Hoofdstuk 14

1.3K 32 8
                                    

Ik weet niet hoe lang pap en ik zo stonden, maar het voelde als uren, voordat er iemand zijn keel schraapte. Ik voelde hoe pap zijn gezicht uit mijn haren haalde en de persoon aankeek die zijn aandacht trok. Mij kon het niet zo veel schelen en bleef staan zoals ik stond, de geur van mijn vader opsnuivend, hij rook heerlijk naar kaneel, appeltaart en hooi. Ik wilde niet loslaten, niet nu ik hem net gevonden had.

'Jasper, Bella, kunnen jullie alsjeblieft uitleggen wat er aan de hand is?' vroeg Carlisle nieuwsgierig.

'Carlisle verpest hun moment nu niet,' ze Edward zuchtend. Dat trok wel mijn aandacht. Hij klonk alsof hij het hele verhaal al kende en dat terwijl ik zeker wist dat ik mijn schild omhoog had sinds het moment dat ik in het verleden van Jasper keek. Gelukkig hoefde ik nergens naar te vragen, want Edward gaf al antwoord om mijn afgeschilde gedachtes.

'Lucinda dacht aan alles terug dus ik weet grotendeels wat er is gebeurd. Bella, zal het ons zo allemaal laten zien, als ze dat wilt natuurlijk,' zei hij met een liefdevolle glimlach mijn kant op.

Ik knikte zonder mij los te maken uit mijn vaders armen en concentreerde mij op mijn gave. Ik kroop in iedereens hoofd en begon ze langzaam te laten zien, wat ik mij allemaal weer herinnerde. Ik liet niet alles tot in de details zien, maar de belangrijkste herinneringen zagen ze uitgebreid. Toen ik de herinneringen stopte voelde ik dat pap zijn armen strakker om mij heen sloeg.

'Het spijt me zo erg dat ik er niet voor je was,' zei pap al snikkend, 'ik had er voor je moeten zijn, of je in ieder geval moeten herinneren zodat ik je kon helpen waar dat nodig was.'

'Pap, jij kon er niets aan doen en ik vind het ook niet erg. Als je maar wel weet dat je vanaf nu nooit meer van me af komt, ik volg je naar elke hoek van de wereld of je het nu leuk vindt of niet.' Hierdoor barstte iedereen in lachen uit inclusief pap.

'Een ding... is zeker..., je hebt overduidelijk... net zo verschrikkelijk koppig... als je vader,' wist Peter tussen de lachbuien door te zeggen.

Toen iedereen eindelijk uitgelachen was richtte pap zich tot Lucinda.

'Heel erg bedankt voor alles wat je voor haar hebt gedaan, mocht je ooit onze hulp nodig hebben hoef je het alleen maar te zeggen, dat is wel het minste wat ik kan doen.'

'Ik deed het met plezier, Bella was een leuke meid om op te letten, ze wist altijd wel kattenkwaad uit te halen, maar gek genoeg kreeg ze nooit op haar kop omdat ze iedereen om haar kleine vingertjes gewonden had,' zei Lucinda. Ik kon niet anders dan er een alwetende onschuldige glimlach op geven. Hierdoor barstte Peter weer in lachen uit.

'Wij gaan het zo goed met elkaar kunnen vinden kleintje, volgens mij heb ik eindelijk mijn handlanger gevonden,' zei Peter met een duivelse grijns.

'Hé, en ik dan?' vroeg Emmett nep beledigd.

'Jij bent degene die zal opdraaien voor alles wat wij uitvreten,' zei ik vrolijk.

De blik op Emmetts gezicht was hilarisch en Peter rolde letterlijk over de grond van het lachen.

'Ja, ze is overduidelijk familie van jullie twee,' zei Charlotte grinnikend.

Opeens had Emmett een uitdrukking op zijn gezicht dat overeen kwam met een kind op kerstochtend.

'Jongens ik realiseer me net wat,' schreeuwde hij bijna, 'maar we hebben een nichtje! Eindelijk iemand om voor te zorgen in plaats van al dat broers en zussen gedoe!'

Pap vond het idee dat Emmett mij als een soort van dochter zag blijkbaar niet zo leuk, hij duwde mij achter hem en begon luid richting Emmett te grommen. Iedereen keek verschrikt naar Jasper op. Alice was de enige die voor hem durfde te gaan staan en iets tegen hem te zeggen.

Niemandskinderen  (twilight fanfic)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu