3: Dobby's waarschuwing

409 35 36
                                    

Harry Potter is niet van mijjjj!!! En Dobby ook niet, of Lily of James, en zelfs niet de hond die Sirius speelt in de film (zou wel leuk zijn)

EVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVB

"Lily? Wil je verder? Je stopte net halverwege." zei Remus. Lily knikte en nam het boek.

Harry schreeuwde het nog net niet uit, maar het scheelde weinig. Het wezentje dat op bed zat had enorme vleermuisoren en uitpuilend groene ogen, zo groot als tennisballen.
Het wezentje liet zich van het bed glijden en boog zo diep dat de punt van zijn lange, smalle neus bijna op de grond kwam.
"Eh - hallo." zei Harry nerveus.
"Harry Potter." zei het wezentje. "Al zó lang heeft Dobby u willen ontmoeten.. wat een eer.."
"D-dank je." zei Harry. Eigenlijk wilde hij vragen: 'Wat ben jij?' maar hij dacht dat dat onbeleefd zou zijn en vroeg daarom: "Wie ben jij?"
"Dobby, meneer. Dobby de huis-elf."

"Ooh.." zei Sirius. "Nu snap ik de beschrijving. Een huis-elf."
"Vreselijk." zei Lily vol walging.
"Wat? Huis elven? Het zijn super leuke wezens, behalve Knijster dan. Dat is een verschrikkelijk ding.."
"Nee, ik bedoel hoe ze behandeld worden." zei Lily. "Dat is vreselijk."

"Niet dat ik het niet leuk vind om je te ontmoeten, maar - eh - kwam je voor iets speciaals?"
"Jazeker, meneer, jazeker." zei Dobby ernstig. 'Dobby komt zeggen.. het is moeilijk meneer.. Dobby weet niet waar hij moet beginnen.."
"Ga zitten." zei Harry beleefd en hij wees op het bed. Tot zijn afschuw barstte de elf in snikken uit.
"G-ga zitten!" stotterde hij. "Nooit.. nog nooit.."
"Sorry, sorry." fluisterde Harry. "Ik wilde je niet beledigen!"
"Dobby beledigen!" snikte de elf. "Nog nooit heeft een tovenaar Dobby gevraagd om te gaan zitten - als een gelijke -"
"Dan kun je niet veel fatsoenlijke tovenaars ontmoet hebben." zei Harry.
Dobby schudde zijn hoofd, sprong plotseling overeind en begon keihard met zijn hoofd tegen het raamkozijn te bonken. "Stoute Dobby! Stoute Dobby!" riep hij.
"Hou op - wat doe je?" siste Harry.
"Dobby moest zichzelf straffen meneer. Dobby had bijna kwaad gesproken van zijn familie.."
"Je familie?"
"De tovenaarsfamilie die Dobby dient meneer."

"Arme Dobby. Ik hoop dat Harry hem helpt. Hij is zo schattig."
"Lily, jij vind alles schattig." zei James.
Lily gaf hem een tik op zijn hoofd en keek weer in het boek.

"Kan niemand je helpen? Kan ik je niet helpen?" Harry had meteen spijt dat hij dat gezegd had, want Dobby barstte opnieuw luid, dankbaar gejammer los.
"Alsjeblieft!" fluisterde Harry. "Niet zo hard! Als de Duffelingen je horen.."

"Dobby komt Harry Potter beschermen, hem waarschuwen, ook al moet hij later de ovendeur dichtslaan met zijn oren ertussen.. Harry Potter moet niet teruggaan naar Zweinstein.."
Er viel een stilte.
"W-wat?" stamelde Harry. "Maar ik moet terug - het nieuwe schooljaar begint op 1 september. Dat is het enige wat me nog een beetje moed geeft."
"Nee, nee, nee!" piepte Dobby. "Harry Potter moet hier blijven, waar hij veilig is. Als Harry Potter teruggaat naar Zweinstein, verkeert hij in levensgevaar."

"Waarom krijg ik het gevoeld dat Dobby gelijk heeft?" vroeg Remus zenuwachtig.

"Er is een complot, Harry Potter. Een complot om dit jaar vreselijke dingen te laten gebeuren op Zweinstein."
"Wat voor vreselijke dingen? En wie zit er in dat complot?"
Dobby maakte een vreemd, gesmoord geluidje en begon verwoed met zijn hoofd tegen de muur te bonken.
"Oké, oké!" riep Harry, en trok de delf aan zijn arm terug. "Dat mag je niet zeggen, dat begrijp ik. Wacht eens even - het heeft toch niet iets te maken met Vol - sorry - met Jeweetwel?"
Langzaam schudde Dobby zijn hoofd.

-------------------------------------------------EVB----------------------------------------------------

Voor Harry hem kon tegenhouden sprong Dobby van het bed en begon, zichzelf met Harry's bureaulamp op het hoofd te slaan.
Beneden viel een stilte. Twee tellen later hoorde Harry, oom Herman de gang opstormen.
"Vlug, in de kleerkast!" sister Harry, die Dobby in de kast smeet, de deur dichtdeed en gauw op bed neerplofte, op het moment dat zijn kamerdeur openging.
"Waar - denk - je - in - vredesnaam - dat - je - mee - bezig - bent?" zei oom Herman. "Je hebt de clou van m'n mop over die Japanse golfer verpest! Nog één geluidje en je krijgt er spijt van dat je ooit geboren bent, jongen!"

"Zeg dat eens tegen mijn gezicht en dan zullen we zien wie er niet geboren zou willen zijn!" zei James boos. Lily grinnikte en kalmeerde hem.
"Rustig. Hij krijgt het vast wel een keer terug." zei Lily.

Trillend bevrijdde Harry Dobby uit de kleerkast. "Zie je hoe het hier is?" zei hij. "Snap je nu waarom ik terug moet naar Zweinstein? Alleen daar heb ik - denk ik dat ik vrienden heb."
"Vrienden die Harry Potter niet eens schrijven?" zei Dobby slinks.
"Ze zullen het wel te - wacht eens even." zei Harry fronsend. "Hoe weet jij dat m'n vrienden me niet geschreven hebben."
"Harry Potter moet niet boos zijn - Dobby deed het voor zijn eigen bestwil.."
"Heb jij mijn brieven onderschept? "
"Dobby hoopte.. dat als Harry Potter dacht dat zijn vrienden hem bergeten waren.. Harry Potter misschien niet terug zo willen gaan naar school."
Harry probeerde de brieven te grijpen, maar Dobby sprong achteruit. Voor Harry zich kon verroeren was Dobby naar de slaapkamerdeur gehold en was de trap afgesprint.

"Harry.. vang hem voordat het te laat is.." zei Sirius. "Dit gaat fout.." kreunde hij.

Harry rende naar de keuken en voelde zijn maag driemaal omkeren. Het meesterstuk van tante Petunia, haar pudding, zweefde vlak onder het plafond. Boven op een keukenkastje hurkte Dobby.
"Nee!" kraste Harry. "Alsjeblieft! Ze vermoorden me.."
"Harry Potter moet beloven dat hij niet teruggaat naar school-"
"Dat kan ik niet!"
"Dan moet Dobby het spijtig genoeg doen, voor Harry Potters eigen bestwil." De pudding plofte met een angstaanjagende dreun op de grond. De schotel vloog in duizend scherven en slagroom spatte tegen de muren en ramen. Met een geluid als een zweepslag verdween Dobby in het niets.

"Dobby!" riep Lily. "Nu ben je wel een 'stoute Dobby'! Harry krijgt hier zo veel problemen mee! Ze zullen hem voor weken opsluiten!"

Net op dat moment scheerde er en grote kerkuil door het eetkamerraam, die een brief op het hoofd van mevrouw Bouwmeester liet vallen en weer naar buiten vloog. Mevrouw Bouwmeester krijste en holde wild de deur uit.
"Lees." sister oom Herman venijnig. "Vooruit - lees!" Harry pakte de brief. het was geen felicitatie met zijn verjaardag.

"Oh nee." Lily's gezicht vertrok. "Nee, nee, nee! Ik weet wat voor brief dat is.."
James grijnsde. "Echt waar? Ik dacht dat jij zo'n braaf iemand was?" Lily sloeg op zijn been.
"Ik was ook ooit elf, James. Ik had ook problemen om mijn toverkracht te bedwingen soms.. Ik heb misschien ook wel eens zo'n brief gekregen van het Ministerie." mompelde ze er zacht achteraan.

"Je hebt niet gezegd dat je buiten school niet mocht toveren." zei oom Herman, met een krankzinnige schittering in zijn ogen. "Even niet aan gedacht.. helemaal door je hoofd geschoten, neem ik aan. Nou ik heb een nieuwtje voor je jongen.. ik sluit je op.. je gaat nooit meer terug naar die school.. nooit.. en als je ontsnapt met behulp van toverkunst - dan word je van school geschopt!"

Harry deed zijn ogen open. Het maanlicht scheen door de tralies voor het raam. Er staarde inderdaad iemand door de tralies: iemand met sproeten, rood haar en een lange neus. Ron Wemel zweefde voor Harry's slaapkamerraam.

"Ron! Je komt je vriend redden! Je bent hem niet vergeten, ik wist het wel!" riep James blij.
Remus en Sirius glimlachte naar James en Lily die gezellig bij elkaar zaten en Lily die een hand door James' haar haalde.
Remus schraapte zijn keel. "Dus, Sirius? Ga jij verder?"

EVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVBEVB

Jeeey!! Nog een hoofdstuk! Ik schrijf nu heel veel voor als ik straks weer naar school moet Jeeeey! :(

Doeiii

HPLOVER1010

Een Verrassend Bericht [Compleet]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu