man- ze gokte een wachter -kon komen, op welke manier dan ook, had ze drie minuten de tijd naar haar vertrekken te sprinten zonder dat iemand haar zou zien. Tenzij de wachter in de deuropening echter versterking zou halen, of dit al had gedaan toen Alexa alle mogelijke scenario's naging; dan was het voor haar een verloren zaak.
Zonder haar stupide plan nog eens te overwegen duwde ze tegen de boekenkast waar ze naast stond. Een lading boeken viel eruit en de wachter keek op, trok zijn zwaard en kwam langzaam dichterbij, terwijl Alexa al de andere kant op sloop. Altijd hield ze haar ogen gefocust op de deuropening en haar oren gespitst, haar zwaard stevig vast. Verder in de bibliotheek duwde ze tegen nog een kast en dit keer kwamen de voetstappen met meer vaart haar kant op. Alexa had het nu direct kunnen doen, daar, als de man dichterbij kwam haar zwaard zijn werk laten doen. Echter had ze nog twee minuten om naar haar kamers te komen, voordat er een wachter in zijn ronde langs de bibliotheek zou komen, de lichamen zou vinden en versterking zou halen, wat ervoor zou zorgen dat Alexa onmogelijk die nacht nog weg zou kunnen komen. Daarbij waren twee doden voor die avond genoeg.
Dus toen de voetstappen aan de andere kant van de boekenkast klonken spoorde ze haar benen aan en stormde door de openstaande deur. In de gang waren nog altijd geen andere levensvormen te zien dan de twee levenloze lichamen van de mannen. Perfect.
Vanuit de bibliotheek kwamen de voetstappen weer richting de deur en Alexa sprintte de donkere gangen door terug naar haar vertrekken. Om de hoek kwam het licht van een olielamp, gedragen door een Koninklijke wachter. Was ze tien seconden later geweest, zou ze hem recht tegen het lijf zijn gelopen.
Zonder nog langer stil te staan schoot ze haar kamers in, en sloot de deur achter zich.

Ogen als smaragdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu